Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Hier speelde Boudewijn nog als prinsje.
Zoveel mogelijk in je kot blijven. Oké, maar als de muren op je af dreigen te komen, dan moet een mens al eens naar buiten. Omdat altijd dezelfde rondjes lopen of steeds dezelfde beren tellen al eens wil vervelen, stippelen onze journalisten in hun gemeente of district een wandeling uit die volgens hen de moeite loont. Een tochtje van maximaal twee uur. Wandelt u mee?
“Woeps, zou je dat wel doen, het is er zo al druk genoeg?”, reageert Ilf Jacobs van Natuurpunt bevreesd als we hem vertellen dat we het natuurpad van de Lovenhoek als coronawandeling voor Zandhoven nemen. Maar er valt anekdotisch zo veel over dit gebied te vertellen én het ligt op wandelafstand van mijn eigen deur, dat ik niet op andere gedachten te brengen ben.
Met deze wandeling, in 2017 uitgeroepen tot wandeling van het jaar, steken we gemeentegrenzen over, want we komen in Pulderbos, een piepklein stukje Grobbendonk, Vorselaar en Pulle. We deden de wandeling bij het begin van de coronauitbraak. Intussen staan er al meer bladeren aan de bomen en heerst er een strikt rookverbod door de droogte.
We beginnen niet aan het traditioneel vertrekpunt, maar voor het Revalidatiecentrum voor Kinderen en Jongeren in Pulderbos langs de Kievitslaan. Over een drietal jaar verhuist het naar de nieuwe zorgcampus die gebouwd wordt op de campus van CM-domein Hooidonk in Zandhoven. Iedereen is benieuwd wat er dan met deze grote site gaat gebeuren. Waarom geen nieuw intergemeentelijk zwembad, want ook de dagen van het oude zwembad zijn geteld?
We wandelen verder via de lange bosweg die Boskant heet. Goed opletten, want na een kwartier stappen hangt links op een houten paaltje de oranje pijl van het Lovenhoekpad.
1. Bevers en oehoe’s
Twee jaar geleden broedden er oehoe’s. “Die hebben we dit jaar niet meer opgemerkt. Dat gaat zo met de soort. Er hangen al wel een drietal weken raven rond in de Lovenhoek en er zijn ook vijf soorten spechten actief. Ter hoogte van de brug over de Molenbeek aan de Pulderdijk hoor je ’s avonds geregeld de roerdomp”, zegt Ilf Jacobs.
De hele winter was het enorm nat op de paden. Daarom zijn er stapstronken. Nu is het er kurkdroog. Het valt wel op dat er veel bomen gesneuveld zijn in de laatste stormen. “We zitten in Europa sowieso al met veel boomsterfte door de essenziekte. De extreme droogte van de laatste zomers zorgt voor veel stress en sterfte bij bomen als de fijnspar, grove den en beuk.”
Eerste toffe anekdote: beversporen langs de Molenbeek! We zien flink aangeknaagde stammen.
2. Bomput
Als we het omheind gebied waar in de zomer galloways grazen verlaten en de Heirbaan kruisen, komen we een put tegen die Natuurpunt recent vrijmaakte om er amfibieën naartoe te lokken. Natuurpunt kocht de 140 hectaren in 2007 van de familie van de Werve d’Immerseel, die nog steeds de Krabbelsbossen aan de andere kant van de Pulderdijk in privé-eigendom heeft. Volgens Pullenaar Robert Denolf (88), wiens vader René boswachter was in dienst van de heer Gaëtan van de Werve, is die amfibieënpoel een bomput van een V1.
3. Wit jachthuis en duivenverstopplaats
Vroeger telde de Lovenhoek zeventien boerderijen en zelfs een café, de Loze Wereld. Alleen twee witte huisjes, een kapel en de oude schuur staan nog overeind. “In 1938 kwam mijn vader René op de Boudewijnhoeve van de familie Van de Werve in Krabbelsbos wonen als boswachter”, zegt Robert Denolf. Over het wit jachthuisje schuin tegenover de kapel kan Robert een goeie anekdote vertellen. “In de Tweede Wereldoorlog moesten alle postduiven van de Duitsers in het arrondissement Antwerpen worden geslacht, uit schrik dat ze boodschappen zouden overvliegen. In Turnhout mochten de duiven wel blijven leven, maar moesten ze opgesloten blijven. Mijn vader was duivenmelker. Hij heeft toen aan meneer Van de Werve gevraagd of we met ons gezin naar het kleine witte huisje op de Lovenhoek mochten verhuizen, vermits dat in Vorselaar in het arrondissement Turnhout lag. De Boudewijnhoeve stond op het grondgebied Pulle en was arrondissement Antwerpen. ”
Hij hield er niet alleen zijn eigen duiven verborgen, maar ook die van andere duivenliefhebbers. “Zelfs burggraaf Gaëtan van de Werve is een keer naar ons gevlucht. Hij had zijn
kasteel ter beschikking gesteld voor winterhulp, maar tot zijn grote afschuw werd de SS-jeugd er in ondergebracht. Toen August Borms een redevoering kwam afsteken op Krabbelshof, heeft Van de Werve als verzetsdaad de Belgische driekleur gehesen. Na de oorlog heeft hij zijn kasteel laten opblazen door het Belgisch leger.”
4. Schuur
Roberts broer Miel was een weerstander. Hij werd in de oorlog naar een concentratiekamp afgevoerd en woog op een gegeven moment nog maar 39 kilo. “Na de bevrijding is Miel illegaal jenever beginnen stoken samen met Sander Corthout in een karkot achter de huidige schuur van Natuurpunt op de Lovenhoek.”
5. Boudewijnhoeve
Na de oorlog verhuisde het gezin terug naar de Boudewijnhoeve op de hoek van de Pulderdijk en de Heirbaan. Die hoeve kreeg deze naam toen de jonge prins Boudewijn er als padvinder logeerde. Ook koning Filip kwam er met de scouts.
En dan te zeggen dat in 1975 heel het gebied bijna een weekendverkaveling was geworden. De gemeenteraad van Pulle - want het dossier dateerde van voor de fusie - keurde de aanleg van 400 percelen weekendgrond goed. 270 hectaren van de in totaal 450 hectaren van Krabbels zouden voor de bijl gaan. Het in allerijl opgerichte Groenkomitee kreeg steun van staatssecretaris Poma. Hoewel Igean al gunstig advies had verleend, kon de verkaveling worden afgewend, omdat het in strijd was met het ontwerp-gewestplan. Wat een geluk!