Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Alles op alles om toeristen naar het zuiden te lokken
Italië zet weldra grenzen weer open, ook Spanje, Kroatië en co. “jagen elkaar op”
In Zuid-Europa is een concurrentieslag begonnen om toeristen deze zomer binnen te halen. De spelregels liggen echter nog niet vast.
In Zuid-Europa is een concurrentieslag begonnen om toeristen deze zomer binnen te halen. Maar de spelregels liggen nog niet vast.
De stranden van Athene, de oevers van de Seine in Parijs: op de foto’s die afgelopen weekend uit Frankrijk en Griekenland kwamen, leek het business as usual: daar is de zomer, daar zijn de toeristen. Maar in zuidelijk Europa woedt een concurrentieslag. Italië verbaasde gisterochtend velen met de melding dat vanaf 3 juni alle Europeanen (én de Zwitsers) welkom zijn. Tot dusver hadden Italianen vooral te horen gekregen dat ze het deze zomer best in eigen land zochten, binnen regionale beperkingen. Hoe die Europeanen dan in Italië moeten geraken, is evenwel een grote vraag.
“Ik denk dat Italië concurrentieel reageert”, zegt Peter De Wilde, voorzitter van de European Travel Commission. “Vooral Griekenland heeft de voorbije weken duidelijk gemaakt dat het zijn toeristische markt voor buitenlanders snel zal openen. De potentiële bezoekers, bijvoorbeeld uit de belangrijke Duitse markt, zijn deels dezelfde. En de sterke toeristische lobby in Italië heeft veel impact op de regering.”
Toerisme maakt een kwart van het bbp van Griekenland uit en met een recessie in aantocht heeft het land die inkomsten broodnodig. Ook voor Spanje, Italië, Kroatië, Cyprus en Portugal is toerisme economisch van groot belang. “Nu is iedereen elkaar aan het opjagen en laat men de belangrijke veiligheidsmaatregelen heel snel los”, zegt De Wilde, die ook CEO van Toerisme Vlaanderen is. “Duitsland is voor ons ook een belangrijke markt, maar bij ons primeert de gezondheid. Wij zullen geen stappen overslaan.”
Goeie afspraken
Het Italiaanse manoeuvre viel slecht in Frankrijk. Minister van Binnenlandse Zaken Christophe Castaner benadrukte het belang van goeie afspraken tussen de landen. Castaner had vorige week ook al te maken gehad met een unilateraal besluit van Spanje: daar legt men elke buitenlander een quarantaine van twee weken op. Frankrijk legde prompt dezelfde maatregel op voor Spanjaarden. “We moeten solidair zijn”, bepleit Castaner een Europese gedachte. Die kan zijn staatssecretaris van Toerisme Jean-Baptiste Lemoyne meenemen naar een overleg van de Europese ministers van Toerisme, dat dinsdag plaatsvindt.
Frankrijk is minder afhankelijk van het toerisme dan de andere mediterrane landen. Het land ontvangt jaarlijks weliswaar het meeste toeristen in de wereld – 90 miljoen in 2019 – maar die dragen niet meer dan 7,4% bij aan het bbp.
Lemoyne preciseerde de voorbije dagen het Franse herstelplan, waarin 18 miljard euro gepompt wordt. Tot 2 juni kan er gereisd worden binnen een straal van 100 kilometer, daarna wordt die afstand verruimd, afhankelijk van de situatie.
Tegen 21 juni zou een maximaal aantal toeristische plekken weer open moeten zijn. Om die te bezetten, wordt in de zomer gerekend op 22 miljoen Franse vakantiegangers. Wat betreft de 17 miljoen buitenlandse zomertoeristen: die “riskeren de eerste weken op het appel te ontbreken”, zei Lemoyne op de radiozender Europe 1.
De situatie laat zien dat de aanbevelingen die de Europese Commissie vorige woensdag lanceerde weinig effect sorteren. “Europa kan ook weinig doen”, zegt Peter De Wilde. “Als twee landen zich bijvoorbeeld bilateraal openstellen, mogen dus álle inwoners binnen. Maar de handhaving daarvan berust bij de lidstaten. Het lijkt me niet zo eenvoudig een Fransman te controleren die in Nederland woont en België binnen wil.”
Nochtans liet zowel Europees commissaris voor de Interne Markt Thierry Breton als Lemoyne de voorbije week horen dat elke relance mee in het teken moest staan van een nieuw, duurzaam en gedigitaliseerd toerisme. De Wilde: “Ik vrees dat ze het niet leren. In plaats van deze unieke kans te grijpen om de schadelijke aspecten van het overtoerisme en meedogenloze consumentisme bij te sturen, gaat men meer van hetzelfde doen. In Vlaanderen zullen wij die kans wel grijpen.”