Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik heb nog ‘touche’ bij de vrouwen”

Antwerpse acteur (68) gaat na een donkere periode opnieuw de komische toer op in ‘Winterrevu­e’

- WIM DEHANDSCHU­TTER

Het is donker geweest in zijn bestaan. Hij verloor zijn eerste vrouw, zijn muze. Zijn vader en moeder. De ouders van zijn tweede echtgenote. Te veel verdriet in een korte periode. “Het is tijd voor luchtighei­d in mijn leven”, zegt acteur Herbert Flack (68). Vanaf vrijdag staat hij in

Winterrevu­e van regisseur Stany Crets in theater Elckerlyc in Antwerpen.

“Waar ben ik aan begonnen? Zingen, dansen en acteren tege- lijk, dit is iets wat ik nog nooit gedaan heb.” Herbert Flack is buiten adem na de repetitie voor Winter- revue van regisseur Stany Crets. Hij haalt een fles water uit zijn sporttas. “Anders drink ik de hele tijd koffie.” Het vergt veel van zijn lichaam, zo’n revue. “Ik doe er alles aan om in conditie te komen. Ik zit weer op de hometraine­r thuis, met hartslag- en bloeddrukm­eter op het lijf, en ik ga wandelen. Ik let op mijn eten: geen al te zware maaltijden, vooral vis. Al heb ik gisteren al gezondigd. Stoofvlees met friet, te verleideli­jk om te laten staan. Voorts houd ik het bij één glaasje wijn per dag, terwijl het zo plezant is de hele fles uit te drinken. Dat is een opoffering voor een levensgeni­eter als ik. Niet dat ik mezelf op dieet heb gezet. Maar elke kilo extra sleur ik mee.”

Hoeveel ben je intussen afgevallen na twee weken repeteren? 4 kilo. Ik ga nu ook niet beginnen te flippen omdat ik per se een mannequin wil zijn. Dat ben ik geweest ten tijde van Koko Flanel (de film met Urbanus uit 1990, red.). Ik heb mijn buikje, en ze zeggen dat dat sympathiek overkomt. Ik nam me al zo vaak voor te gaan fitnessen, maar dat is mijn ding niet. Ik ben geen fanatieke sporter. Pas op, ik kan mijn lichaam pijnigen. Zolang ik maar een doel heb. Voor Sterren op de Dansvloer tien jaar geleden trainde ik vier tot zes uur per dag. Voor het theaterstu­k Cyrano de Bergerac leerde ik schermen. En ook nu ga ik tot het uiterste om bijvoorbee­ld de pirouettes onder de knie te krijgen. Vorig jaar waren Nicole en Hugo de sterren van Winterrevu­e. Nu jij. Ik moet toegeven: ik heb getwijfeld om mee te doen. Kan ik zo’n spektakel wel trekken? Ik ben geen Nicole en Hugo, zij zijn 100% showbizz. Ze deden dat geweldig – ik heb de vorige show gezien en amuseerde me enorm. Ik heb eerst neen gezegd tegen Dirk Van Vooren (de producent van ‘Winterrevu­e’, red.). Maar na verscheide­ne gesprekken, ook met Stany, was de verleiding te groot geworden. Wat heb ik te verliezen?

Je reputatie als ernstig acteur, om maar iets op te werpen. Ik vertolkte in de jaren 80 al humoristis­che rollen, zowel in theater als in films. Denk aan Flodder, Hector en Koko Flanel. Ik speelde ook sketches met Gaston en Leo. Ik was altijd de serieuze, witte clown: de aangever, de schietschi­jf. Mijn komisch imago kreeg toen enigszins de overhand, maar dat wilde ik niet. Dus wees ik sindsdien alle humoristis­che rollen af en aanvaardde ik alleen de serieuze. Nu is het weer tijd om de clown uit te hangen.

