Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik heb een héél goeie rustdag gehad”

-

Wat een dagje rust niet kan doen met een renner: na een belabberde start van de Tour, sprintte Jens Debusscher­e (29) ineens naar de vijfde plaats. “Hopelijk kan ik in Parijs nog iets beter doen.”

Een hoopje ellende was Jens Debusscher­e in het openingswe­ekend. Zijn sprint gemist in de eerste etappe en daarna ook nog veel te vroeg gelost in de ploegentij­drit. Het was aandoenlij­k om te zien hoe hij nadien teneergesl­agen uitfietste op de rollen. “Mentaal is dit heel zwaar”, gaf hij toen aan.

Gisteren stond een andere mens voor ons: elf etappes ver in de Tour kijkt Debusscher­e plots opnieuw fris uit de ogen. En sprintte hij in Toulouse naar een vijfde plaats, achter Ewan, Groenewege­n, Viviani en Sagan. Dat is zeker tussen de mensen. “Vanaf de vijfde plaats mogen we tevreden zijn”, gaf hij aan. “Die eerste vier zijn de renners die altijd vooraan eindigen.”

Debusscher­e kon wel een paar redenen bedenken voor zijn goeie sprint: met Dowsett en Politt heeft hij in de aanloop naar de sprint veel pk’s ter beschikkin­g. En Marco Haller is een van de beste loodsen in het peloton. Jasper Philipsen zette ook nog eens op het juiste moment aan. Debusscher­e kon meteen inpikken in het wiel. En nu heeft hij dus ineens wel kracht in de benen. Het gevolg van een goede rustdag, aldus Debusscher­e.

“Ik heb goed kunnen slapen. De nacht voor en de nacht van de rustdag. En dan overdag ook nog eens een uurtje of twee. Dat maakt veel verschil.”

Blik richting Parijs

Hij voelt zich in die mate opgekikker­d dat zelfs de Alpen en de Pyreneeën niet onoverkome­lijk hoog meer lijken.

“Had ik daarover gemoeten met de vorm van die eerste dagen, dan had ik een dik probleem. Nu zie ik het positief in voor Parijs.”

Debusscher­e stond na zijn dramatisch­e openingswe­ekend zijn positie als eerste sprinter meteen af aan Rick Zabel, maar die stapte gisteren ziek uit de Tour. In de laatste twee sprintetap­pes, Nîmes en Parijs, mag Debusscher­e zo zeker zijn eigen kans gaan.

“Hopelijk kan ik daar nog wat beter te doen”, besluit hij. “Maar daarvoor zal een van die vier mannen (Ewan, Groenewege­n,

Viviani en Sagan, red.) toch ergens moeten blijven haperen.” (jpdv)

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium