Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Voetballend zitten we in een dipje, maar we staan wel opnieuw derde”
Westerlo pakt zes op zes na twee minste wedstrijden van het seizoen
Na een 0 op 12 is Westerlo terug opgestaan uit de doden. Zes op zes tegen Lommel en Roeselare. Het is alsof de Kemphanen het ervoor gedaan hebben rond Allerheiligen. Al mag er in het voetbal nog wel wat meer leven zitten. Dat beseft ook Bob Peeters.
Een ouderwetse ziggezagge ziggezagge, woensdagavond werd ze op Schiervelde in de kleedkamer van de bezoekers nog eens van onder het stof gehaald. Het moeten niet altijd dansjes uit Fortnite zijn. Ploegmaats probeerden zelfs Kristof Van Hout even in de lucht te hijsen, zo groot was de vreugde bij de Kemphanen na de zes op zes tegen Lommel en Roeselare. Voetballend was het niet altijd even mooi, maar dan kan je ook op andere manieren het verschil maken.
Meer frisheid
“Voetbal is een raar spelletje”, stelde ook Bob Peeters vast. “Tegen Beerschot Wilrijk, Union en OHL speelden we goed, maar pakten we geen punten. Misschien zitten we voetballend wel in een dipje, maar we pakken wel zes punten en staan opnieuw derde.”
Frisheid was een van de factoren die het verschil maakte. “Een aantal spelers was wat vermoeid. Zo zat Abrahams op zijn tandvlees. Begrijpelijk, die jongen had voor zijn komst naar Westerlo al heel lang niet gespeeld. Dus heb ik deze week een paar frisse jongens gebracht. Dan zie je dat ook die mannen hun rol spelen.”
Op Schiervelde zette Peeters zelfs topschutter Naessens op de bank. “Omdat hij toch in een dipje zit”, gaf de Kempense coach voor de wedstrijd toe voor de camera’s. Naessens reageerde na de pauze met een degelijke invalbeurt.
Defensieve zekerheid
Vorig seizoen stapelde Westerlo de clean sheets op, dit jaar moesten de Kemphanen tot zondag wachten voor ze een eerste keer de nul kon houden. Amper drie dagen later staat de teller op twee. “Het frustreerde me wat dat we te makkelijk doelpunten slikten”, bekent Peeters. “Dan kan je blijven vasthouden aan je offensief systeem en doelpunten blijven slikken, maar als je zelf niet scoort, levert dat niets op. Dan moet je op zoek naar vastigheid achterin, zo zijn we ook teruggevallen op de basis van vorig jaar. Als je de nul kan houden, moet je maar één keer scoren.”
Doelman die punten pakt
Nicolas Rommens en Lukas Van Eenoo zorgden tegen Lommel en Roeselare voor de doelpunten, maar Koen Van Langendonck had minstens een even groot aandeel in de twee zeges. Op Lommel stopte hij een strafschop, in Roeselare pakte hij uit met twee fenomenale reddingen. Vooral de parade op het schot van De Smet was een hele straffe.
“Soms gaat zo’n bal binnen, soms gaat die tegen je hand”, relativeerde een (te) bescheiden Van Langendonck zijn aandeel. Coach Peeters wilde de rol van zijn doelman zeker niet minimaliseren. “Die bal van De Smet zag ik binnen, maar toch houdt Koen hem uit zijn doel. Een heel belangrijke redding, net zoals die strafschop in Lommel. Soms heb je dat als doelman nodig. Ik kon Koen de eerste tien matchen niets verwijten, maar hij had nog geen punten gepakt. Nu pakt hij zes punten in twee matchen.”
Efficiëntie voor doel
Dat Van Langendonck en Westerlo zes punten pakken is toch opmerkelijk. Met veel goede wil noteerden we de voorbije 180 minuten vier ballen tussen de palen. Inbegrepen: een schot uit de tweede lijn van Abrahams en een flauwe kopbal van Naessens. De andere twee pogingen leverden twee doelpunten op.
Peeters: “We hebben veel matchen gespeeld waarin we voldoende kansen hadden, maar niet konden scoren. Tegen Leuven hadden we vier 100 procent-kansen en een strafschop, maar we konden niet scoren. Nu halen we niet ons beste voetbal, maar scoren we wel twee keer uit een paar kansen.”
Voetbal is een raar spelletje.