Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Tom Dumoulin , van ‘gebuisde’ belofte tot wielerfenomeen
Het begon in 2010 in Portugal, op een geleende fiets. Tom Dumoulin checkte op het internet hoe dat precies ging, dat tijdrijden. Eén dag later won hij al de koers. Zijn eerste coaches reconstrueren de onwaarschijnlijke opgang die Dumoulin sindsdien maakte
2010 Tijdrit gewonnen op geleende fiets
Aart Vierhouten heeft het verhaal misschien al honderd keer verteld. Maar hij vertelt het met plezier nog een keer. Hoe hij in 2010 besloot een onbekende renner mee te nemen naar de de Trofeu Cidade Da Guarda, een Portugese wedstrijd in de Nations Cup. Tom Dumoulin was negentien, een amateurtje bij de kleine Park Hotel Rooding-ploeg. Pas op zijn zestiende was hij begonnen met wielrennen, onder de vleugels van oudprof Ad Wijnands op camping de Bosrand in Sint-Geertruid.
“In december was ik aangesteld als nationaal coach voor beloften en junioren”, zegt Vierhouten. “Ik ben meteen alle lastige koersen van de voorbije twee jaar gaan doornemen. Tom woonde in Maastricht en in alle wedstrijden rond Luik finishte hij steeds in de top tien. Hij won nooit, maar ik wist hoe lastig de parcoursen daar waren. Ik riep Tom op voor de nationale trainingen.”
“We gingen fietsen rond Papendal. De tweede dag deden we een klimmetje op de Posbank. Dat was een groep met Wouter Wippert en Coen Vermeltfoort, die generatie. Die mannen wilden ook wel eens als eerste boven komen, maar met Tom kon dat niet. Ik weet nog dat ik mijn vrouw ’s avonds vertelde: Nu heb ik toch een bijzondere renner in de groep. Hij fladdert gewoon rond. Ik wilde ook zien wat hij waard was op internationaal niveau. Daarom nam ik hem mee naar de Nations Cup.”
28 maart 2010 noemt Dumoulin nu zelf het sleutelmoment in zijn carrière. De dag dat hij in Portugal de tijdrit won . “Op een tijdritfiets die hij van een vriend had geleend”, zegt Vierhouten. “Vooraf had hij nog filmpjes zitten bekijken om te bestuderen welke houding je het beste kan aannemen. Om die tijdrit dan te winnen, dat was ongelofelijk. Daar wist ik het helemaal: deze jongen gaat het maken.”
“Tom kwam natuurlijk niet uit een wielerfamilie. Ik denk niet dat hij één oom heeft die ooit een koersfiets heeft gehad. Zijn vader is professor, die vond school erg belangrijk. Ik heb veel met de ouders gesproken. Ik weet nog dat zijn vader vroeg: Wielrenner? Zal hij daar ooit iets mee verdienen?”
2011 Geen profcontract bij Rabobank
In 2011 zou Tom Dumoulin op zijn éénentwintigste al prof worden bij het Cervélo Test Team. Het driejarig contract was getekend, alleen ging de ploeg niet veel later op de fles. Er kwam een aanbod van Skil-Shimano, maar Dumoulin koos toch voor het opleidings- team van Rabobank. “Achteraf kan je zeggen dat het een goede zaak is geweest dat Cervélo niet doorging”, zegt zijn toenmalige coach Arthur van Dongen. “Tom kon toen nog wel een opleidingsstapje gebruiken. Hij was nog niet de meest gedreven renner van de klas, zeg maar.”
“Maar ik zag wel meteen: dit is een topper. Op de eerste stage in Mojácar al. Ik he, rinner me in het bijzonder de Thüringen Rundfahrt, een meerdaagse wedstrijd met de beste beloften van de wereldpaan de start. Wilco Kelderman won, Tojm eindigde op de derde plaats. Ze waren de hele tijd heer en meester.“Een profcontract bij Rabobank was de logische volgende stap, maar dat ging niet door. Er was maar plaats voor twee renners en de keuze viel op Jetse Bol en Wilco Kelderman. “Maar Tom was ook klaar voor de profs”, zegt Van Dongen. “Gewone talenten zitten twee, drie jaar bij de beloften. Tom was na één jaar uitgeleerd.”
