Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Kleiner wonen, maar met meer pretfactoren”
Vlaams Bouwmeester wijst op mogelijkheden van appartementsbewoners om samen zwembad, fitnessruimte of andere niet zo evidente faciliteiten aan te kopen
Projectontwikkelaars in Antwerpen steken elkaar de loef af met het optrekken van zo hoog mogelijke gebouwen. De London Tower torent op het Eilandje met zijn 76 meter hoogte al bijna tien jaar boven de rest van de omgeving uit. En de Antwerp Tower wordt vanaf 2020 met 100 meter de hoogste woontoren van Antwerpen. Volgens de Vlaamse Bouwmeester kunnen we maar beter aan die hoge gebouwen wennen, ook in grotere dorpskernen. De stad Antwerpen heeft tegen het jaar 2030 zo’n 45.000 extra woningen nodig om de verwachte bevolkingsgroei op te vangen. En ook in kleinere gemeenten wordt een bevolkingsgroei verwacht. Door het toegenomen aantal scheidingen wonen die mensen ook nog eens vaker apart. Er moet iets worden gedaan om die extra woningnood op te vangen. Het toverwoord lijkt – zeker in de stad – hoogbouw te zijn. Dat zijn torens van minimaal negen bouwlagen. Projectontwikkelaar Triple Living bouwt aan de Waaslandtunnel de 44 meter hoge Lins Tower. De constructie zal uit liefst dertien lagen appartementen bestaan. Dat is nog klein bier met de Antwerp Tower, een woontoren van 100 meter hoog die tegen eind 2020 wordt opgetrokken op de hoek van de Frankrijklei met de De Keyserlei.
Meteen uitverkocht
Wonen op grote hoogte is populair. De verkoop van appartementen in de Antwerp Tower start pas midden 2018, maar weinig specialisten twijfelen aan het succes ervan. “Wij hebben bijna tien jaar geleden op het Eilandje al de 76 meter hoge London Tower gebouwd. De bovenste appartementen waren in enkele weken tijd uitverkocht”, zegt Stéphane Verbeeck, algemeen directeur van projectontwikkelaar Gands. “De bewoners zitten ver weg van het verkeer en hebben een prachtig uitzicht over de stad. Met de hypermoderne liften ben je in een halve minuut boven. Bovendien worden de gemeenschappelijke kosten, zoals het onderhoud van de lift, beperkt omdat er meer mensen in een gebouw zitten. De kost per bewoner is dus kleiner.”
Kleinere winstmarge
Voor projectontwikkelaars is het nochtans niet evident om zulke hoge torens op te trekken. “Het is
LEO VAN BROECK Vlaams Bouwmeester “Er zal in steden en grotere dorpen een mix komen van rijwoningen, middenhoogbouw en hoogbouw. We moeten nu eenmaal dichter op elkaar gaan wonen.”
een uitdaging”, bevestigt Verbeeck. “Hoe meer verdiepingen je bouwt, hoe hoger de totale winst. Maar de winstmarge op de bovenste verdiepingen is altijd lager dan die op de onderste. Voor hoogbouw moeten de funderingen steviger zijn, en dat brengt extra kosten met zich mee.” “Steden als Antwerpen verplichten ook om een compensatietaks te betalen als we hoger bouwen dan het vooraf bepaalde aantal verdiepingen. In ruil voor die extra verdiepingen moet je dan bijvoorbeeld geld storten voor een buurtpark of een extra sportplein.” Maar ondanks die financiële verplichting blijft hoogbouw interessant. “Het is nog steeds beter om één werf te hebben waarvoor je vergunningen moet aanvragen en vergaderingen moet houden, dan twee werven of meer.”
‘Fermettegem’
Hoe hoog kunnen de woontorens in een stad als Antwerpen worden? “In principe kunnen we qua betaalbaar wonen tot 90 à 120 meter hoog gaan, afhankelijk van de grondwaarde”, zegt Leo Van Broeck, die als Vlaams Bouwmeester het architectuurbeleid in Vlaanderen mee vorm geeft. “Hoger bouwen is moeilijk. Dan lopen de kosten voor de funderingen, liften, structuur en evacuatietrappen te hoog op.” Volgens Van Broeck zal het Vlaamse landschap op langere termijn drastisch veranderen. “Er zal in steden en grotere dorpen een mix van rijwoningen, middenhoogbouw en hoogbouw komen. We moeten nu eenmaal dichter op elkaar gaan wonen”, zegt Van Broeck. “We hebben ons decennialang kapot verkaveld. Dat heeft ons een gigantisch abonnement op de file opgeleverd. Vlaanderen is eigenlijk Fermettegem: 70% van de Vlamingen woont niet in het centrum van een dorp en niet in het centrum van een stad, dus op een locatie die een auto vraagt. Dat is de oorzaak van files, slechte luchtkwaliteit en andere problemen.” Met hogere gebouwen zullen we niet alleen de files verkleinen, denkt Van Broeck. “We halen er ook de uitstoot van broeikasgassen mee naar beneden. Als mensen dicht op elkaar wonen, is er minder verwarming nodig en wordt er minder CO₂ uitgestoten. Een kleine villa stoot vijf à zes ton CO₂ per jaar uit. Een appartement nog geen anderhalve ton.”
Stop vrijstaande woningen
plaats niet meer voor en het is te belastend voor het milieu.” “We zullen in de komende decennia wel nog steeds rijhuizen met tuinen bouwen, zodat mensen die een tuin willen hun stekje nog kunnen vinden. Maar daarnaast zal Vlaanderen evolueren naar een combinatie van hoogbouw en middenbouw. Appartementsblokken van vijftien tot dertig bouwlagen zullen elkaar afwisselen met blokken van ongeveer acht bouwlagen en veel rijwoningen. Daardoor komt er voor elk wat wils en krijgen we geen monotoon stadslandschap.”
Piano erbij
Van Broeck benadrukt dat we kleiner zullen moeten gaan wonen. “Maar daar kunnen we meer gemeenschappelijke pretfactoren voor in de plaats krijgen”, zegt de bouwmeester. “De appartementsblokken van de toekomst hebben kleinere wooneenheden, maar wel gemeenschappelijke barbecues, moestuinen, fitnessruimtes en misschien zelfs een zwembad of een pianokamer. Voor een enkel gezin zijn die dingen meestal veel te duur. Maar honderd gezinnen die in een en hetzelfde appartementsblok wonen, kunnen zich samen wél dat comfort permitteren.”