Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“De plannen van Jambon in de strijd tegen armoede zijn lamentabel”
Professor Bea Cantillon (62) zet straks stap terug bij Centrum voor Sociaal Beleid, maar haalt eerst nog eens uit
“De nieuwe Vlaamse regering heeft niet eens een coherent plan om de armoede te bestrijden.” Professor Bea Cantillon fileert op de Internationale Dag voor de Uitroeiing van Armoede de plannen van de regering-Jambon. Misschien wel voor het laatst, want ze zet een stap terug bij het Centrum voor Sociaal Beleid van de Universiteit Antwerpen.
Ze wil niet dat het een afscheidsinterview wordt, maar na dertig jaar zet professor Bea Cantillon (62) straks een stap terug bij het Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck van de Universiteit Antwerpen. Ze is er nu nog directeur, maar Ive Marx wordt de spreekbuis, zo kondigde hij deze week op Twitter aan. Wat de nieuwe rol van Bea Cantillon wordt, wil ze nog niet verklappen. “Daar zal de universiteit binnenkort wel over communiceren. Maar wees gerust: ik blijf wel nog even actief.”
Ze heeft er naar eigen zeggen ook alle reden toe. Niet alleen omdat het vandaag de Internationale Dag voor de Uitroeiing van Armoede is, maar ook omdat voorlopig weinig anderen steeds
Bea Cantillon Professor Universiteit Antwerpen “Een geïntegreerde aanpak ontbreekt in de plannen van de nieuwe regering. Nochtans zijn er in het buitenland genoeg voorbeelden waaraan Jambon en co. zich konden spiegelen.”
op dezelfde nagel blijven kloppen. “Ze zijn het spoor bijster en het kompas ontbreekt. Er is niemand binnen de politiek die anderen warm kan maken om van armoedebestrijding een absolute prioriteit te maken. Er is geen coherent plan of sterk discours, maar toch is geen enkele politicus daar verontwaardigd over.”
“Niet overtuigd”
Cantillon is wel verontwaardigd. Ze noemt de plannen van de regering-Jambon “lamentabel” en de acht A4’tjes in het regeerakkoord hebben haar niet overtuigd. “Natuurlijk zijn er enkele goede maatregelen, maar armoedebestrijding gaat om meer dan sociale huisvesting of kinderbijslag. Het vereist een geïntegreerde aanpak en die ontbreekt. Nochtans zijn er in het buitenland voorbeelden genoeg waaraan Jambon en co. zich konden spiegelen.”
Liesbeth Homans, de vorige minister van Armoedebestrijding, zei in 2016 dat ze de kinderarmoede wou halveren. “Reken mij daar maar op af”, klonk het toen. Cantillon zucht als ze opnieuw met de uitspraak geconfronteerd wordt. “Hoe durf je zoiets te zeggen? Er was toen ook geen plan. De realiteit is dat de armoede niet gehalveerd, maar toegenomen is. Omdat die doelstellingen niet gehaald werden, heeft de Vlaamse regering blijkbaar niet gedurfd nieuwe te formuleren. Bedroevend. En alsof dat nog niet genoeg is, wil de regering nu ook de meetlat vervangen.” Cantillon verwijst naar de nominale armoede-indicator die de Vlaamse regering voortaan wil hanteren om de feitelijke armoede correct in kaart te brengen. “Ik steun het idee dat de methode verfijnd moet worden, maar dat betekent niet dat de meter helemaal op de schop moet.”
Lichtpuntjes
Ja, ze ziet lichtpuntjes. Maar ook niet veel meer dan dat. De jobbonus bijvoorbeeld, vindt Bea Cantillon “een nuttige ingreep die in theorie het inkomen van mensen met een laag loon zal verhogen”. Maar tegelijkertijd is ze ook kritisch: “Of het effect zal hebben, valt af te wachten.” En dat de regering nu de mond vol heeft van activering, is ook een goed idee. “Meer mensen aan het werk krijgen is goed, maar er is veel meer nodig.”
Belang van middenveld
Ook dat de lokale overheden een meer uitgesproken rol krijgen in de armoede-aanpak vindt Cantillon niet noodzakelijk een slechte zaak. “Het middenveld is heel belangrijk. Dat lokale initiatieven versterkt worden, kan ik alleen maar toejuichen. Maar als ik tegelijkertijd lees dat er gesnoeid wordt in de middelen van dat middenveld is dat wel een groot probleem. Opnieuw: er is geen enkele samenhang in de aanpak van de regering.”
Ooit pleitte Cantillon ervoor om de minister van Armoedebestrijding te schrappen. De redenering is dat élke politicus ermee bezig moet zijn. In de nieuwe regering wordt het toch weer de taak van één minister, namelijk Wouter Beke. “Dat hij ook bevoegd is voor Welzijn is een stap vooruit, al had ik veel liever gezien dat de minister-president die portefeuille had opgenomen. Pas dan zou je als overheid echt duidelijk maken dat het je menens is.”