Stamnummers: wat zeggen de reglementen?

Tot 2012 was de regel eigenlijk eenvoudig: raakte een club een stamnummer kwijt - na bijvoorbeeld een faillissement of een ontbinding - dan was dat stamnummer onherroepelijk verloren en bleef het (stille) eigendom van de Belgische voetbalbond. Maar toen kwam de natte droom van ene Patrick Vanoppen…

Vanoppen wilde in 2011 graag het stamnummer 3.530 van ‘zijn’ Beerschot AC (eigenlijk het stamnummer van Germinal Ekeren, daarna Germinal Beerschot Antwerpen vanaf 1999, in 2011 terug Beerschot AC) veranderen in het oude stamnummer 13 van het originele Beerschot VAC. De KBVB had geen regels over de mogelijke teruggave van historische stamnummers en besloot die dan maar uit te vinden. Op 30 november 2012 kwam het Uitvoerend Comité met beslissing ‘R12.111’ op de proppen, over de ‘toekenning van een stamnummer aan een club’. Die beslissing is nergens terug te vinden in het bondsreglement, maar bestaat enkel als ‘jurisprudentie van het Uitvoerend Comité’. Lees: je kan de regels nergens vrij raadplegen.

Gazet van Antwerpen vroeg ze dan maar voor u op bij de voetbalbond. En de teksten zijn duidelijk: “Het Uitvoerend Comité is van oordeel dat, in uitzonderlijke gevallen waar het soeverein over oordeelt en waarvan het de overdrachtsbepalingen bepaalt, een ‘historisch’ stamnummer kan worden toegekend aan een club die erom verzoekt.”

TOEKENNING HANGT AF VAN ZES BINDENDE VOORWAARDEN:

Het stamnummer is minstens tien jaar niet meer in gebruik en is aan geen andere club toegewezen.

De club (feitelijke vereniging, vzw, nv…) aan wie het stamnummer was toebedeeld, bestaat niet meer (ontbonden, faling….). Geen enkele bestuurder of houder van de blauwe kaart van de aanvragende club bekleedde deze functie in de verdwenen club.

De aanvrager moet een ‘binding’ kunnen bewijzen met de club die vroeger dit stamnummer bezat.

De aanvrager verklaart zich akkoord dat de KBVB geen aansprakelijkheid heeft tegenover schuldeisers van de vroegere club.

Een forfaitaire som, vast te leggen door het Uitvoerend Comité, dient door de club betaald te worden vooraleer het stamnummer kan toegewezen worden. Om organisatorische redenen kan een gewijzigd stamnummer pas gebruikt worden vanaf 1 juli na de toewijzing ervan.

Voor de concrete invulling van ‘voorwaarde 5’ was het nog even wachten, tot 1 augustus 2013 om precies te zijn. Helaas te laat voor Vanoppen, want Beerschot AC was al op 21 mei 2013 failliet verklaard. Toen legde het Uitvoerend Comité in beslissing ‘R13.011’ de exacte bedragen vast die een aanvrager zou moeten betalen om dat stamnummer in handen te krijgen, als voldaan werd aan de andere vijf voorwaarden. Die kosten vallen mee, want variëren van 4.000 euro tot 50.000 euro (weliswaar nog vermeerderd door indexering), afhankelijk van de rangorde van het stamnummer en afdeling waarin de aanvrager uitkomt (zie tabel onderaan).

Al even opmerkelijk: er staat nergens iets uitdrukkelijk over terugbetaling van de bonds- en/of andere schulden die nog op het oude stamnummer kleven (en die doorgaans de reden van de schrapping waren). Een eenmalige bijdrage aan de voetbalbond zou dus volstaan als financiële tegemoetkoming. In 2016 werd er nog wel een extra regel uitgevonden - om het ‘handelen in stamnummers’ niet al te bont te maken - en werd bepaald dat bij overnames de exploitatiezetel (en dus ook het stamnummer) van een club niet verder dan 30 km mocht verhuizen.