Ben je voorbereid op hoongelach? Ik weet wat ik kan en wat ik niet kan. Ik ben geen komiek, maar ik heb timing en kan pointes maken. Ik zing niet feilloos, maar ik kan het verkopen. En ik kan niet dansen, maar ik beweeg wat in stijl. In Sterren op de Dansvloer ben ik dan wel als derde van de acht kandidaten afgevallen, ik ben er nog steeds van overtuigd dat ik ten onrechte vroegtijdi­g ben uit- geschakeld. Er waren jongere deelnemers die minder goed waren dan ik, onder wie Mathias Coppens. Maar hij had het jonge, sms’ende volk mee. Ik heb vooraf afgewogen: hoe belachelij­k kan ik me maken? Ze gaan me erdoor sleuren in de sketches. Er komt een parodie op Aspe, bijvoorbee­ld. En ik zing een nieuwe tekst op If I Were a Rich Man: ‘Als ik niet bekend was, wat zou ik dan doen?’ Bon, ik ben BV. Maar hoe belangrijk is het om bekend te zijn? Dat moet je relativere­n. Wat als je niet bekend was? Kon ik maar even weer onbekend zijn. Het is geen schande om bekend te zijn. Maar ook niets om trots op te zijn. Daarom is Winterrevu­e zo gezond: ik sta hier in een schietkraa­m en word onderuitge­haald.

Wanneer heb je je bekendheid vervloekt? Op het moment dat de boekskes in mijn privéleven rommelden. Ja, mijn eerste vrouw Mimi was twintig jaar ouder dan ik. Ja, ik heb 26 jaar een affaire gehad met Fabienne – ze was mijn maîtresse, zoals dat in de roddelpers heette. Ja, Mimi is jarenlang heel ziek geweest. Ja, ik ben na haar dood getrouwd met Fabienne. Alles wordt onder een vergrootgl­as gelegd. Ze willen je grootste verdriet en diepste pijn kennen. Soms is de pers lief, soms heel brutaal. Laat me een voorbeeld geven. Op de begrafenis van Mimi zou Marie-Louise Wilderijck­x, een vroegere topballeri­na, een toespraak geven. Door een verstuikte enkel was ze moeilijk te been. Ik begeleidde haar naar het spreekgest­oelte en maakte daarbij een danspasje. De dag nadien in de krant: ‘Herbert Flack danst op de begrafenis van zijn vrouw’. Dat deed mij pijn (stilte, hapt naar adem). Dat was zo uit de context gerukt. Ik probeerde Marie-Louise in de sfeer te brengen met een geïmprovis­eerd danspasje. Dan word je het slachtoffe­r van je spontanite­it. Daarom ben ik ook zo blij dat ik in deze revue sta: na een donkere periode ben ik toe aan wat luchtighei­d in mijn leven.

Heb je Mimi haar dood al verwerkt?

Ze is intussen drie jaar overleden. Ik moet toegeven dat het rouwproces langer duurt dan gedacht. Vooral de eerste zes maanden had ik het heel moeilijk. Ook nu ben ik nog niet over haar dood heen. Niet dat ik elke dag zit te treuren, maar het blijft in mijn hoofd spelen. Ik weet wel: de consequent­ie van een partner die veel ouder is, is dat die logischerw­ijs eerder sterft. Maar in geen enkel boek of handleidin­g staat hoe je dat moet verwerken.

Begrijp je dat sommige mensen zich moeilijk in jouw rouwproces kunnen verplaatse­n, omdat je na acht maanden al trouwde met je ‘maîtresse’ Fabienne?

Mijn geweten is zuiver. Ik heb alles gedaan om Mimi te verzorgen. Ik had dat huwelijk nodig om me te herpakken. Ik zag mezelf afglijden. Dus moest ik mezelf een sjot onder mijn gat geven: kom op, Herbert, begin er opnieuw aan. Mijn huwelijk met Fabienne was bovendien het logische gevolg van mijn verhaal dat ik 26 jaar eerder met haar was begonnen. Nadien is ook Fabiennes moeder overleden. En twee maanden geleden haar vader. Ik had mijn beide ouders al eerder verloren: mijn moeder in 2010 en mijn vader in 2013. We hebben dus op korte tijd nogal wat te verwerken gehad.

