Vervoersplan NMBS is slechts het begin M

et een aangepast vervoersplan wil de NMBS vanaf morgen, zondag, op een aantal trajecten meer treinen inzetten. Dat betekent dat er bijvoorbeeld tussen Antwerpen en Essen vanaf dan niet één, maar twee treinen per uur rijden. Dat is vooral voor pendelaars goed nieuws. De trein missen zal een stuk minder frustrerend zijn dan nu het geval is. Alles bij elkaar zal het treinaanbod uitbreiden met 5,1%. Daarnaast wordt een aantal overstapmogelijkheden verbeterd en aansluitingen met tram en bus zullen beter op elkaar afgestemd zijn. Dat klinkt veel reizigers ongetwijfeld als muziek in de oren. Wie regelmatig met de trein rijdt, weet dat het bij momenten een overlevingstocht is om binnen een redelijke termijn van de ene plek naar de andere te geraken. Vooral wie van of naar een kleinere gemeente reist, kan al wel eens teleurgesteld op het perron achterblijven. Dat de NMBS, de eerste keer sinds 2014, het treinaanbod drastisch aanpast aan de behoeften van de reizigers is daarom niet meteen revolutionair te noemen. Het is niet meer dan logisch. Onze spoorwegen komen van ver en ze hebben nog een heel eind te gaan voor er van snel en efficiënt openbaar vervoer kan worden gesproken in dit land. De volgende stap moet zijn dat naast een goed uitgewerkt voorstadsnet, rond onder meer Antwerpen en Brussel, er snelle en snel op elkaar volgende verbindingen tussen de grote steden komen. Dat zijn nu eenmaal de meest gebruikte trajecten en er is nog meer dan gewone behoefte voor extra treinen. In Nederland, nochtans niet altijd de beste van de klas als het over efficiënt treinvervoer gaat, hebben ze sinds enkele maanden een tien-minuten-trein. Het woord zegt het zelf. Elke tien minuten vertrekt er een trein tussen Amsterdam en Eindhoven en omgekeerd, die ook alle centrumsteden op dat traject aandoet. Het is een beetje zoals de tram nemen. Als je er net één gemist hebt, neem je gewoon de volgende. Reizigers hoeven zelfs niet meer naar de dienstregeling te kijken want die volgende trein staat er voor je er erg in hebt. Dat deze Nederlandse tien-minuten-trein een succes is, hoeft wellicht geen betoog. Dat is het openbaar vervoer waar we ook in ons land naartoe moeten. De snelle verbindingen tussen de grote steden zijn, zeker tijdens de spits, nog altijd ontoereikend. En daardoor is voor veel mensen de keuze om toch maar de auto te nemen nog altijd te verleidelijk. Die keuze mag er in de toekomst niet meer zijn. Op het moment dat mensen er zelfs niet over denken om nog in hun auto te stappen, hebben we een goed en efficiënt openbaar vervoer. Maar zover zijn we helaas nog lang niet. Dat is de uitdaging wanneer de NMBS in 2020 het nieuwe vervoersplan opnieuw aanpast.