Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Op zoek naar Koreaanse roots
De missie van Table d’Ho: de pure en gulle Koreaanse keuken bekend maken
en hobbykok die het via een foodtruck schopt tot chefkok van een restaurant, daarbij een nieuwe keuken voorstelt en ook nog eens geadopteerden tewerkstelt. Die frisse combinatie leert u in Table d’Ho de Koreaanse keuken kennen.
Sung Vanmechelen (41) en SanHo Correwyn (47) willen van Table d’Ho niet de zoveelste Aziaat in de rij maken. San-Ho leunt met zijn versie van de Koreaanse keuken zo dicht mogelijk aan bij de authentieke keuken van zijn moederland. “Ik was grafisch ontwerper, maar had een passie voor koken”, zegt San-Ho, die als kleine jongen is geadopteerd door een Vlaams gezin. “Natuurlijk ga je op een bepaald moment op zoek naar je roots, wat mij in Korea bracht. Mijn zoektocht is tot nu vruchteloos gebleven, maar ik raakte wel gefascineerd door de plaatselijke keuken. Ik zie het nu zelfs als een missie om hun zeer pure keuken meer bekendheid te geven.” “De Koreaanse keuken is niet te vergelijken met andere Aziaten. Zo gebruiken we andere kruiden en zetten we veel smaken op tafel, van gewoon tot zeer pikant. Er is vis en vlees en vooral een overvloed aan groenten. Gerechten delen is wel het belangrijkste kenmerk van de Koreaanse keuken. Bij een gewoon gerecht kunnen er tot tien bijgerechten op tafel staan, tijdens feesten loopt dat op tot twintig. Ik ken geen andere keuken die zo uitgebreid is.” Tijdens een reis naar Korea deed San-Ho mee aan een kookwedstrijd, die hij prompt won. “Dat was fijn en meteen het laatste duwtje richting horeca, daarbij gesteund door mijn echtgenote Sandra Eelen. Ik ben drie jaar geleden alleen begonnen met een foodtruck, waarmee ik privé catering deed, events en festivals.” Die foodtruck was de ideale opstap naar een restaurant, vindt San-Ho. “Want je leert er werken met weinig middelen en je leert de finesses van inkoop en voorbereiding.” Voor de zomer vielen San-Ho en Sandra op het pand in de Gitschotellei. Tegelijk stapte ook Sung in het project. “Ik werd geadopteerd toen ik 8,5 was”, vertelt die, “ik herinnerde me wel dat mijn ouders overleden waren, maar ook dat ik een zus had. Die heb ik intussen teruggevonden en ik heb ook acht jaar in Korea gewoond. Ik kook zelf graag maar werk niet zo verfijnd als San-Ho. Via mijn zus, die in Korea in een restaurant werkt, heb ik wel veel geleerd over smaken en proeven.” “Ik ken San-Ho al jaren, onder meer via de vzw Triobla (nu Steunpunt Adoptie) waarvan hij voorzitter was. Het lag voor de hand dat ik in de horeca zou belanden, want toen ik nog in Korea woonde, dacht ik erover na om daar een frituur te beginnen. Maar ik ben hier blijven plakken omdat San-Ho’s verhaal me aanspreekt.” “Toevallig zijn al onze mensen geadopteerd”, valt San-Ho weer in. “En dat bevalt onze gasten. Ze zijn geïnteresseerd in ons verhaal en zij ervaren een enthousiasme dat ze elders niet vinden, denk ik. En we houden allemaal van variatie en afwisseling. Naast de vier middaglunches hebben we nu ook K-nights, zodat we twee keer per