Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik ben blij weer buiten te kunnen komen, dat was nodig”
Antwerpenaar Leo De Groof is de ‘vader’ van het systeem bij Moeders voor Moeders in Borgerhout
Geregeld krijgen ze in AZ Turnhout nog een patiënt binnen met Covid, maar in grote mate is het leven op de spoeddienst weergekeerd als in het pre-coronatijdperk. “Naast de klassieke spoedgevallen krijgen we nu ook gevaccineerden over de vloer die zich ongerust maken vanwege een reactie, terwijl dat niet altijd nodig is”, zegt spoedverpleegkundige Sofie Van Houdt.
“De ‘normale gang van zaken’ is zo goed als weergekeerd en dat houdt in dat het op onze afdeling nu eigenlijk drukker is dan tijdens de lockdownperiodes”, verklaart Sofie. “Enerzijds omdat de mensen toen minder snel geneigd waren naar spoed te komen omdat ze bang waren, anderzijds omdat we allemaal binnen zaten en het risico op ongevallen een stuk lager lag. We zien nu bijvoorbeeld opnieuw veel meer breuken.”
“De uitdaging ligt er nu in de oefening te maken als iemand bij ons binnenkomt en symptomen van bijvoorbeeld koorts, hoesten of kortademigheid vertoont. Moeten we die persoon in isolatie leggen of niet, in afwachting van de uitslag van een test of meer informatie van de dokter? We isoleren best nog veel mensen, maar veel positieve resultaten komen daar niet meer uit.” “Wat we ook duidelijk zien, is dat er heel wat mensen komen aankloppen na hun vaccinatie. Bij de minste reactie komen ze naar ons, toch wel gevoed door allerlei berichten die de wereld worden ingestuurd. Terwijl dergelijke bijwerkingen zich ook voordoen met het griepvaccin.”
Waardering
Zelf zegt Sofie toch vooral ook opgelucht te zijn dat er weer heel wat meer mogelijk is. “Ik denk en hoop dat het wel oké is. Dit was echt nodig. Zelf ben ik ook blij weer buiten te kunnen komen, weer mensen te ontmoeten en op vakantie te kunnen gaan. Want, en ik hoor dat ook van de collega‘s, het woog meer op persoonlijk en sociaal vlak als op ons professioneel leven. Het werk was zwaar, bij momenten héél zwaar, maar geen ventilatieklep hebben was het zwaarste. Het is dan ook een verademing dat we onze vakanties kunnen plannen zoals we gewoon zijn.”
“Al is het nog niet voorbij”, beseft ze ook wel. “Het is in die zin wel jammer dat al die waardering die zo hoog piekte, zo snel ook weer wegebt. Mensen vergeten blijkbaar heel snel. Dat er maar één familielid op bezoek mag komen, dat ze op de kamer moeten blijven, … het wordt steeds moeilijker om dat aan de mensen wijs te maken, terwijl dat echt nog wel nodig is.”
De vondelingenschuif van Moeders voor Moeders heeft ook een vader: Leo De Groof (44), Antwerpenaar en expert in beveiligingstechnieken. 21 jaar geleden ontwierp hij het systeem dat onlangs een negentiende baby mocht verwelkomen. “Ik heb grote veiligheidsprojecten gedaan voor multinationals, maar op de vondelingenschuif ben ik het meest trots”, zegt hij.
Leo De Groof runde destijds samen met Peter Ceulemans de firma Ceulemans Security, inmiddels overgenomen door de Franse Scutum Group. Een toeval bracht hem samen met de vzw Moeders voor Moeders: hij woonde naast een pand waar enkele ‘moeders’ actief waren. “Ze kwamen ineens af met dat idee. Ze waren al gaan kijken in Hamburg, naar ‘die Babyklappe’, de eerste vondelingenschuif in Europa”, vertelt hij. “Mijn werkgever keek raar op toen ik ermee afkwam, ‘waar zijde gij nu mee bezig’.”
In Hamburg werkten ze toen met een camera, Leo De Groof koos voor een klassiek alarmsysteem waarbij verschillende mensen worden opgebeld als er iets gebeurt. “Je hebt de inkomhal aan het pand in de Helmstraat, het ‘sas’, waar de persoon met de baby binnenkomt langs de voordeur, die altijd open is. Dan sta je voor een luik; ‘schuif’ is eigenlijk een verkeerde benaming. Het is geen lade waar je de baby als een stuk keukengerief inschuift. Je opent het luik als een deurtje, naar de binnenkant, en zodra je sluit, krijgen verschillende mensen een telefoontje en wordt het magneetsysteem van het slot geactiveerd, zodat je het luik niet meer van buitenaf kunt openen.
De baby zelf ligt in een soort van wieg.”
Honden en katten dumpen
Leo werkt na 21 jaar nog altijd samen met Moeders voor Moeders. “We gaan het systeem binnenkort updaten. In plaats van de telefoontjes komt er een digitaal pushbericht. Er is ook al een camera aan de kant van de wieg: de persoon die de baby brengt moet 100% anoniem blijven. Door de camera kunnen de vrijwilligers zien of er echt een baby ligt of dat het een flauwe grap is, een vuilniszak of zo. In dat geval is het minder dringend. Het komt ook wel eens voor dat mensen er katten of honden dumpen, heb ik mij laten vertellen.”
Vroeger lag er bij de wieg een stempelkussentje. Daarmee kon de moeder een afdruk van het voetje van de baby maken, als eventueel bewijsstuk dat het haar kind was als ze later nog van gedachte zou veranderen. “Dat is nu vervangen door een simpel systeem dat Moeders voor Moeders zelf bedacht heeft: twee puzzelstukjes, in papier geknipt, en de moeder neemt er een mee. Dat past dan perfect in het andere, als ze zou terugkomen voor de baby.”
Commotie bij opening
Leo De Groof herinnert zich nog levendig de ophef bij de start. “Alexandra Colen van het Vlaams Belang deed de opening, ik geloof omdat burgemeester Leona Detiège niet kon. Dat was al direct goed voor commotie. Er werd ook gezegd dat het onwettig was, een kind zo afstaan, en dat ook iedereen die eraan meewerkte strafbaar was.”
Hij is nog altijd even trots op zijn vondelingenluik. “Ik volg het bij elke baby, negentien intussen. Het is toch iets heel anders dan mijn gewone werk: het gaat om levende wezentjes, kinnekes. Er is toch niks belangrijkers dan dat. Ik heb een dochter van 18, maar die vondelingen zijn ook een klein beetje mijn kinderen. Je weet ook niet wat er anders mee zou gebeurd zijn.”