Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Dit willen we helemaal niet”
Zondagnamiddag was het nog rustig in de Brederodestraat in Antwerpen, vlak bij het nieuwe justitiepaleis en op zo’n 3 km van de Carnotstraat. De Turkse cafés en terrasjes zaten gezellig vol. Twee jonge Turken die mij zien aan het kruispunt waar het gevecht vrijdagavond plaatsvond, beginnen meteen met grote verontwaardiging te oreren over wat er gebeurd is.
“Eerst waren er een paar Koerdische auto’s die hier kwamen provoceren vrijdag. Toen kwam de bus. Er was politie bij, maar die liet de bus met de affiche van Öcalan naar hier afslaan terwijl ze zelf rechtdoor gingen. Dat moeten de politie en die mensen in de bus toch niet doen als ze weten dat 80 à 90% van de bewoners hier Turken zijn? Dat ze dat recht hebben? Dit was een pure provocatie van de PKK. Europa en Amerika zeggen ook dat het terroristen zijn. Ze hebben al 30.000 Turken gedood in gevechten en aanslagen.”
“Koerd kan hier niet blijven”
Een van de twee Turken, Ibo, uitbater van een pitarestaurant, zegt dat hij zelf ook Koerd is. “Maar ik ben trots op mijn land”, zegt hij, terwijl hij het sieraad om zijn nek in de vorm van de Turkse vlag toont. De andere valt hem bij: “Wij zijn allemaal trots op ons land en op Erdogan. Iedereen hier.”
Een derde jongeman komt er bij staan en spreekt nog een stuk feller dan de eerste twee. “Je moet niet opschrijven wat ik zeg, je moet mij gelóven!”, roept hij. Een vierde wil zijn litteken tonen van vrijdag, waar ik een foto van moet maken. “Ze hebben met een ijzeren staaf op het hoofd van mijn broer geslagen”, zegt Ibo.
Ze wijzen boos naar een restaurantje met kapotte ruiten naast het Turkse café op de hoek van het kruispunt. “Dat is van een Koerd. Die heeft vrijdag een mes gegeven aan de terroristen. We wisten niet dat hij in het PKK-kamp zat. Die man kan hier niet blijven. En politie en stadsbestuur mogen niet toestaan dat ‘terroristen’ hier hun gang kunnen gaan. Anders gaan er nog ergere dingen gebeuren.”
“We moeten regels naleven”
Wat verderop ontmoet ik twee oudere Turken die een heel andere toon aanslaan. Ze blijven liever anoniem. “Wij willen dit helemaal niet. Dit is een goede buurt. We hebben hier altijd vreedzaam samengeleefd, ook met Koerden, en dat moet zo blijven. De PKK? Dat is iets van Turkije, niet van hier. Hier is er geen terrorisme of oorlog. Hier moeten we mekaar respecteren en ons aan de regels houden.” Ze geloven niet dat de restaurantuitbater een mes zou hebben gegeven aan de Koerden vrijdag. “Ik ken hem heel goed, ik ga er vaak eten. Ik heb hem daarnet nog gesproken”, zegt een van hen. “Natuurlijk moet hij hier kunnen blijven zonder dat iemand hem lastigvalt. Weet je, het gebeurt wel dat Turken van elders hier lastig komen doen. Er is vroeger nooit een probleem geweest in de Brederodestraat. Het zou heel jammer zijn mochten Belgen de buurt hier beginnen te mijden omdat ze denken dat het hier niet veilig is.”