Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Chantal kan het ‘zorgen voor’ niet laten: “Mijn man sport graag, dit is mijn hobby”
Het OCMW van Brasschaat heeft drie dienstencentra waar samen 171 vrijwilligers aan de slag zijn. Een tekort aan vrijwilligers is hier zeker niet. Chantal Lenaerts (68) is een van die bezige bijtjes.
Dienstencentrum Antverpia telt 56 vrijwilligers, dienstencentrum Maria-Ter-Heide Hove vijftig en dienstencentrum Vesalius 65. “Vroeger deden we in september telkens twee infosessies om nieuwe vrijwilligers aan te trekken”, zegt Veronique Smolders, dienstencentrumleider van Vesalius. “Maar omdat de opkomst beperkt was en we spontaan geregeld kandidaat-vrijwilligers over de vloer krijgen, zijn we daarmee gestopt. In Brasschaat bestaat ook Vonak vzw, een erkende en autonome vrijwilligersorganisatie, met een loket in het nieuw gemeentehuis. De enige groep waar we wat extra moeite voor moeten doen, zijn de chauffeurs die de mensen gaan ophalen en terugbrengen met de minibussen. Daar zouden we nog extra mensen voor kunnen gebruiken.”
De vrijwilligers van de cafetaria ontvangen 4 euro voor een middag van 13 tot 17u, die van het restaurant en de chauffeurs krijgen een gratis maaltijd en de rest krijgt niets. “Onze vrijwilligers zitten niet te wachten op een vergoeding”, zegt Smolders. “Ze vinden het jaarlijks vrijwilligersfeest of een bloemetje op de nieuwjaarsreceptie al voldoende.”
Eitjes bakken
Veronique wil alle vrijwilligers bedanken, maar als er eentje in de schijnwerper mag staan, is het misschien wel Chantal Lenaerts (68). Zij werkte vroeger in woonzorgcentrum Vesalius op de afdeling van de dementerenden en kan het ‘zorgen voor’ niet laten. Zeker twintig uur per week is ze te vinden in dienstencentrum Vesalius voor de cafetaria, refter, het maken van versieringen en andere taken. Elke veertien dagen gaat Chantal zelfs eitjes bakken in het woonzorgcentrum bij de dementerenden om de ploeg daar wat te ontlasten. “Mijn man sport graag, dit is mijn hobby”, vertelt ze. “Hij respecteert dat. Ik heb twee kleinkinderen voor wie ik ook soms inspring. Ik heb altijd in de zorg gewerkt en kan dat gewoon niet loslaten. Het gebouw hier trekt mij aan. De meeste vrijwilligers zijn wel al wat ouder. Wij hebben hier zelfs een vrijwilliger gehad, Jan, die pas op zijn 90ste gestopt is.”