JUPILER PRO LEAGUE ZATERDAG 20.00U

Een wekelijkse afzondering, het is misschien wel een van de geheimen achter het succes van Antwerp, dat nu al sinds speeldag vier in de top zes kampeert. Maar het leidt ook tot de grappige situatie dat de buitenlandse spelers - die bijna allemaal op een appartement in Wijnegem wonen - op afzondering gaan in een hotel - het Crowne Plaza Hotel aan de ring - dat verder van het stadion ligt dan hun woning.

Dat clubs op afzondering gaan de avond voor een belangrijke wedstrijd of een verre verplaatsing, zijn we in België wel gewoon. Maar dat ook een avond voor een thuiswedstrijd al op hotel wordt verzameld, daarin is Laszlo Bölöni met Antwerp uniek in België. “Ik vind elke match even belangrijk”, zegt de Roemeen. “Dus als we op afzondering gaan voor een uitwedstrijd, waarom dan niet voor een thuismatch?”

Toch staan de spelers niet allemaal even enthousiast te springen als ze weer de bus op moeten. “Zo’n afzondering is niet altijd plezant natuurlijk”, zegt Alexander Corryn. “Niemand doet dat echt graag, maar dat schept dan alvast een band Maar voor de cohesie en de sfeer in de groep is het goed. Of we ons soms vervelen? Het is niet altijd gezellig, maar samen maken we er het beste van.”

Corryn is een van de jongens die bijna elke week UNO - een kaartspel - speelt met onder anderen Geoffry Hairemans

(lacht). en Joeri Dequevy. Om de tijd te doden.

Faris Haroun is een jonge vader met een zoontje van negen maanden oud. “Natuurlijk ben ik liever bij mijn vrouw en kind”, zegt hij. “Leuk kan je zo een afzondering niet noemen, maar het is een gewoonte geworden. Het zijn die kleine details die het verschil kunnen maken. Want op het einde van de rit levert het volgens mij wel voordelen op. Je eet goed, je rust goed. En de staf heeft zo ook beter controle op de nieuwe jongens en de jonge gasten.”

Voetballers zijn in het algemeen geen fan van afzonderingen. En ook Manchester Citytrainer Pep Guardiola toch een coach met heel wat aanzien houdt er niet van om een avond voor een wedstrijd zijn spelers uit hun comfortzone te halen. Maar voor Laszlo Bölöni is het de normaalste zaak van de wereld. “Ik blijf persoonlijk ook liever thuis, maar het is gewoon een kwestie van professionalisme om 24 uur voor de wedstrijd samen te zijn”, zegt Bölöni. “Het is een evidentie. Ik deed het bij al mijn clubs. Behalve in Qatar, waar het met de discipline en het geloof een andere situatie is. Als we samen zijn, ben ik er zeker van dat iedereen goed eet en goed rust. Soms kan er een speler wakker liggen door een ziek kind dat een hele nacht huilt. Dan is zo’n afzondering beter voor de concentratie. En zo voelt iedereen: morgen staat er iets belangrijks te gebeuren.”