Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Commissie buigt zich over Congo én Rwanda en Burundi
De Kamer zet vandaag al een reeks experts aan het werk die tegen september een eerste rapport moeten presenteren over ons koloniaal verleden in Congo. Met als centrale vraag: moet België zijn excuses aanbieden voor wat daar allemaal is aangericht?
Een titanenwerk. Zo omschrijft professor koloniale geschiedenis Idesbald Goddeeris (KU Leuven) het werk dat in het parlement moet gebeuren. “De onderzoekscommissie die de moord op Patrice Lumumba heeft onderzocht, heeft er al twee jaar over gedaan en dat ging over één specifieke gebeurtenis. Nu wordt heel de koloniale geschiedenis bekeken.”
Volgens commissievoorzitster Els Van Hoof (CD&V) staat het zo goed als vast dat de hele “Belgische periode” (Congo Vrijstaat van 1880 tot 1908 en Belgisch Congo tot de onafhankelijkheid in 1960) wordt onderzocht. “Ik denk dat we niet genoeg beseffen dat de hele wereld nu op ons kijkt. Er wordt altijd verwezen naar buitenlandse voorbeelden, maar Nederland heeft zich bijvoorbeeld alleen maar verontschuldigd voor het dekolonisatieproces, niet voor heel het koloniale verleden. Wat wij gaan doen, is nog nooit gebeurd”, aldus Van Hoof.
Mandaatgebieden
En nog opvallend: de bijzondere commissie buigt zich mogelijk ook over gewezen mandaatgebieden
Rwanda en Burundi. Die twee landen kreeg België er na WOI tot 1962 bij. Voordien waren ze in Duitse handen. Niet dat er net zoals in Congo grote gruwelijkheden gebeurden, maar volgens professor Goddeeris hebben de Rwandese genocide en de spanningen tussen de Tutsi’s en de Hutu’s toch ook koloniale wortels. “Door bijvoorbeeld verschillen tussen bepaalde groepen uit te vergroten en die tegen elkaar op te zetten.”