Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Kampioen tegen betaling
Hoe Club Brugge voor verscheurende keuze werd gezet
Ongenaakbaar op het veld, vernederd aan de groene tafel. Club Brugge stak dit seizoen boven alles en iedereen uit maar moest zes weken door het stof kruipen om zijn titel af te halen. Anderlecht en Genk dreigden met de annulering van het seizoen om geld af te troggelen, de clubs van de K11 bliezen hun steun voor een competitie met achttien zonder play-offs op. De zestiende landstitel voor blauw-zwart is er een met een bittere afdronk.
“Coronakampioenen” titelde uw krant op vrijdag 3 april. Als eerste land in Europa trok België een streep onder de competitie. Kapitein Ruud Vormer vertelde hoe speciaal het was om kampioen te worden in zijn kot. Helemaal officieel zou het pas worden op 13 april, als de algemene vergadering van de Pro League zou stemmen. Niemand kon op dat moment bevroeden dat het nog zes weken zou duren voor de blauw-zwarte rook ook letterlijk boven Jan Breydel kon uitstijgen.
De beslissing van de raad van bestuur was van meet af aan omstreden. Bij de UEFA, dat liever niet had dat lidstaten de handdoek wierpen. Maar ook intern bij Anderlecht, Genk en Antwerp. Die clubs hoopten nog op een (beter) Europees ticket en wilden blijven spelen. RSCAvoorzitter
Marc Coucke beweerde dat paars-wit nog een uitstekende kans had op Europees voetbal – ondanks een belabberd seizoen. Eind maart had hij zich in de vergaderingen van de Pro League als een brulboei gedragen. Tevergeefs.
Na de beslissing van 2 april veranderde Anderlecht zijn strategie. De nieuwe CEO Karel Van Eetvelt verraste met een pleidooi voor “solidariteit” en vroeg dat de Europese deelnemers hun prijzengeld verdeelden onder de andere clubs. Niet alleen klonk die vraag erg ongeloofwaardig van een club die door slecht beleid in financiële nood was gekomen, de bedelhand naar de Champions Leaguemiljoenen van Club Brugge was ronduit gênant voor een ploeg die zich jarenlang als referentie van het Belgisch voetbal had gezien. Voor Van Eetvelt was er echter geen alternatief. Het water stond zijn club financieel aan de lippen, de coronacrisis dreigt de club tot voorbij de rand te brengen.
“De waanzin voorbij”
Terwijl Anderlecht en Genk op het geld van Club Brugge aasden, speelden er voor AA Gent en Charleroi andere motieven. Zij mochten respectievelijk naar de voorronde van de Champions League en de poulefase van de Europa League en hadden dus alles te winnen bij een onmiddellijke stopzetting. Alleen wilden de clubs niet naar het scenario dat de kleine clubs onder leiding van KV Kortrijk en Zulte Waregem naar voren schoven binnen de werkgroep van de Pro League: een formule met achttien of twintig zonder play-offs. AA
Gentvoorzitter Ivan De Witte noemde een competitie met twintig “de waanzin voorbij”. Antwerp volgde een eigen koers. De club wilde absoluut de bekerfinale spelen om nog naar de poulefase van de Europa League te kunnen. Tot op het laatste moment hield de Great Old de kaarten tegen de borst. Naar het beeld van technisch directeur Luciano D’Onofrio, meester van de “waiting game”.
Binnen de werkgroep werd er niet veel gewerkt. Eerst werd er gewacht op de UEFA, daarna op de Belgische overheid en uiteindelijk op het BAS. Het Belgisch Arbitragehof voor de Sport behandelde licentieprocedures van zes clubs, waaronder drie eersteklassers. De werkgroep wilde wachten tot ze wist hoeveel profclubs er waren overgebleven. Met het risico daarna te kiezen “à la tête du client”.
Wantrouwen in Wallonië
In Franstalig België werden de werkzaamheden van de GEES met het nodige wantrouwen gevolgd. De werkgroep bestond alleen maar uit Vlaamse en Brusselse clubs. Charleroi en Standard keken toe op een afstand terwijl Moeskroen vocht voor zijn bestaan.
Na de beslissing van het BAS nam Club Brugge de vlucht vooruit. Het mailde naar alle clubs een voorstel voor achttien ploegen zonder play-offs. En het vroeg om geld los te weken bij de KBVB om de “solidariteit” voor Anderlecht en Genk te betalen. AA Gent reageerde als door een wesp gestoken en ging dwarsliggen in de werkgroep. Er kwam een voorstel voor een formule met achttien ploegen en “miniplay-offs”.
Niet wat Club Brugge wilde. Anderlecht en Genk dreigden met het annuleren van het seizoen. Hierdoor riskeerde Club zijn titel van kampioen te verliezen. Voor Anderlecht en Genk was een geannuleerd seizoen een voordeel omdat hun historisch slechte uitslag in de vijfjarenberekening voor het tv-geld daarmee verviel.
Club betaalt bijna 2 miljoen euro aan andere clubs
Toen de werkgroep donderdagavond zijn voorstel deed aan de raad van bestuur trok Michel Louwagie zijn steun in. Meer hadden Charleroi en Standard niet nodig om de formule met achttien te torpederen. Ook de K11 kreeg plankenkoorts. Zulte Waregemmanager Eddy Cordier, hevig voorstander van een klassieke formule, wilde OHL en
Beerschot er plots niet meer bij. Samen met nog enkele andere clubs vreesde hij voor degradatie als er na een overgangsjaar opnieuw naar zestien werd geschakeld. OHL en Beerschot zouden als kapitaalkrachtige clubs meer kansen hebben erin te blijven. Voorzitter Croonen trok daarop de stekker uit het voorstel van achttien en werkte aan een nieuw plan met zestien. Club Brugge werd voor een onmogelijke keuze gezet: dit voorstel steunen of geen kampioen worden. Vrijdagnamiddag stemde Club in. Het betaalt straks bijna 2 miljoen euro uit de Champions League-pot aan de andere clubs en speelt in een formule die het niet wenst. Het werd vernederd, maar mag zich wel kampioen van België noemen. De zestiende titel kreeg een donker randje.