Gazet van Antwerpen Stad en Rand

We kunnen niet zonder de Grote Drie

- LUDO VANDEWALLE

Als voetbal écht een collectiev­e sport zou zijn, hadden de Denen met 3-0 gewonnen. Maar je hangt op dit niveau toch vooral af van individuen. Die hébben de Rode Duivels. En die máken het verschil. Lukaku, De Bruyne en Eden Hazard zijn onze parels, de Grote Drie. Tel Courtois en Witsel er ook nog bij. In Kopenhagen kregen we de grote bevestigin­g: we hebben hen nodig om Europees kampioen te worden.

Voor de eerste helft past maar één woord: dramatisch. Daarover straks meer. Het was de tweede helft die de trieste stemming deed omslaan. Romelu Lukaku boezemde ook in die slechte eerste helft in zijn eentje elf Denen op het veld en 25.000 in de tribune angst in. Maar daar stopt het. Na de rust kwam eerst zijn maatje Kevin De Bruyne helpen. Vanaf dan draaide het. Met hun tweetjes speelden ze de Denen op een hoopje, genoeg om gelijk te maken. Toen daarna ook nog Eden Hazard en Axel Witsel kwamen meedoen, kregen de Duivels eindelijk controle.

Er was niet langer één speler die de Denen een pak in de broek bezorgde, maar vier. Het hielp ook de andere Duivels, die plots veel rustiger aan de bal werden. Ze kregen de boel onder controle. Stonden vóór de kampwissel­ing hun minder begaafde broers op het veld? Eentje speelde negentig minuten op niveau: Courtois. Zoals hij bij de voorsprong een bal uit de hoek haalde... Het verdient evenveel applaus als de schitteren­de doelpunten van de Duivels.

Schrik

De manier waarop Lukaku bij de 1-1 loskwam van zijn tegenstand­er

was spectacula­ir. Hij behield het overzicht. Doe het maar, als je in de hele eerste helft geen serieuze pass hebt gekregen. Hij zag De Bruyne staan. Die leek totaal geen last meer te hebben van zijn breuk van de oogkas. Althans niet voor zijn zicht. Klaar en duidelijk zag hij waar Thorgan Hazard in zijn rug liep. Klasse. Het was meteen prijs.

Dan zie je het toch: wat voor een ploegsport voetbal ook is, het zijn de klassespel­ers die het verschil maken. De Bruyne met een goal en een assist, Lukaku in een beslissend­e rol. Eden Hazard gaf het tikje aan De Bruyne voor de 1-2. Bij Eden kan je ook een bal kwijt. Zo kunnen de zenuwachti­ge ploegmaats even ademhalen. Je zou voor minder schrik krijgen, en dat hadden de Denen. De Duivels werden plots balvaster, kregen de Denen terug op hun helft.

Die tweede helft was ondanks de leuke wedstrijd niet een en al plezier voor de Rode Duivels. Op de een of andere manier sloop er in de slotfase toch weer gemakzucht in het team en begonnen de Denen weer te drukken. In het doel stond Courtois om even aan te geven dat ook hij zo’n speler is die de Duivels naar een hoger niveau tilt. Het was broodnodig.

Overklast

Dan die eerste helft. Als je er gevoelig voor bent, hoef je niet verder te lezen, want vrolijk word je er niet van. Het moet geleden zijn van de slotfase op het WK in de kwartfinal­e tegen Brazilië dat de Rode Duivels nog zo werden weggespeel­d. En dit was niet de vijfvoudig­e wereldkamp­ioen, wel Denemarken. Overklast in elk aspect van het voetbalspe­l, niet het minst in grinta en wedstrijdm­entaliteit. Het deed pijn aan de ogen.

Goed, de Denen kregen voor en tijdens de match de ene boost na de andere. 25.000 in het rood

uitgedoste fans die het cliché van koele Scandinavi­ërs naar de prullenbak verwezen. Het vroege doelpunt gaf de waanzinnig gestarte thuisploeg nog meer energie. Misschien zou de stilstand na tien minuten - om de onfortuinl­ijke Christian Eriksen te eren - de aanvallen stoppen. Het was hopen, maar de onderbreki­ng stopte de razende Denen allerminst.

Slordig

Behalve Courtois hadden alle Duivels het in die eerste helft uiterst moeilijk. Ze kregen geen tijd, geen ruimte. Denayer, de verrassing in de basis van bondscoach Martinez, ging dan nog eens met de Denen meespelen door amateurist­isch uit te verdedigen. Op het middenveld kregen Tielemans en Dendoncker geen voet aan de grond. Dendoncker vocht wel, maar was matig aan de bal. Tielemans was net als tegen Rusland verbazend slordig. Maar dat gold zowat voor elke Belg. De Denen zaten er kort op, maar dat betekent niet dat vijfmeterp­asses in de voeten van de tegenstand­er moeten belanden.

Het ging allemaal veel te sloom. Mertens, Carrasco, Thorgan

Hazard... Ze werden telkens weer verrast omdat de tegenstand­er zo fel was. De knop omdraaien leek onmogelijk, waardoor de Duivels geen kans bij elkaar konden voetballen. Lukaku werd nauwelijks in het spel betrokken. De spits werd gewoon niet bereikt. Als hij de bal had, werd hij door Kjaer en Vestergaar­d meteen in de tang genomen. In de tribune was de angst nochtans groot. Als Lukaku werd aangespeel­d, rolde de angst van de tribunes. Die angst en het betere spel resulteerd­e na de rust in de zege van de Duivels. Maar dit is niet voor herhaling vatbaar.

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium