Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Heel wat spelers einde contract door coronacrisis en discussie over competitieformule
“Eerst even met mijn gezin tot rust komen en wat genieten. Daarna bekijk ik wel wat mijn mogelijkheden zijn. Ik wil graag nog een jaartje voetballen.” Het waren de woorden van Arjan Swinkels nadat hij had vernomen dat hij bij KV Mechelen geen nieuw contract kreeg. Zo makkelijk zal het deze keer niet worden om elders een nieuw contract te versieren. Niet voor de 35-jarige Swinkels, maar ook niet voor de 54 andere profspelers die in België hun contract niet verlengd zagen. Zij zijn vanaf vandaag officieel werkloos.
Elk seizoen lopen er heel wat contracten af. 30 juni is de officiële einddatum. Besprekingen met de sterspelers over een nieuwe verbintenis worden altijd vroeg aangevat. Dat zijn de ‘A-spelers’. Voor de goede clubspelers, laten we ze de ‘B-spelers’ noemen, wordt er doorgaans vanaf januari onderhandeld. Met hen gaat het dan over de voorwaarden en wordt er wat gepingpongd. Een beetje meer of minder, maar meestal komen ze er wel uit. De mindere goden, de ‘C-spelers’, krijgen geen nieuw contract, maar kunnen bij een lager gerangschikte club of een ploeg uit 1B aan de slag.
Dit jaar is alles anders. De coronacrisis noopt de clubs ertoe aflopende contracten niet meer te verlengen. Het gáát gewoon niet. Elke verbintenis is er eentje minder, geld dat kan worden uitgespaard om de crisis te overleven. Hoeveel aflopende contracten zijn er verlengd sinds het coronavirus? Dat van Mbokani (Antwerp), Kainourgios (Zulte Waregem), Sardella (Anderlecht) en D’haene (Kortijk). Er zijn ook niet meer dan een handvol spelers van wie de huurperiode werd verlengd. Sobol (Club Brugge) is er eentje van. De overige 90 procent werd terug naar afzender gestuurd. Opties worden ook nauwelijks gelicht. Als de selectie ingekrompen kan worden, dan gebeurt het.
Kleinere kernen
“Dat merken wij ook”, zegt ex-Rode Duivel Patrick Vervoort, tegenwoordig bij het spelersbegeleidingsbureau Let’s Play. “Er is minder geld, maar de clubs gebruiken dat ook in de contractbesprekingen. Voor de topspelers zal altijd nog wel geld klaar liggen - kijk naar Mbokani bij Antwerp. Maar voor de nummers 25 tot 30 wordt het heel moeilijk. De kernen worden kleiner.”
“We leven in een nieuwe realiteit”, beaamde Matthias Leterme, algemeen directeur van Kortrijk, al. “De inkomsten dalen en dus zal iedereen moeten besparen. Waar een eersteklasser vroeger koos voor een selectie van 26 à 27 spelers, zal nu geopteerd worden voor slechts 22 à 23.”
Maar ook voor de spelers die de voorbije jaren veel geld verdienden, zal het slikken worden. Steven Defour, Kevin Mirallas, Sinan Bolat en Samir Nasri hebben bijvoorbeeld een mooie bankrekening. “Ik lig er niet wakker van dat Antwerp me geen nieuw contract gaf”, aldus Defour. “Ik zag het aankomen. Ik heb nog tijd. Er ligt van alles op tafel (onder meer enkele pistes uit
Turkije, red.), dus we zullen wel zien. De transferperiode duurt nog lang.”
Pas begin oktober sluit de mercato. Dat er nog lang kan worden getransfereerd, daar heeft de 32-jarige middenvelder gelijk in. Maar hij mag niet vergeten dat corona ook in andere landen hard toesloeg. Bolat geniet interesse van Besiktas en Galatasaray, maar ook daar is de economische crisis de gezondheidscrisis aan het wegduwen. En dat in China of een ander exotisch land de bomen nog altijd tot in de hemel groeien, is ook hoogst twijfelachtig. “Het zal voor die spelers toch zo’n exotische bestemming moeten worden”, weet Vervoort. “China, Qatar... Daar betalen ze nog graag voor grote namen. Als die spelers dat niet zien zitten, wordt het moeilijk. Tenzij ze zwaar willen inleveren om te blijven voetballen.”
Of zoals Defour vroegtijdig terugkeren naar KV Mechelen? “Op dit moment is daar nog geen sprake van”, zegt die.
Geduld
Stijn Francis, de makelaar van onder anderen Dries Mertens, pleit voor geduld. “Het is moeilijk in te schatten”, klinkt het. “In veel landen zijn de competities nog bezig. Mogelijk komt het pas op gang als het seizoen ook daar afgelopen is. Of het met het terugschroeven van de budgetten zo’n vaart zal lopen, valt af te wachten.”
Toch is het de vraag of de geesten niet nog moeten rijpen. Je hebt ook nog de categorie van pakweg Hervé Kagé, Arjan Swinkels, Joseph Akpala en Sandy Walsh. Voetballers die mooie contracten hadden, maar die zich ervan bewust moeten zijn dat die niet meer te evenaren zijn. “Voor die jongens is het niet hopeloos, maar al het gehakketak over de competitie - 16 of 18 ploegen - helpt hen natuurlijk niet”, besluit Vervoort. “Waasland-Beveren, Beerschot, OH Leuven... Ze weten nog niet waar ze volgend seizoen zullen spelen. Mogelijk zijn voor die clubs spelers uit die zogenaamde tweede categorie nog haalbaar. Maar ze worden afgeremd door de onduidelijkheid.”
“Voor de topspelers zal er altijd nog wel geld klaar liggen. Kijk naar Mbokani bij Antwerp. Maar voor de nummers 25 tot 30 wordt het heel moeilijk.” Patrick Vervoort Spelersbegeleider bij Let’s Play