Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Antwerps vervoerbedrijf, ok, maar wat dan met De Lijn?
Niet iedereen volgt N-VA in nieuwe aanval op openbare tram- en busmaatschappij
Het pleidooi in deze krant van Antwerps schepen Koen Kennis voor een vervoerbedrijf dat instaat voor alle verkeer en openbaar vervoer in een grote regio rond Antwerpen, heeft een stroom aan reacties losgemaakt. In dit plan ziet N-VA De Lijn als een mogelijke partner, niet als de monopoliehouder.
Zeker, iedereen vindt het een goed idee dat steden en gemeen- ten meer te zeggen krijgen over openbaar vervoer en alles erom- heen. En het is ook duidelijk dat de verschillende vervoerswijzen, van deelfiets tot trein en alles daartussen, beter op mekaar afge- stemd moeten worden. Bijvoor- beeld in een samenwerkingsver- band tussen Antwerpen en 33 omliggende gemeenten, zoals Koen Kennis dat ziet.
Maar moet in het hart van dit sys- teem De Lijn nog de onvermijde- lijke partner blijven, en zoals van- daag de regie in handen houden van de organisatie van het open- baar vervoer? Als het van De Lijn zélf afhangt wel. Maar N-VA laat dat concept resoluut los – “De Lijn zit te weinig bij de realiteit” – en wil bekijken of het soms niet beter kan met buitenlandse privémaat- schappijen. Open Vld, dat drie jaar geleden al uitpakte met het idee van regionale, rond kernsteden uitgebouwde netwerken, zit op dezelfde golflengte. Maar dat geldt lang niet voor iedereen.
Bart Somers (Open Vld): “De Lijn volgt te veel eigen logica”
“Wij zeggen al jaren dat er te veel van bovenuit wordt beslist. Het openbaar vervoer van morgen moet je vanuit de lokale besturen organiseren, met maximale af- stemming op het lokale beleid voor verkeer, parkeren en alle mogelijke alternatieven voor de auto.”
“De Lijn redeneert te veel vanuit de eigen logica van bus en tram, maar alles hangt met alles samen. Er wordt al een stap gezet in Vlaanderen met de ‘vervoer- regio’s’, regionale netwerken die mogelijk nog dit jaar worden in- gevoerd. De Lijn opereert daarin nog als centrale partner, maar de gemeenten krijgen al veel meer zeggenschap. De vraag is nu hoe ver je daarin gaat. Voor ons is De Lijn maar één mogelijke leverancier van busdiensten en is het aan de gemeentelijke partners om alle keuzes te maken. Het is de Vlaamse regering die daarover zal beslissen. Dit wordt een inzet van de verkiezingen in 2019.”
Mobiliteitsexpert: “Dit doet denken aan een verrottingsstrategie”
“Je ziet in de buurlanden dat regi- onale vervoerbedrijven uitste- kend werk leveren. Maar bij de scherpe kritiek van schepen Koen Kennis op De Lijn heb ik beden- kingen”, zegt mobiliteitsexpert Herman Welter. “Je kunt vandaag alle prestaties van De Lijn aan- zienlijk verbeteren door te zorgen voor een betere doorstroming, door de tram altijd groen te geven bijvoorbeeld. Je kunt één ticket invoeren waarmee iedereen over- al in Vlaanderen met trein, tram, bus en deelfiets kan reizen. Wat N-VA doet, doet denken aan een verrottingsstrategie. Het is ook niet zo simpel om een en ander te organiseren. Je moet Europese aanbestedingen uitschrijven voor nieuwe vervoerfirma’s. En je zit nog met de federale NMBS.”
TreinTramBus: “Juist N-VA zit aan de knoppen achter De Lijn”
Ook de vereniging TreinTramBus wijst er op dat N-VA vandaag met een minister van Mobiliteit (Ben Weyts), een Antwerpse schepen van mobiliteit (Koen Kennis) en een voorzitter van de Raad van Bestuur bij De Lijn (Marc De- scheemaecker) net aan de knop- pen zit.
“Als De Lijn het niet goed doet, moet de partij toch eens in eigen boezem kijken”, luidt het. En: “Het extreem aanpakken van De Lijn was veel belangrijker dan de uitbouw van een slagvaardig openbaar vervoer. De werkelijke redenen van de belabberde pres- taties van De Lijn zijn niet aange- pakt.”
Tegelijk toont ook de reizigersver- eniging zich een “extreem sterke voorstander” van stedelijke ver- voerbedrijven, met een actieradius tot 35 km buiten de stad.
Andere partijen: Liever De Lijn
Dirk de Kort, schepen in Brasschaat en Vlaams parlementslid voor CD&V, is voor de vervoerregio’s zoals die nu worden uitgewerkt, maar nog verder “uitsplitsen” ziet hij niet zitten. “Heeft een reiziger tussen Antwerpen en Brussel dan verschillende pasjes nodig?” Hij vraagt meer geld voor De Lijn.
Wouter Van Besien, lijsttrekker van Groen in Antwerpen, vindt dat de regio’s zelf moeten kunnen beslissen, maar de praktische exploitatie van de bussen laat je volgens hem best bij De Lijn. “Alleen al voor het schaalvoordeel. De werking van De Lijn kan beter, maar wij willen niet terug naar de Buurtspoorwegen van vroeger.”
Jinnih Beels, lijsttrekker voor sp.a in Antwerpen, ziet meer een schuldbekentenis of wanhoopskreet dan een voorstel. “De N-VA wil de marathon lopen terwijl men nog niet kan stappen. Er moet eerst werk worden gemaakt van een stipter en beter communicerend openbaar vervoer. Meer regie vanuit de stad is wel nodig.”
Interessant is nog de waarschuwing van Dis Van Berckelaer, burgemeester van Borsbeek: “Ik ben zeker gewonnen voor een regionale organisatie, en dat hoeft niet per se altijd met De Lijn te zijn. Maar als ze een parkeergordel willen met park & rides rond de stad, maak ik mij zorgen. Komen die in woonzones? De rand moet niet letterlijk ‘de parking’ van de stad worden. Ten tweede moet meer werk worden gemaakt van transversale verbindingen rond de stad, bijvoorbeeld van Mortsel naar Borsbeek.”