2012-2014 Wisselvallig bij Argos-Shimano
Tom Dumoulin tekende dus niet bij Rabobank, wel alsnog bij het pro-continentale Skil-Shimano, op voorspraak van ploegleiders Rudi Kemna en Merijn Zeeman. Maar hij blijkt geen ‘neo’ die het profwielrennen stormenderhand verovert. In zijn eerste twee jaar wint het ‘supertalent’ geen enkele koers. “We zagen wel dat hij een ongelofelijke motor had”, zegt coach Adriaan Helmantel. “De wattages die hij haalde op bijvoorbeeld een twintig minuten-test waren exceptioneel. Hij kon ook gelijk wanneer ontzettend intensieve inspanningen aan. Je kon Tom bij wijze van spre- ken om drie uur ’s nachts wakker maken en gelijk op de fiets zetten. Dan nog zou hij goed scoren op een maximale inspanningsproef. Alleen miste hij nog een basis, precies omdat hij zo laat met wielrennen was begonnen. Hij was niet constant, had moeite met klassiekers van 260 kilometer. In theorie pasten die nochtans perfect bij zijn kwaliteiten. Daar hebben we in zijn trainingsprogramma’s heel hard op gewerkt.” Vandaag wordt Dumoulin in deze Giro gevolgd door een leger Nederlandse journalisten, maar in 2013 zijn de interviews nog heel schaars. Hij laat zich op het einde van het jaar wel ontvallen: “Ik ben een renner die altijd zal blijven tekortkomen in het hooggebergte.”
2014-2018 Rush naar roze bij Team Sunweb
Het is moeilijk om bij Dumoulin over De Grote Doorbraak te spreken. Het was vanaf 2014 een geleidelijk proces. Marc Reef, sinds 2012 coach van Dumoulin bij Team Sunweb, reconstrueert. “De eerste keer dat Tom iedereen echt verbaasde, was in de Ronde van Zwitserland in 2014. Hij finishte tweede in de openingstijdrit voor Rohan Dennis en Fabian Cancellara. Hij hield ook heel lang stand in het klassement en zakte pas in de slotrit naar de vijfde plaats. Toen dachten we een redelijk idee te hebben van de renner die Tom kon worden: wereldtop in het tijdrijden en iemand die kan overleven in het middelgebergte.” Op het WK tijdrijden in Ponferrada wordt Dumoulin dat jaar ook nog derde. Winnaar Bradley Wiggins noemt hem the next big thing.
In een interview in juli 2015 zegt Dumoulin nog dat hij er 99,9 procent zeker van is dat hij nooit de Tour zal kunnen winnen. Maar binnen Team Sunweb geloven ze dan wel al dat Dumoulin ook een renner is voor de grote rondes. De focus van zijn training gaat meer naar duur en minder naar explosiviteit. “Vanaf dan zijn we op het klimmen beginnen te werken”, zegt Reef. “De Vuelta was in 2015 een nieuwe eyeopener. Tom verloor de leiderstrui pas op de voorlaatste dag, nadat hij eerder de bergrit naar Cumbre del Sol had gewonnen voor Chris Froome. Allemaal ver boven verwachting. ”
Na de olympische tijdrit van 2016 – zilver – ging de focus vorig jaar dan helemaal naar de Giro. “De allereerste keer dat we specifiek naar een klassement in een grote ronde toe werkten”, zegt Reef. “Vooraf hadden we ‘vijfde, zesde, zevende’ als een realistisch resultaat ingeschat. Maar Tom is Tom: die wint gewoon de roze trui. (lacht) Neen, dat was helemaal nog niet de bedoeling. Zo is het altijd geweest met hem: heel lastig plannen. Het is niet dat we hem onderschatten, maar hij heeft in de ploeg gewoon steeds de verwachtingen ver overtroffen.”