Betoncentrale voor Betca

Miljoeneninvestering maakt bedrijf klaar voor de toekomst

Betca zit in de laatste fase van belangrijke investeringen die het betonconstructiebedrijf moeten klaarmaken voor de toekomst. Nieuwe werkhallen voor het fabriceren van enorme balken zijn klaar en een eigen betoncentrale is in aanbouw.

Arbeiders van betonconstructiebedrijf Betca in de Doelhaagstraat in Rumst leggen momenteel de laatste hand aan de bouw van een eigen betoninstallatie. Het is voorlopig de laatste fase van de vernieuwingswerken, die ruim 4,5 miljoen euro kosten.

Wijlen Francis Van Campenhout begon in 1979 op de plaats waar voorheen steenfabriek Rupel & Nete actief was met een eigen bedrijf. Onder de naam Betca stond hij met zijn vennoot Johan Willemen in voor de productie van betonnen vloerplaten.

Het initiatief werd een succes en groeide uit tot een bedrijf in betonnen prefabelementen voor gebouwen, bruggen en vooral spoorwegen. De NMBS werd op een bepaald ogenblik de belangrijkste klant en zorgde voor 85% van de bestellingen. “Vandaag de dag is onze hoofdactiviteit het fabriceren van betonnen elementen voor gebouwen en bruggen”, vertelt Marc Van Campenhout, huidig zaakvoerder en zoon van de stichter.

Zonnepanelen

Om al die betonnen elementen te kunnen maken, liet Van Campenhout de oude constructiehallen vernieuwen. In 2008 gebeurde dat met een eerste werkplaats. Al vlug bleek dat ze naast verschillende bestellingen grepen omdat ze niet alle materiaal voor sommige werken konden leveren, wat voor veel aannemers minder interessant was.

“We konden inderdaad niet de grote voorgespannen liggers voor gebouwen en vooral bruggen produceren”, gaat Van Campenhout voort. “Daarom besliste ik om ook onze twee andere hallen te laten vernieuwen. Het was een werk dat we met ons eigen personeel en materiaal zelf uitvoerden.”

Het resultaat oogt fraai. De portaalkranen op sporen op de grond werden vervangen door rolbruggen, de infrastructuur verbeterd en ledverlichting aangebracht, net zoals zonnepanelen op het dak. Het geheel zorgt volgens ingenieur Frederik Cornelis, die als managing director de leiding van het bedrijf op zich nam, voor een kwart aan productiewinst. In deze werkplaatsen kunnen ze nu wel balken tot 45 meter of langer produceren, iets waarvoor ze vroeger bij derden te rade moesten gaan.

“Bovendien kunnen we straks ons volledige productieproces zelf verzorgen. Onze onderafdeling Rupelstaal zorgde al voor de bewapening van het beton. Momenteel leggen arbeiders de laatste hand aan de bouw van een eigen betoncentrale, zodat we ook die basismaterie zelf zullen kunnen fabriceren om tot onze prefabelementen te komen.”

Voorlopig betekent het nog niet dat er meer personeel zal worden aangeworven. De veertig werknemers hebben ondertussen wel meer en betere middelen ter beschikking. “Een en ander is uiteraard ook afhankelijk van de bestellingen die binnenlopen”, zegt Marc Van Campenhout. “Uiteraard zitten we na de vernieuwing van onze site in Rumst niet stil. De toekomst zal moeten uitwijzen welke mogelijkheden we hier of elders hebben.”

FOTO JEF WIJCKMANS Ingenieur Frederik Cornelis en zaakvoerder Marc Van Campenhout bij een oplegger met een overspanningselement dat in de nieuwe fabriek en de betoncentrale achter hen werd gemaakt.