Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Appelmans en sluikstorters
Zaterdag was het guurder weer dan wat de massa toeristen in de stad deed vermoeden: koude wind, dreigende wolken en wat gedruppel. Misschien de voorbode voor meer, want ze hadden zwaar weer voorspeld. Dat bleef op dat moment uit, maar als jouw hond juist op zo’n moment moet – mensen reppen zich naar een droog plekje – dan had zijn timing beter gekund. Tenminste, dat vond zijn baasje, want die liet het kokertje aan de leiband onaangeroerd. Of nee, ze liet het ongeopend, nadat ze het héél even had aangeraakt. Een blik naar boven deed haar beslissen dat een natte hond droogwrijven ook geen fijne klus is.
Kakje tegen de gevel, hondje en baasje weg: foei. Het is niet het laatste sluikstort dat ik tegenkwam. Veeg alle sigaretten rond de kathedraal op een hoop en je kan er niet meer rond wandelen. Blikjes: je kan er niet naast kijken. Zeker niet met de wind die altijd rond de kathedraal woedt: ze kletteren van de Tempelstraat naar beneden richting standbeeld van bouwmeester Jan Appelmans, die zijn bouwplannen niet kan loslaten om ze op te rapen.
De dienst Stadsonderhoud heeft er iets op gevonden: een speeltje voor de straatvegers met dienst. Die kregen een veegmachine op wieltjes. Geen grasmachine met trucjes, het ding rolt achter de straatveger aan, en die hanteert de slurf van de veegmachine. Laat een kleuter een olifant tekenen en je hebt het: zoiets.
Het leuke eraan is dat deze Nono, zoals de straatvegers hem noemen, zowat alles ophaalt, tot het kakje toe. Al is dat allemaal niet de bedoeling. In een stad die zich toeristisch wil vermarkten, zouden straatvegers overbodig moeten worden. En dat schijnt, met al negentien van die machines inzetbaar, aardig te lukken. Al blijft het aantal medewerkers met veegtaken: chauffeurs van grotere veegmachines, vegers zelf en de bedieners van de Nono’s, wel verrassend hoog: 440 in totaal. Niettemin, het sluikstorten verplaatst zich naar minder zichtbare plaatsen. Parkings zijn het nieuwe doelwit, hoewel die de jongste tijd zwaar geïnvesteerd hebben in een deftige inrichting: de herkenbare urinegeur is er minder aanwezig dan pakweg drie jaar geleden. Maar waakzaamheid blijft ook daar nodig, getuige een sticker met stort-, spuit-, plas- en kakverbod aan de ingang van parking Appelmans. Maar nog eens, dat was geen straatveger.