Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Standupcomedian Jens Dendoncker klaar voor tvdoorbraak
“Voor een tweede seizoen wil ik wel 20 kilo vermageren”
Sekssymbool” noemt hij zichzelf op Twitter. En “standupcomedian”. Het tweede is hij al, aan het
eerste is nog werk. Hoewel: zo’n grappige knuffelbeer als Jens Dendoncker (27), daar wil een vrouw soms wel voor vallen. Vanaf vanavond is zijn anonieme leven voorgoed voorbij, met dank aan het verborgencameraprogramma
Hoe Zal Ik Het Zeggen?
Hij had leraar kunnen zijn. Of kunstwetenschapper. Maar het werd stand-upcomedian. Deels door zijn epilepsie, deels door zijn afkeer voor administratie. “Mijn opleiding kunstwetenschappen heb ik vrij snel moeten staken omdat mijn epilepsie toen heel erg opspeelde. Mijn opleiding tot leraar heb ik in het tweede jaar laten vallen omdat ik echt stiepelzot werd van de paperassen die ik moest invullen. Als ik die uren in de voorbereiding van mijn lessen had kunnen steken, was ik nu een fantastische leraar geweest.”
De komiek uit Kortrijk die nu in Antwerpen woont, maakt er geen geheim van: falen was vroeger altijd een optie. Dat had wel één voordeel: toen hij met comedy begon, kon hij tegen een stootje. “Bij mijn eerste vijftig optredens ben ik 47 keer keihard op mijn bek gegaan.” Maar zijn talent werd wel snel erkend: Jens Dendoncker was amper een paar maanden bezig of hij won de Humorklas van Radio 2. En vorig jaar won hij de belangrijkste wedstrijd voor comedy in Vlaanderen, Humo’s Comedy Cup. Wat nog straffer is: Dendoncker speelde de voorbije vier jaar al 740 voorstellingen, onder meer als voorprogramma van kanjers als Alex Agnew en Philippe Geubels.
Hoe vaak heb je in die 740 voorstellingen een epilepsieaanval gekregen?
Jens Dendoncker: Eén keer ben ik net op tijd achter de gordijnen kunnen verdwijnen om daar op de grond te vallen. Nu heb ik het meer onder controle. Bovendien helpen de natuurlijke drugs die vrijkomen op een podium om de epilepsie te onderdrukken. Dat is niet medisch gestaafd, hoor.
Gebruik je die epilepsie in je shows?
Zeker. Vroeger moest ik mensen altijd waarschuwen voor een aanval. Dan zaten de mensen me aan te kijken met een blik van: is dat nu om te lachen? Toen dacht ik: laat ik dit maar gebruiken in de show. Dat stukje over epilepsie zit er nog altijd in. Omdat het grappig is. En omdat de mensen dan weten dat ik me niet achter de schermen kapot heb zitten snuiven als ik écht een aanval krijg (lacht). Vroeger dachten de mensen vaker dat mijn aanvallen iets met drugs te maken hadden. Dan werd ik op een fuif gewoon buitengesmeten.
Wat kun je als buitenstaander doen bij zo’n aanval?
Niet veel. Het enige risico is het vallen zelf, dat ik op mijn hoofd terechtkom of zo. Maar voorts moet je mij gewoon wat laten ... (pauzeert) uitsudderen.
Nu ben je nog relatief onbekend, vanaf vanavond is dat voorbij. Als VTM een tweede seizoen wil maken van Hoe Zal
Ik Het Zeggen?, zullen ze iemand anders moeten zoeken.
Zo’n tweede seizoen is voor mij een uitgelezen kans om met een pruik en een bril voor de dag te komen. Met latex kunnen ze veel, hoor. Misschien is het voor mijn vriendin een buitenkans om mij twintig kilo te doen vermageren.
Is er bij de opnames met de verborgen camera niemand kwaad geworden op jou?
We maken in dit programma niemand belachelijk, maar ik denk dat mijn lichaam de reden is waarom al die mensen mij niets kwalijk nemen. Ik ga niet zeggen dat ik medelijden opwek, maar het komt wel in de buurt (lacht).
Dit najaar neem je ook nog eens deel aan De Slimste Mens ter Wereld.
Ik heb tegen vrienden en familie gezegd: als je mij aan het werk wil zien in dat programma, kom dan naar de eerste opname (lacht). Qua algemene kennis is het bij mij alles of niets, vrees ik. Sport is ook een beetje mijn achilleshiel. Niet dat ik niet aan sport doe, hoor. Snooker, darts: dat telt ook mee.
Een tvprogramma, een deelname aan De Slimste Mens, je zaalshow Bang van Dendoncker die op 2 december in première gaat: sla me dood als hier geen uitgekiend plan achter zit.
Ik krijg dit niet zomaar in de schoot geworpen. Ik heb de voorbije jaren hard gewerkt. Het mooie van comedy is dat je in geen enkele andere branche zo snel naar de top kunt gaan, waarmee ik niet zeg dat ik daar al ben. Collega’s als Alex Agnew en Philippe Geubels hebben me keihard gesteund. Als die mannen jou vragen om hun voorprogramma te doen, ga je vanzelf denken: misschien kan ik dit écht wel.
Hoe Zal Ik Het Zeggen?, vanavond om 20.40u op VTM. Info over zaalshow Bang van
Dendoncker op de website www.jensdendoncker.be