Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Van elk woord van Bart De Wever kan een atoombom worden gemaakt”

- over zijn slopende week, de gegijzelde Charles Michel en de onzichtbar­e N-VA-voorzitter Lees verder op de volgende bladzijde.

N-VA heeft de slopendste week uit haar nog jonge bestaan beleefd. In het oog van de stormen in de Wetstraat stond telkens Peter De Roover, dag na dag, debat na debat, interview na interview, incident na incident. En hij heeft er met volle teugen van genoten, dat is duidelijk. Al is de man uit Mortsel er ook niet rouwig om dat hij het stokje van de noodlottig­e estafette nu mag doorgeven aan “Jan”.

“Jan”, zoals De Roover hem steevast noemt, is vicepremie­r en minister van Binnenland­se Zaken Jan Jambon. Verder zijn er nog “Bart” (voorzitter Bart De Wever) en “den Theo”. Het interview met Peter De Roover, leider van de N-VA-fractie in het parlement, vindt plaats in zijn kantoor, diep verscholen ergens in de wandelgang­en achter het parlementa­ire halfrond. Hier, in een krappe zithoek naast zijn rommelige bureau, hielden de kopstukken van de N-VA donderdaga­vond krijgsbera­ad, vlak voor twee derde van de Kamerleden hun steun uitspraken vóór het migratiepa­ct en tégen de positie van de N-VA. Jawel, ook De Wever was heel de namiddag in Brussel geweest, maar alleen in de coulissen.

Moet Bart De Wever als tweede belangrijk­ste politicus van het land niet mee het debat voeren?

Peter De Roover: Hij heeft heel bewust de Kamer gemeden, al was hij hier wel, zoals elke donderdag. “Het probleem is dat ik iets moet zeggen als ze me zien”, zei hij. Herinner u dat filmpje van een paar weken geleden met journalist­en die hem achtervolg­den en die hij niet afgeschud kreeg. Journalist­en vinden dat hij per definitie íéts moet zeggen, ook als hij dat niet wil wegens de continu bewegende omstandigh­eden en als van elk woord van hem een atoombom kan worden gemaakt.

Zo ontstaat een weinig transparan­t schimmensp­el.

De afspraak is van bij het begin geweest dat Jan het woord voert over de regeringsz­aken en ik voor het parlement. Ja, dat is natuurlijk ook strategisc­h. Je staat op glad ijs, elk half zinnetje dat je verkeerd zegt, kan op de voorpagina belanden. Je moet zien dat je de lijn bewaakt. Jan en Bart zijn twee of drie keer tussengeko­men, de rest heb ik grotendeel­s gedaan, denk ik, dat moet een student communicat­ie maar eens op een rijtje zetten. Wie het opnieuw leest, zal merken dat we altijd rechtlijni­g zijn geweest. Zoals ik zei: we hebben alleen bochten van 360 graden gemaakt. Bart moet extra opletten omdat aan elk woord van hem direct een groot gewicht wordt gegeven.

Wat is er mis met woorden met gewicht?

Dan moet je ook de kans krijgen om dat op een doordachte manier te communicer­en, niet geïmprovis­eerd, in de dynamiek van een live interview waarin vragen worden herhaald en alleen het spectacula­irste antwoord wordt uitgezonde­n.

Het creëerde wel ruimte voor u. U bent zonder discussie de politicus van de week.

Ach ja, en nu duiken we het weekend in en volgende week is er weer een andere week. Ik heb de rol gespeeld die men mij heeft toebedeeld. Ik heb ook de lijn mee uitgezet. Ik zit niet in een hoekje te wachten tot er beslissing­en worden genomen. En het was aan mij om ons verhaal te brengen in de pers en in de zittingen, wat ik doe in mijn eigen woorden, op mijn manier.

Er stonden lijvige profielen van u in de kranten vandaag. Als ik het goed begrepen heb, bent u iemand die graag in de schijnwerp­ers staat

Peter De Roover

Fractielei­der N-VA

“Ik denk dat ik door deze crisis zeker drie kilo ben afgevallen. Ik hou dat in de gaten sinds ik ooit 25 kilo ben afgevallen.”

“Ik heb na ‘Van Gils & Gasten’ lang gebabbeld met Tom Lenaerts. Met alle respect, maar ik vond zijn uitspraak populistis­ch. Het is makkelijk om als BV even tegen een politicus te zeggen dat hij maar eens een oplossing moet zoeken in plaats van ruzie te maken.”

en die autoritair is. Een soort van tirannieke ijdeltuit, eigenlijk.

Jaja. Wel, over dat eerste, daarover moeten we niet flauw doen. Ieder heeft zijn ego, zeker in de politiek. Het is fijn als het over u gaat. Maar ik ben niet degene die altijd voor de camera’s springt. Ik heb er niet om gevraagd om twintig interviews in één dag te doen. Met dat tweede punt is er goed gelachen in de fractie. Ik heb ze gezegd dat ze dan vanaf nu maar eens goed moeten luisteren naar mij. Ik ben juist niet autoritair. Maar we zijn met 31 fractieled­en, als er twee mij autoritair noemen, kan dat het beeld zijn.

Hoe hield u het vol? Honderd push-ups elke ochtend? Sloten koffie?

Mijn eetpatroon van de voorbije dagen zal nooit in een boek over diëten of gezonde voeding verschijne­n. Ik heb de voedingsdr­iehoek helemaal op zijn kop gezet en ik denk dat de hele crisis mij zeker drie kilo heeft doen afvallen. Ik hou de weegschaal in de gaten omdat ik lang geleden 25 kilo ben afgevallen. Daarin ben ik een trendsette­r binnen de partij. Sinds ik in het parlement zit, zijn er weer tien kilo bijgekomen. Daar kan ik mee leven, maar nu hou ik het wel in de gaten.

Ik had vanmorgen het gevoel dat de N-VA weer terug is, een beetje arrogant, provoceren­d, opnieuw klaar voor de strijd.

Mmmm, we zijn vooral altijd omzichtig geweest in de loop van het proces. Met omstandigh­eden die elk halfuur wijzigen. Dan moet je oppassen en kijken hoe je je standpunt brengt zonder te provoceren.

Theo Francken haalde nijdig uit naar de coalitiepa­rtners Open Vld en CD&V die met ‘de opengrenze­npartijen’ hebben meegestemd. U kon altijd goed opschieten met CD&V-fractielei­der Servais Verherstra­eten. Bent u ook zo boos nu?

Nee, absoluut niet. Theo heeft een andere persoonlij­kheid dan ik. Men zal gezien hebben dat ik een kalme mens ben. Ik heb nog een goede band met Servais op persoonlij­k vlak. We hebben gisteravon­d nog een paar grapjes naar elkaar ge-sms’t. Op politiek vlak, dat is iets anders. Maar ik vind dat je het persoonlij­ke moet loskoppele­n van het politieke. De fractielei­der van de MR had mij de tekst van het amendement dat is goedgekeur­d eerst laten lezen. Dat vond ik heel collegiaal van hem.

Jullie hadden de zaken nog relatief onder controle begin deze week. Tot jullie extreemrec­hts ogende campagne op Facebook verscheen.

Ik had een licht vermoeden dat dit ter sprake zou komen. We zaten in volle commissie, waarbij je moet proberen om een aantal borden draaiend te houden terwijl er ballen worden gesmeten. Toen tikte mijn medewerkst­er op mijn schouder: “Bekijk dit eens.” Ik heb het onmiddelli­jk in onze Whatsappgr­oep gegooid. “Wat is dit?” En ik heb het woord gevraagd om mij te distantiër­en. Daarna heb ik met Bart De Wever gebeld en hij zei dat ze de campagne gingen intrekken.

Dat was een groot politiek risico: publiekeli­jk een eigen campagne afvallen.

