Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Gemeenten krijgen inspraak in en geld voor bussen en trams
Vervoerregio’s mogen mee beslissen over besteding 226 miljoen
De vijftien Vlaamse vervoerregio’s, waaronder Antwerpen, Mechelen en de Kempen, krijgen samen 226 miljoen euro via De Lijn. De regio’s hebben een flinke stem in hoe dat geld gebruikt wordt en mogen een kleiner deel daarvan naar eigen goeddunken besteden aan openbaar vervoer.
De Lijn zal ongeveer 500 miljoen euro per jaar investeren in de bediening van het kernnet. Dat zijn de tramlijnen en de voorstedelijke en interstedelijke verbindingen. Daarnaast mogen de vervoerregio’s mee beslissen over een budget van 198 miljoen voor het aanvullend net. Dat zijn de verbindingen die aansluiten op het kernnet.
De vervoerregio’s beslissen zélf over ongeveer 28 miljoen euro voor het openbaar vervoer op maat. Dat zijn zeer lokale diensten zoals bijvoorbeeld belbussen of -taxi’s. “Voortaan komen de lokale overheden niet alleen mee aan het stuur van ons aanbod, maar krijgen ze ook inspraak over de besteding van het budget”, zegt directeur-generaal van De Lijn, Roger Kesteloot.
De verwachting is dat steden en gemeenten meer werk gaan maken van een betere doorstroming van bus en trams omdat ze zelf een deel van het budget beheren. “De combinatie van betere stiptheid en snellere verbindingen kan voor 7,5% meer reizigers zorgen. Dat is niet gering”, zegt Kesteloot.”
De verdeling van een deel van de budgetten betekent niet dat De Lijn minder geld uitgeeft. Het totale financiële plaatje blijft hetzelfde. Het bedrag wordt alleen gedeeltelijk op een andere manier besteed.
Basisbereikbaarheid
De hervorming van De Lijn, waarbij de vervoerregio’s werden opgericht, is vorig jaar door de Vlaamse regering goedgekeurd. Het komt erop neer dat het systeem van de basismobiliteit, waarbij iedere burger op loopafstand een halte van bus of tram moet hebben, verdwijnt. In de plaats daarvan komt het principe van basisbereikbaarheid.
Met andere woorden: het openbaar vervoer wordt aangeboden op de plekken waar er de meeste vraag naar is. Via de vervoerregio’s kunnen de betrokken gemeenten ervoor zorgen dat er in minder bewoonde gebieden toch nog een aanbod van openbaar vervoer blijft.
Roger Kesteloot, Directeur-generaal De Lijn “De combinatie betere stiptheid en snellere verbindingen kan voor 7,5% meer reizigers zorgen.”
“Zelf investeren”
“Dat we als vervoerregio beschikken over eigen middelen, geeft ons de kans om zelf te investeren op de plekken waar we dat nodig vinden”, zegt de Antwerpse schepen voor Mobiliteit Koen Kennis (N-VA). Dat de Antwerpse vervoerregio slechts 224.000 euro krijgt om zelf te besteden, ziet hij niet als een probleem
“De Lijn investeert al een flink bedrag in de regio omdat Antwerpen een belangrijk verkeersknooppunt is. Het belangrijkste is dat de budgetten die we zelf beheren of waarover we medezeggenschap hebben, op de beste manier gebruikt worden. Het is dus belangrijk dat we inspraak krijgen die ons beloofd is.”