Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ja, we zijn jaloers op Nikiforov”
België oogst twee EK-medailles, maar Vlaanderen heeft daar geen verdienste aan
Na een half dozijn ereplaatsen op grote evenementen heeft Toma Nikiforov (-100 kg) eindelijk zijn hoofdprijs binnen. In Tel Aviv kroonde de 25-jarige Brusselaar met Bulgaarse roots zich tot Europees kampioen. Vrijdag had Sami Chouchi (-81 kg) al zilver gewonnen, een dubbelslag waarmee België zijn dramatische EK 2017 in de vergeethoek heeft gewerkt.
In zijn finale tegen Cyrille Maret, een Fransman die in Rio olympisch brons had gewonnen, was Nikiforov nochtans eerst op achterstand gekomen. Na 1’02” moest Nikiforov een wazaari toestaan, maar zo’n dertig seconden later nam hij zijn opponent in een houdgreep. Maret moest uiteindelijk afkloppen. Na zijn zege dook de stoere beer uit Brussel eerst in de armen van mama Angelina en papa Nicolas, alvorens op het hoogste podium tot tranen toe geëmotioneerd zijn gouden medaille te ontvangen. “Het duurde heel lang vooraleer ik het echt kon geloven. Eindelijk kende ik de perfecte dag. Eindelijk hebben al die jaren van keihard trainen gerendeerd.”
Terwijl België in 2017 met lege handen was teruggekeerd van het EK, staan we een jaar later dankzij die Waalse dubbelslag samen met Slovenië en Kosovo op de derde plaats van de medailletabel. Is dat een momentopname, gebouwd op twee uitschieters? Of biedt dit toekom stperspectieven? Cédric Taymans, sportief directeur van de Waalse federatie, ziet veel redenen tot hoop.
“Naast Sami en Toma beschikt België over talenten als Anne-Sophie Jura en Matthias Casse, de wereldkampioen bij de juniores. Bovendien mag je routiniers als Dirk Van Tichelt en Charline Van Snick nog niet afschrijven. Sami en Toma hebben wel geschiedenis geschreven voor het Franstalige judo. En wat dat duo betreft: het beste moet nog komen.”
Vlaanderen faalt, Wallonië bloeit
Opvallend, inderdaad: beide medaillisten kregen hun opleiding bij de Waalse federatie, terwijl geen enkele van de zes Vlaamse EK-gangers verder dan de achtste finales geraakte.
“Ik lig er nog niet wakker van”, stelt Koen Sleeckx, technisch directeur aan Vlaamse kant. “Maar het is wel een kopzorg. Er ligt veel werk op de plank. We zijn een beetje jaloers op Nikiforov, iemand met heel veel talent, heel veel wilskracht en een gemoedelijke persoonlijkheid. Die man is promotie voor het judo.”
Europa geldt samen met Azië als zwaartepunt van het mondiale judo. Bij de eerste twintig van de wereldranking in Nikiforovs categorie staan zeventien Europeanen. Pas op de dertiende plaats volgt met de Japanner Aaron Wolf de eerste niet-Europeaan. Nikiforov (num- mer vijf op de ranking) won zijn goud dus tegen de wereldtop, maar welke perspectieven biedt dat voor Tokio 2020? Geldt hij nu al als een absolute podiumkandidaat?
“In het judo kan je zoiets onmogelijk inschatten”, verklaart Taymans. “Toma kan elke judoka ter wereld aan, maar vergeet niet dat hij in 2017 zelfs de kwartfinales van het EK niet overleefde. Op dit EK zag ik wel een rijpe atleet aan het werk, die perfect de balans vond tussen panache en kalmte. Voorheen durfde Toma wel eens te ongeduldig vechten, wat hem vaak de winst kostte.”