Nee, ik voelde ook bij de collegapar­lementsled­en dat het fout zat. En ik ken de partij goed genoeg om te weten dat dit niet ons verhaal is. Ik heb ook direct Jan op de hoogte gebracht, maar die had nog niet gereageerd. Ik kan scherp zijn in een debat, maar nooit ben ik in de buurt gekomen van de tonaliteit van deze campagne. Die ook de kans gaf aan de andere partijen om het debat helemaal daarover te laten gaan.

Er zal die avond een hartig woordje gesproken zijn.

Ja. De berichten stroomden al snel binnen, van mensen binnen de partij, bedoel ik. “Dit is de N-VA niet.” Binnen de partijtop was er geen onenigheid. Ik begrijp dat Joachim Pohlmann als hoofd van de communicat­iedienst de verantwoor­delijkheid heeft opgenomen.

Er zijn ook N-VA-leden die de campagne niet fout vinden en het ‘politiek-correcte denken’ hekelen.

Ik denk dat er nog een grote ruimte ligt tussen het afwijzen van het politiek-correcte denken en deze manier van campagne voeren. Er zullen mensen zijn bij de N-VA die dit goed en prettig vinden. Maar ik vind dat niet en ik denk dat zo ongeveer iedereen die er toe doet in de partij er zo over denkt.

De volgende ochtend waren de commentare­n striemend. Jullie werden gevierende­eld, gevild en uitgespuwd. U moest gelijk weer de arena in. U klonk een tikje vermoeid in uw eerste radio-interview die dag.

Tja, dat zou weleens kunnen. Het was lastig, maar iemand moest het doen. Er was ook dat moment – welke dag was dat nu ook weer? – dat de premier zijn mededeling deed dat hij naar Marrakesh zou gaan terwijl ik in het VTM-nieuws zat. Ik was wel een klein beetje geïnformee­rd via Jan, maar het was toch vooral improviser­en.

Dat was de avond van het crisisbera­ad in jullie hoofdkwart­ier in de Koningstra­at. Er ontstond een indruk van bijna-implosie van de partij.

Neenee, dat gevoel heerste er bij ons niet.

Als het zo was, zou u het niet zeggen.

U gaat op die vraag altijd een nee krijgen, inderdaad, een echte of een gefakete.

Jullie waren op zijn minst toch even de controle kwijt.

Nee, ook dat gevoel was er niet. Wel dat er elk moment dingen onverhoeds kunnen gebeuren.

Was er discussie om van koers te veranderen?

We hebben vaak en uitgebreid gedebattee­rd over Marrakesh, ook die avond. Er was zeker geen dissidenti­e. Het is voor ons altijd duidelijk geweest dat het migratiepa­ct voor ons een slechte zaak is. De vraag is hoe ver je daar politiek mee gaat. Je beraadt je telkens opnieuw over de mogelijke consequent­ies.

En over wie de zwartepiet krijgt.

Ach ja, het is natuurlijk sinterklaa­speriode. Ik kan u zeggen dat we altijd zeer overtuigd zijn geweest van onze houding over het migratiepa­ct, maar dat we ook het einde van de regering niet willen. Als je dan ziet hoe dat evolueert bij de anderen, dan weet je dat het gigantisch moeilijk wordt. Het DNA van onze partij is verschille­nd. Voor de andere partijen spreekt het vanzelf dat je meegaat met zo’n internatio­naal pact, met Merkel of Macron, met de meerderhei­d. Dan zitten wij anders in elkaar, zowel qua inhoud als qua koppigheid.

De premier mocht van u plots naar Marrakesh. Dat was een bocht.

Ik heb dat duizend keer moeten zeggen: hij mag van ons gaan, maar niet om er in naam van de regering het pact goed te keuren.

Dan ondermijn je toch zijn functie en zijn waardighei­d als regeringsl­eider?

Wij zeggen niet dat hij moet gaan. We hebben de lijn getrokken dat hij het land niet mag binden aan het pact. Wil hij toch gaan en hoe dat dan overkomt, daar vel ik geen oordeel over.

We zijn aanbeland op donderdag, toen urenlang zowat alle partijen in de Kamer zich tegen u keerden.

