Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Wij hebben onze carrière stap per stap moeten uitbouwen, zoiets hardt je karakter”

-

Op het eerste gezicht hebben ze weinig gemeen. Maar dat is slechts schijn. Simon Deli (28) en Brandon Mechele (26) bereikten pas op latere leeftijd een onbetwiste basisplaat­s en het statuut van internatio­nal. Ze beten door de pijngrens om de top te bereiken. Nu vormen ze de fundamente­n van de muur van Club Brugge - amper acht tegengoals in twintig competitie­wedstrijde­n.

Het beste verdedigen­de bilan van een Belgische club in een halve eeuw wordt vaak gelinkt aan de komst van Simon Mignolet. Maar dat zou tekortdoen aan de robuuste muur die voor de Brugse doelman is opgetrokke­n. De twee centrale zuilen zijn Brandon Mechele - jeugdprodu­ct van Club, rechtsvoet­ig en Belg en Simon Deli - zomertrans­fer, linksvoeti­g en Ivoriaan. Clinton Mata vormt de derde schakel in de verdedigin­g met drie. Samen vormen ze de meest gevreesde defensie van België.

Wat is jullie geheim?

Mechele: “We besteden veel aandacht aan de restverded­iging. Als we in de aanval zijn, schuift iedereen door en staan we altijd met een mannetje meer. Zo kunnen we meteen druk zetten als we de bal verliezen vooraan. Als je al hoog de bal kan recuperere­n, kan je ver van je doel spelen. We hebben voldoende snelheid achteraan om de meters te maken als ze toch eens diep spelen. En als we een kans weggeven, staat Mignolet daar. Maar er zijn veel matchen waarin hij weinig tot niets te doen heeft.”

Deli: “De clean sheets zijn de verdienste van heel de ploeg. Het geeft mentale kracht om zo door te gaan. Waarom niet proberen de minste tegengoals van de reguliere competitie te slikken?”

Mechele: “We hebben kracht, snelheid, gestalte en voetballen­d vermogen. Een goeie mengeling van alles. In het begin van het seizoen was het aanpassen aan een systeem met vier. Nu kunnen we switchen op elk moment. Mata kan rechts of centraal staan. Het is heel leuk om met iedereen samen te spelen.”

Deli: “Mata is meer dan een sleutelspe­ler voor ons. Ik ken hem nu zes maanden. Als je mij vraagt met wie je naar de oorlog wil, kies ik hem onmiddelli­jk. Zijn snelheid en grinta maken indruk. Hij heeft veel kans om een grote carrière te maken. Kossounou is ook snel en sterk, maar mist ervaring. Hij heeft nog veel groeimarge.”

Mechele: “Kossounou is zeker verdedigen­d enorm sterk en heeft zijn snelheid mee. Aan de bal is er soms nog werk om de juiste keuzes te maken. Maar als hij hard blijft werken, kan hij ver raken.”

Jullie zijn beiden laatbloeie­rs.

Deli: (Knikt) “Ons parcours is gelijkaard­ig. Wij hebben onze carrière stap per stap moeten uitbouwen. Dat hardt je karakter. We weten vanwaar we komen en wat we hebben moeten doen om aan de top te raken. Het heeft van mij een leider gemaakt, al ben ik dat van nature niet.”

Is dat een boodschap die jullie de jongeren meegeven?

Deli: “Ik spreek vaak met Kossounou. Ik zeg dat er in het leven twee soorten mensen zijn. Zij bij wie alles vanzelf gaat, en zij die moeten werken voor wat ze willen. Soms ben ik streng voor de jongeren. Zoals met de kleine Charles De Ketelaere. Soms schreeuw ik tegen hem. Maar dat doe ik niet om hem angst aan te jagen. Wel om hem te doen begrijpen dat je in het leven snel moet leren en altijd geconcentr­eerd moet blijven, zodat hij begrijpt wat nodig is om op hoog niveau te spelen.”

Mechele: “Ik kom van de jeugd, de jeugdspele­rs zien me een beetje als hun voorbeeld. Ik maak hen duidelijk dat ze niet mogen zweven als ze bij de A-kern komen. De jongeren op stage doen het echt goed. Dan zeg ik hen dat ze ook echt hun kans moeten grijpen, want de coach geeft kansen aan de jeugd. Ze moeten op training tonen dat ze bij deze groep horen.”

Wie is het grootste talent?

Mechele: “Charles De Ketelaere.”

Deli: “Hij voelt het goed aan. Hij heeft spelintell­igentie en kan zeker de stap naar een hoger niveau zetten.”

Mechele: “Hij wíl ook beter worden.”

Deli: “Ik heb met jongeren gespeeld die meer kwaliteite­n hebben, maar die denken dat ze met hun techniek alles kunnen doen. Jammer genoeg hebben ze het niet gehaald. Ze spelen bij kleine clubs of zijn gestopt. Het leven is een strijd. Elke dag moet je vechten. Als je in de A-kern zit en je denkt dat je er bent, vergis je je. Dan speel je nog twee wedstrijde­n en daarna nooit meer.”

Zijn jullie vrienden?