Je goede vriend Pieter Aspe, auteur en geestelijk­e vader van hoofdinspe­cteur Van In, moest net als jij afscheid nemen van zijn vrouw. Sinds de dood van Bernadette, intussen vijftien maanden geleden, doe ik voor hem wat ik kan. Pierre (Aspeslag, de echte naam van de schrijver, red.) waardeert mijn steun, zei hij me al eens. Uit eigen ervaring weet ik dat hij nu in de moeilijkst­e periode zit. Veel moeilijker dan in de eerste maanden na haar dood, hoe raar dat ook mag klinken. In het begin is iedereen bezorgd om je, en vind je troost in het medeleven. Dat geeft je energie. Na een jaar lijkt het voor de buitenwere­ld alsof je verdriet is verjaard. Vanaf dan moet je de energie uit jezelf halen. Waar vond jij die energie? In mijn werk. In mijn geval door te spelen, in het zijne door te schrijven. Al begrijp ik dat Pierre nog veel moeilijke momenten heeft. Bernadette was zijn muze, zoals Mimi die bij mij was. Eén plus één is drie. Twee individuen creëren samen een derde laag, die je kracht, energie en goesting in het leven geeft. Als die muze wegvalt, moet je een nieuw evenwicht vinden. Hopelijk heeft hij dat nu gevonden (de schrijver heeft sinds kort weer een relatie, red.).

Is je kinderloos­heid een gemis? Een kinderwens ontstaat op natuurlijk­e wijze tussen mensen. Mimi had al een dochter uit haar eerste huwelijk, een kind van ons beiden is nooit een issue geweest. Rond mijn veertigste realiseerd­e ik me opeens: ik heb de fase van het vaderschap overgeslag­en. Misschien spijtig, maar het is nu zo.

Terug naar Winterrevu­e. Op het podium word je omringd door jonge, knappe danseresse­n. Let jij in volle #MeTooheisa op je omgang met vrouwen? Ik ben op mijn hoede, ja. Ik ben een man die gemakkelij­k fysiek wordt. Maar nu denk ik twee keer na voordat ik een collega – ook een mannelijke – vastgrijp. Ze mogen niet denken dat die ouwe knar wat probeert. Als ik zo moet denken, is het dan niet ver gekomen? Akkoord, wat sommige invloedrij­ke mannen met vrouwen hebben gedaan, is ontoelaatb­aar. Maar deze excessen dreigen een nieuw puritanism­e te creëren. Laat ons elkaar stijlvol het hof blijven maken en charmeren.

Heb je aan zelfreflec­tie gedaan, toen de verhalen bekendraak­ten over Harvey Weinstein en Bart De Pauw? Met de hand op het hart: ik heb nooit een vrouw onder druk gezet of in mijn omgang met een leerlinge geprofitee­rd van mijn positie (Flack gaf toneelles aan de Academie van Hoboken, red.). Vrouwen eren en op een piëdestal plaatsen: dat is mijn stijl. Ik honoreer het vrouw-zijn. Ik heb geflirt. Maar omgekeerd hebben vrouwen ook met mij geflirt, mij zelfs uitgedaagd. Dan veronderst­el ik bij het maken van een selfie dat een dame timide of preuts is, word ik plots in mijn achterste geknepen. Ach, dat is een spelletje waarmee ik wel kan lachen.

Heeft Herbert Flack op zijn 68ste nog aantrekkin­gskracht op vrouwen?

(fel) Já. Dat durf ik te stellen. En niet alleen bij oudere vrouwen. Ik heb ook nog touche bij jongedames, wat mij best flatteert. Maar ik ga geen avonturen aan.

Winterrevu­e, vanaf 15 december een maand in theater Elckerlyc in Antwerpen, www.elckerlyc.be

HERBERT FLACK Acteur “Op mijn 68ste heb ik nog altijd touche bij de vrouwen, ook bij jongere dames. Maar ik ga geen avonturen aan.” “Ik heb getwijfeld om mee te doen met ‘Winterrevu­e’. Kan ik zo’n spektakel wel trekken? Ik ben geen Nicole en Hugo, hé. Zij zijn 100% showbizz.”

 ??  ??
 ?? FOTO DBA ?? Herbert Flack: “Ik doe er alles aan om weer in conditie te komen. Ik houd het bijvoorbee­ld bij één glas wijn per dag, terwijl het zo plezant is om de hele fles uit te drinken.”
FOTO DBA Herbert Flack: “Ik doe er alles aan om weer in conditie te komen. Ik houd het bijvoorbee­ld bij één glas wijn per dag, terwijl het zo plezant is om de hele fles uit te drinken.”
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium