Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Grosjean moet zo snel mogelijk opnieuw racen”
Thierry Boutsen (63) reed met zo’n 300 km per uur toen hij in Le Mans 1999 crashte, een klap die de Brusselaar slechts ternauwernood overleefde. Weinigen kunnen beter inschatten wat Romain Grosjean, de Franse F1-coureur die zondag in Bahrein een inferno doorstond, moet doormaken. “Die man moet zo snel mogelijk weer achter het stuur kruipen”, raadt Boutsen aan.
Grosjean sprak al zondagavond vanop zijn ziekenhuisbed een geruststellend filmpje in. Meer dan wat brandwonden aan zijn handen houdt hij niet over aan de klap, vandaag mag hij het ziekenhuis verlaten. Boutsen blijft verbaasd: “Het is toch ongelofelijk dat hij met zo weinig letsels uit zo’n zware crash komt. Wonderbaarlijk, echt wonderbaarlijk. Alle boxen waren aangetikt opdat hij zou sterven.”
Boutsen beklemtoont dat de aangescherpte veiligheidsmaatregelen het leven van de 34-jarige Fransman hebben gered. “Viervijf jaar geleden zou hij een dergelijk ongeval nooit overleefd hebben. Of maak daar maar twee jaar van. Sindsdien zijn de auto’s alweer zoveel veiliger geworden. Met name de halo heeft hem het leven gered. Maar zijn gelukskapitaal is nu compleet opgebruikt.
(lachje) Eigenlijk moet Romain nu de rest van zijn leven binnen blijven, waar hem niets meer kan overkomen.”
Nochtans brak de bolide in twee stukken en ontstond meteen een vuurzee. “Dat de auto in tweeën scheurde, is op zich geen probleem, zeker als die breuk zich voordoet tussen de monocoque
(de veiligheidscel, red.) en de motor. En die snelle vlammen ontstonden omdat ze in het begin van de race nog met volle tanks rijden. Het was overigens vooral de buitenkant van de auto die in lichterlaaie stond. Binnenin was dat veel minder het geval. Een beetje warm, dat wel.”
Jackie Stewart
Sinds het ontstaan van de Formule 1 in 1950 overleefden 34 coureurs hun sport niet. Het meest recente slachtoffer is Jules Bianchi, die in juli 2015 overleed aan de gevolgen van zijn zware crash een jaar eerder. Bianchi is meteen ook het enige dodelijke F1-slachtoffer uit deze eeuw. “Maar in andere categorieën van de autosport waren er wel overlijdens. Hoe dan ook is de autosport veel minder gevaarlijk dan vroeger. In de jaren zestig en zeventig viel er elk jaar in de Formule 1 minstens een dode te betreuren.“
Grosjeans fysieke schade blijft dus beperkt, maar wat is de mentale impact van zo’n incident? Ook Boutsen doorstond in zijn twintigjarige carrière achter het stuur een reeks crashes. “Ik en veel van mijn collega’s hebben ondervonden dat je best zo snel mogelijk weer moet deelnemen aan een race. Ik weet nog dat Jackie Stewart en zijn generatiegenoten die boodschap aan ons vertelden. Onmiddellijk hernemen: dat is de beste manier om alle angsten te verwerken, om alle demonen klein te krijgen. Je bent coureur, geen spectateur.”
Zoals Niki Lauda, de Oostenrijkse legende die in 1976 meer dood dan levend uit een wrak werd gehaald, maar zes weken later opnieuw aan de start van een Grand Prix stond? “Dat is een uitstekend voorbeeld. Alle negativiteit verdwijnt snel, alle positiviteit blijft behouden. Wat ik daarmee bedoel? Niemand heeft ooit zo’n accident overleefd. Als dat geen positieve boodschap is. Dat geldt trouwens niet alleen voor F1-racers, maar ook in de rest van het leven. Op mijn 16de had ik al een zwaar ongeluk met een moto. Zelfs toen ben ik zo snel mogelijk opnieuw beginnen te rijden.”
Doorboorde longen
Na zijn ongeval in Le Mans 1999 zou Boutsen nooit meer racen. Drie gebroken ruggenwervels, twee gebroken ribben, doorboorde longen en verlammingsverschijnselen aan de benen leidden tot een herstelperiode van vier jaar. “De eerste drie weken had ik voortdurend nachtmerries over die crash. Maar toen ik voor het eerst weer zelfstandig op mijn benen kon staan, verdwenen die. Het heeft wel twee jaar geduurd vooraleer ik zonder pijnstillers kon. En nadien volgde nog een revalidatie van twee jaar. Pas dan kon ik mijn normale leven weer hervatten. J’ai réussi mon chemin. Uiteindelijk heb ik die beproeving toch goed doorstaan. Ik en mijn familie voelen ons opperbest, mijn business draait behoorlijk (Boutsen verkoopt privévliegtuigen, red.) en ik kan elke dag toertjes maken met mijn fiets die ik van Eddy Merckx gekregen heb.”