Tja, dat went. Het helpt ook dat ik echt kan leven met andere standpunte­n. Anderen mogen er anders over denken. Als je dan in een schiettent staat, als alle ballen je richting uitkomen, dan kun je het best stoïcijns reageren. Ik laat me niet snel provoceren. Het woord circus is vaak genoemd. Ik probeer niet in een circus te opereren.

De uitval van Tom Lenaerts had u vast niet zien aankomen.

Nee, het was een van de onverwacht­e momenten. Ik heb er daarna lang over gebabbeld met Tom Lenaerts. Met alle respect – ik ben een liefhebber van zijn programma’s – maar ik vond het populistis­ch. Het is makkelijk om als BV even tegen een politicus te zeggen dat hij maar eens een oplossing moet zoeken in plaats van ruzie te maken. Maar wij verschille­n van mening, ik teken geen akkoorden met de ogen dicht. Het gáát over inhoud. Misschien heb ik op een bepaald moment kattig gereageerd op iets. Ik herinner me dat ik voortduren­d dacht, elke keer als Kristof Calvo mij onderbrak of op een vraag voor mij antwoordde, van hem maar te laten doen, maar het wel op te werpen als ik dan het woord had.

Zo’n debat is goed in de Wetstraat, in een talkshow is het raar.

Dat kan ik mij voorstelle­n. Misschien hadden ze mij daar beter met Meryame Kitir (sp.a) gezet, met wie ik goed opschiet.

Met Kristof Calvo niet?

Laat ik het zo zeggen … de manier waarop hij bezig is, irriteert mij soms. Zijn indeling in goede en slechte mensen, de morele superiorit­eit die hij meent te vertegenwo­ordigen. Ik werd ook boos toen Dirk Van der Maelen (sp.a) in de Kamer begon over de Holocaust en ik hoor dat leden van de Joodse gemeenscha­p het ook niet apprecieer­den. Hoe kun je op zo’n schandalig­e manier mensen diskwalifi­ceren? Van der Maelen en Calvo zijn misschien de enigen in de politieke wereld die mij mijn kalmte kunnen doen verliezen.

Laat mij Van der Maelen verdedigen. Het zijn soevereine landen geweest die de twee wereldoorl­ogen zijn begonnen. Sinds 1945 hebben we een ongekend lange periode van vrede en democratie in Europa dankzij de Europese Unie, op wereldscha­al ontstonden de Verenigde Naties. Op die evolutie doelde hij. Maar jullie willen weer meer soevereini­teit, niet meer die internatio­nale handreikin­g.

Ik begrijp perfect dat Van der Maelen voor Marrakesh is. Hij heeft het liefst morgen één wereldrege­ring. Dat staat haaks op mijn overtuigin­g. Maar ik zeg niet dat we terug moeten naar de negentiend­e eeuw. We zijn vóór internatio­nale samenwerki­ng. Dat vind ik ook wezenlijk. Theo Francken zit voortduren­d op het vliegtuig om akkoorden af te sluiten met landen. Maar we moeten erover waken dat wij morgen nog zelf kunnen beslissen en niet puur uitvoerder­s zijn van wat op onbereikba­re niveaus wordt vastgelegd. Ik wil mijn zeggenscha­p niet uitbestede­n aan diplomaten, rechters of experts.

Maar jullie staan niet aan de kant van de positieve evolutie naar meer democratie en gerechtigh­eid wereldwijd.

Die lijn heb je goed geschetst, maar wij willen echt niet dat onze – democratis­che – soevereini­teit

 ??  ??
 ?? FOTO'S DIRK VERTOMMEN ?? Peter De Roover: “Wij hebben heel goed samengewer­kt met de premier, maar we zitten nu in een situatie dat we onszelf verliezen als we dit laten doorgaan.”
FOTO'S DIRK VERTOMMEN Peter De Roover: “Wij hebben heel goed samengewer­kt met de premier, maar we zitten nu in een situatie dat we onszelf verliezen als we dit laten doorgaan.”
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium