Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Wonen tussen de wolken
Qua blauwe luchten en open ruimte is het volgebouwde Vlaanderen wat minnetjes bedeeld. Toch zijn er ook bij ons nog plekken die doen dromen van eindeloze verten en van het land achter de horizon. Maar die komen met een prijskaartje.
In films en buitenlandse magazines vergapen we ons graag aan woningen met een spectaculair uitzicht: villa’s van the rich and famous in Californië, hoog boven de Stille Oceaan. Penthouses met zicht over Central Park en Manhattan. Oude Britse koloniale paleizen die de Himalaya met zijn eeuwige sneeuw als niet onaardig decor hebben. Een Polynesisch eiland met één enkel droomhuis erop. Of oude landhuizen in meticuleus onderhouden, glooiende parktuinen. De lijst van ontzagwekkende uitzichten is eindeloos. Dan hebben wij het in Vlaanderen minder goed getroffen. Een groot deel van het jaar leven we onder een grijze hemel. Vanuit onze living genieten we veelal van een weids uitzicht over… een grasveldje van enkele vierkante meters. Motorrijders die op zondag hun Harley van stal halen, rijden niet door een zinderend Route 66-landschap, zoals de reclame hen nochtans had beloofd, maar tussen de lintbebouwing langs een of andere steenweg. En onze Noordzee kan op haar betere dagen dan best wel aardig ogen, The Great Pacific is het ook niet bepaald.
Penthouse met Scheldezicht
We weten allemaal dat de omgeving waarin we wonen belangrijk is voor ons welbevinden. Wakker worden met zicht op het parkeerterrein van de lokale lowbudgetsupermarkt is heel wat anders dan ontwaken met zicht op zee. En misschien heeft iemand die vanuit zijn penthouse neerkijkt op het gekrioel van de stad, niet alleen letterlijk maar ook figuurlijk de wereld aan zijn voeten – the sky is the limit. Of is het met uitzichten net als met alle andere vormen van luxe: het went snel?
“Bijna elke stad heeft wel ergens zo’n verrassende plek waar de tijd stil is blijven staan en het mysterie om de hoek lijkt te loeren”
Even surfen langs immosites levert al snel een flink aantal woningen met adembenemende uitzichten op. Vooral – en echt verwonderlijk is dat niet – in de hogere prijsklasse. “Mensen die meer te besteden hebben, zijn vaak niet specifiek op zoek naar een uitzicht”, zegt Arthur Rodenburg van Rodenburgh Immobiliën uit Brasschaat (www.rodenburgh.be). “Ze willen gewoon dat alles klopt, dus ook het uitzicht. Doordat er veel keuze is in de hogere prijsklasse, zijn woningen met een slecht uitzicht daarom echt wel moeilijker te verkopen. Als huizen daarentegen een uitzonderlijk mooi uitzicht hebben, kan dat wel een invloed hebben op de prijs, maar toch maar in beperkte mate. Er zijn een hele reeks andere factoren die een grotere rol spelen. Al zijn er af en toe wel mensen die absoluut een vrij uitzicht willen, maar dan wordt de trechter hier in Vlaanderen wel heel nauw…” Een absolute wauw-ervaring had Arthur Rodenburg onlangs nog in een penthouse in de Antwerpse London Tower: “Een uitzicht is voor ons altijd een verkoopsargument, en we proberen dat dan ook steeds te tonen. Het probleem is dat het vaak moeilijk vast te leggen is, en dat was zeker het geval in de London Tower: de foto’s geven maar de helft weer van de werkelijke ervaring die je daar krijgt.”
Zicht op zee
Bij Dewaele Vastgoedgroep (www.dewaele.com) hebben ze verschillende kantoren in West- en Oost-Vlaanderen en in Brussel, en kunnen ze dus een vergelijking maken tussen de verschillende regio’s. Niet echt verrassend is dat aan de kust het uitzicht extreem belangrijk is, en een groot deel van de prijs uitmaakt. Maar ook mensen die ervoor kiezen om landelijk te gaan wonen, hechten veelal belang aan het uitzicht. Vooral als het gaat over de grote villa’s en hoeves; kandidaat-kopers met een beperkter budget hebben meestal andere prioriteiten. In de stad speelt het uitzicht minder mee, al merken de makelaars wel dat panden die bijvoorbeeld uitkijken op een park of op een mooi stadsgezicht, sneller verkocht geraken en een hogere prijs halen. En zaken als een zicht op het centrum van Brugge, op een historisch monument of op het water blijven belangrijke troeven die in de verkoop zeker worden uitgespeeld.
Zicht op mijnterril
Nochtans is een uitzicht niet altijd een luxe die je duur betaalt. Ook niet in eigen land. Iedereen kent ze wel, die wat banaal ogende huisjes in de Ardennen, die achteraan plots een fenomenaal uitzicht blijken te hebben over een groene vallei, waar een riviertje zich een weg zoekt tussen de bomen en ijle nevelslierten boven de weiden hangen. En je hoeft niet in Brugge te wonen om een magnifiek oud stadsgezicht te hebben, bijna elke stad heeft wel ergens zo’n verrassende plek waar de tijd stil is blijven staan en het mysterie om de hoek lijkt te loeren. Soms vind je de uitzichten op de meest verrassende plekken: ooit was de cité van Beringen-Mijn een grauw oord in de schaduw van een gigantische terril. Maar nu de puinheuvel met gras begroeid is en er schaapjes op grazen, lijkt de wijk met zijn huisjes in cottagestijl op bepaalde plaatsen zo weggeknipt uit een Engelse prentbriefkaart.
Zicht op periferie
Wie in Vlaanderen nog wil genieten van een – betaalbaar – uitzicht, trekt het best naar de periferie: in de West-Vlaamse polders en in de Limburgse bossen is de kans het grootst dat je met een modale beurs nog een mooi plekje versiert. Meer centraal gelegen zijn er ook nog best mooie gebieden, maar daar moet je vaak al heel wat meer centen ophoesten voor een woning die aangenaam gelegen is. Denk aan Schilde, ’s-Gravenwezel en Brasschaat rond Antwerpen. En die perimeter deint uit: Kempense dorpjes die tot voor kort nog landelijk, dorps en betaalbaar waren, gaan steeds vaker deel uitmaken van de ‘durevillagordel’. Hetzelfde gebeurt rond Brussel. Boerderijen in bijvoorbeeld het Pajottenland zijn zo gegeerd, en dus zo duur, dat het voor echte boeren moeilijk wordt om aan landbouwgrond te geraken. Bij de Boerenbond hebben ze het zelfs over de fenomenen ‘vertuining’ en ‘verpaarding’: veeweiden en akkers worden massaal omgevormd tot tuinen en weiden voor paarden. Op zoek naar verre horizonten trekt de Vlaming ook de (taal)grens over. Leuvenaars verkassen naar het nochtans ook niet zo goedkope Waals-Brabant. Wie zich de vergezichten in het Pajottenland niet kan veroorloven, vindt misschien wel zijn gading in het aangrenzende Pays des Collines in Henegouwen, waar ook steeds meer Gentenaars naar afzakken. En ten noorden van Antwerpen en Gent wordt Zeeland de laatste jaren overspoeld door Belgen op zoek naar een betaalbare woning en een vrij uitzicht.