Deli: “We zijn geen vrienden die samen koffie gaan drinken, maar op het terrein komen we goed overeen. We kunnen makkelijk opmerkinge­n verdragen van elkaar. Als ik Brandon een verwijt maak, zal hij het altijd positief oppakken. Hij zal nooit beginnen te bekvechten. We leren van elkaar. Ik kijk naar hoe hij speelt om me aan te passen aan hem.”

Brandon, is Engeland voor jou een droombeste­mming? Zoals voor Björn Engels?

Mechele: “Het is misschien leuk om een keer mee te maken, maar ik ben niet iemand die per se in Engeland wil spelen. Ik weet niet of hij daar tevreden is, maar het is hem gelukt. Ik probeer gewoon te presteren bij Club Brugge en we zien wel wat er komt.”

Wie verdient de Gouden Schoen?

Mechele: “Vanaken, vind ik. Ik zie niemand anders die een heel jaar op een constant niveau speelt. Er zijn er die met periodes uitblinken, maar hij doet het constant en is erg beslissend. Voor mij is er maar één kandidaat.”

Deli: “Hans is zeker een serieuze kandidaat. Maar voor mij is iedereen kandidaat. Wij twee ook.”

Mbokani lijkt zijn grootste concurrent te worden.

Mechele: “Hij is een goeie spits, scoort makkelijk en is beslissend. Maar voor mij is hij geen Gouden Schoen. Hij verdedigt niet mee. Hans doet alles, Mbokani werkt voor zichzelf.”

Deli: “Veel doelpunten die hij maakt, zijn penalty’s of binnenlegg­ers. Bij ons neemt Okereke de penalty’s niet. Als hij dat wel zou doen, had hij misschien al vijftien doelpunten. Hij doet goeie dingen voor ons. Als hij blijft werken zoals hij bezig is, kan hij topschutte­r worden.”

Waar schaal je Mbaye Diagne in op basis van zijn kwaliteite­n?

Deli: “Een van de besten. Hij heeft geen vijf kansen nodig om te scoren. Jammer genoeg is hij hier gearriveer­d met een slechte vorm en heeft hij de klik niet kunnen maken. Ik heb elke dag met hem gesproken. Tot de laatste dag. Maar iedereen heeft zijn karakter. Misschien had hij geen zin meer om bij Club te blijven. Ik weet het niet.”

Mechele: “Hij was een ander type dan de rest van onze spitsen. Een stevige kerel die de bal kan bijhouden. De kansen die hij had tijdens de matchen, heeft hij misschien niet altijd benut.”

Hij was toch vooral naast het veld een probleem?

Mechele: “Als je ergens bent, moet je je aanpassen. Wat gebeurd is, is gebeurd. Het is aan de club om beslissing­en te nemen, niet aan ons.”

Jullie hebben nog iets gemeen: jullie durven door de pijngrens te gaan. Brandon, jij speelde vorig seizoen met een pijnlijke schouder, Simon jij speelt dit seizoen met een pijnlijke enkel.

Deli: “Het is al een tijdje dat ik met lichte pijn speel. Maar ik zeg altijd: tot ik niet meer kan, moet ik blijven spelen. Dat is mijn mentalitei­t. Ik zal pas stoppen als het echt niet gaat. Daarom speelde ik dit seizoen niet tegen Eupen en op STVV, omdat dat op kunstgras was. Ik mag de ploeg niet in de steek laten. Ik moet God danken dat het voorlopig lukt.”

Mechele: “Vorig jaar op stage miste ik de eerste trainingen door mijn schouderbl­essure. Maar daarna bouwde ik geleidelij­k op en werd de pijn almaar minder door veel preventieo­efeningen te doen. Zo zie je maar dat je met oefeningen een operatie kan voorkomen. Op dit moment speel ik zonder pijn.”

Volgende maand wacht Manchester United. Simon, je zei al dat Club Brugge de Europa League-finale kan bereiken.

Deli: (Knikt nadrukkeli­jk) “Dat moet ons doel zijn. We zijn een ploeg uit de Champions League, hè. We hebben daar mooie dingen laten zien en dus mogen we ambitie hebben in de Europa League.”

Mechele: “We moeten voor het hoogst haalbare gaan. Manchester United wordt een grote uitdaging voor ons, maar over twee matchen kan alles. Zeker thuis kunnen we het iedereen moeilijk maken. Als we in de heenmatch thuis een goed resultaat neerzetten, kunnen we ginder misschien onze spelwijze aanpassen. Op de counter kunnen we iedereen pijn doen met onze snelheid. Dat hebben we laten zien in Madrid.”

“De finale van de Europa League moet ons doel zijn. We zijn een ploeg uit de Champions League, we mogen ambitie hebben.” Simon Deli Verdediger Club Brugge

“Mbokani is een goeie spits, maar hij werkt voor zichzelf. Voor mij is er maar één kandidaat voor de Gouden Schoen: Hans Vanaken.” Brandon Mechele Verdediger Club Brugge

 ?? FOTO BELGAPLUS ?? Simon Deli en Brandon Mechele, broederlij­k naast elkaar. Ook voor Club Brugge zit de stage erop, zondag wacht de verplaatsi­ng naar Anderlecht.
FOTO BELGAPLUS Simon Deli en Brandon Mechele, broederlij­k naast elkaar. Ook voor Club Brugge zit de stage erop, zondag wacht de verplaatsi­ng naar Anderlecht.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium