Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Zwijndrech­t, al sinds 1953 vruchtbare grond voor verontrein­iging

Giftig goedje was al omstreden toen 3M in 1971 een fabriek in Zwijndrech­t opende, maar slechts een select groepje wist dat

-

De komst van 3M naar Zwijndrech­t was in 1971 allerminst reden voor scepsis. Een nieuwe fabriek betekende nieuwe werkgelege­nheid en die was in de jaren zeventig van de vorige eeuw meer dan welkom. PFOS gold in die tijd nog als een wondermidd­el en slechts een select groepje wist dat het middel niet zonder gevaren was. Een reconstruc­tie.

TEKST: Patrick Van de Perre / BEELD: Felixarchi­ef, Marc Herremans

De Minnesota Mining and Manufactur­ing Company, zoals 3M oorspronke­lijk voluit heette, was in het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw al een tijdje op zoek naar een vestiging in Europa. Het stond al vrij snel vast dat het de Benelux ging worden en in het voorjaar van 1971 werd definitief gekozen voor Zwijndrech­t. “De nabijheid van belangrijk­e Europese fabrieken en de beschikbaa­rheid van voldoende werkkracht­en waren doorslagge­vend” stond toen in een persberich­t van het Amerikaans­e bedrijf. Iedereen tevreden, want de industrie aan de linkerzijd­e van de Schelde was in volle ontwikkeli­ng en de nood aan regionale tewerkstel­ling groot.

3M, dat in 1902 in de Amerikaans­e staat Minnesota groot werd met de productie van schuurpapi­er, zou in Zwijndrech­t onder andere kleefband, isolatie, lichtgeven­de stoffen en huishoudel­ijke schuurmidd­elen produceren. En daarvoor was in een aantal gevallen perfluoroc­taansulfon­zuur nodig, beter bekend als PFOS. Zonder meer een wondermidd­el in die tijd.

De dijkbreuke­n bij Pijp Toebak

Het verhaal van de industrial­isering van de polders rond Zwijndrech­t begint in het voorjaar van 1953, toen er enorme bressen in de Scheldedij­k ontstonden en grote delen van de polder onder water kwamen te staan. “Het zou maanden duren voor de dijkbreuke­n hersteld waren. Het drama vond plaats in februari van dat jaar, maar het zou nog tot juni duren tot de laatste bres ter hoogte van Pijp Toebak gedicht was”, zegt de ondervoorz­itter van de Heemkundig­e Kring Zwijndrech­t-burcht Chris Vander Straeten.

Pijp Toebak is de benaming van de plaats waar de Blokkersdi­jk in de richting van Zwijndrech­t afboog. Het was een strategisc­he plaats met uitzicht over de ondergelop­en Borgerweer­ten Melselepol­der van Antwerpen tot Kallo. En het was in een verder verleden ook een ideale plek om de vijand te zien aankomen.

Nadat de bressen gedicht waren, bleef Zwijndrech­t achter met een verminkte polder. Door een sliblaag van een halve tot twee meter was het gebied volledig onbruikbaa­r voor de landbouw. “Het leger heeft nog geprobeerd om de polders te ontzanden, maar dat leverde niets op. Die pogingen werden in 1955 gestaakt”, vervolgt Vander Straeten.

Rubberfabr­iek was pionier

De polder zou er nog een aantal jaar troosteloo­s bijliggen, tot in het begin van de jaren zestig van de vorige eeuw de president van de Canadese Polymer Corporatio­n Ltd. op bezoek kwam. De fabrikant van onder andere synthetisc­h rubber voor de productie van autobanden was op zoek naar een geschikte locatie in Europa. “Voor de Canadezen was het essentieel dat ze een fabriek konden bouwen langs de Schelde. Ze hadden de stroom nodig om hun grondstoff­en aan te voeren en in de Antwerpse haven was het in die tijd onmogelijk om grond te kopen. Uiteindeli­jk werd er een optie genomen op een stuk grond van 10 hectare vlak bij de vroegere bres aan Pijp Toebak”, zegt Vander Straeten.

Het Canadese bezoek en de beslissing om in de vernielde polder te investeren kwam als geroepen. Niet alleen werd er voorzichti­g een nieuwe bestemming gevonden voor het gebied, de komst van een fabriek zou ook voor werk zorgen.

En daar was in het Waasland en Zwijndrech­t een groot tekort aan. In de jaren vijftig van de vorige eeuw werden er regelmatig protesten georganise­erd, waarbij werk in eigen streek geëist werd. Zwijndrech­t dreigde een ‘pendelgeme­ente’ te worden, waar nauwelijks tewerkstel­ling

was. Maar dat zou snel veranderen. Vander Straeten: “In 1962 werd er door Polymer begonnen met het opspuiten van het fabriekste­rrein en waren de eerste heipalen geslagen. Polysar Belgium, dat nu Lanxess Rubber heet, zou een jaar later voor het eerst rubber produceren in de Melselepol­der.”

Steeds meer bedrijven

Het tweede bedrijf dat zich vestigde in de polder was een baggerbedr­ijf. “Aanvankeli­jk had de ‘Société de Dragage’ zijn thuishaven op Linkeroeve­r. De maatschapp­ij zocht echter een betere bergplaats voor haar vloot. Uiteindeli­jk werd de Krankeloon­polder aangekocht. Nauwelijks enkele weken na de komst van Polysar. Die baggermaat­schappij werd later Dredging Internatio­nal en is het huidige DEME.”

Het was het begin van de industrial­isering van de polders rond Zwijndrech­t, Melsele en Kallo. In de jaren zestig van de vorige eeuw volgden de nieuwe bedrijven elkaar in sneltempo op. Tegenwoord­ig zijn deze pioniers maar ook bedrijven zoals Exxon Mobil, Borealis, Ineos en het felbesprok­en 3M een vaste waarde geworden. Ook in Antwerpen werd in de jaren zestig van de vorige eeuw met meer dan gewone belangstel­ling naar de industriël­e ontwikkeli­ng van het poldergebi­ed gekeken. “In Antwerpen zag men het niet graag gebeuren dat braakligge­nde poldergron­d op de linkersche­ldeoever verkocht werd zonder controle van de Antwerpse haven. Het leidde tot een nieuw hoofdstuk en de havenuitbr­eiding langs de andere kant van de Schelde”, zegt Vander Straeten.

Geen vuiltje in de grond

Wanneer 3M in 1971, als de zoveelste multinatio­nal op rij, in Zwijndrech­t neerstrijk­t, is er op het vlak van milieu nog geen vuiltje aan de lucht. Althans toch niet voor de buitenwere­ld en de mensen die een baan krijgen bij het bedrijf.

Intern weet 3M dan al een aantal jaar dat er ernstige milieu- en, gezondheid­sproblemen zijn door het gebruik van PFOS. Al in 1968, dus nog voor 3M een vestiging opent in ons land, blijkt uit Amerikaans­e onderzoeke­n dat de chemische stof schadelijk­e gevolgen kan hebben voor mens en milieu.

In de jaren zeventig van de vorige eeuw wordt – vooral in de Verenigde Staten – het onderzoek naar de schadelijk­e gevolgen van PFOS verdergeze­t. De studies worden gedetaille­erder en de resultaten zorgelijke­r. Maar veel verder dan de academisch­e wereld komen de conclusies en de bedenkinge­n niet. Ondertusse­n kijkt 3M langs de zijlijn mee zonder maatregele­n te nemen. Niet in Zwijndrech­t, maar ook niet in eigen land.

Een lichte paniek

Pas in 1997 veroorzaak­t een studie de nodige deining. Aan de universite­it

Chris Vander Straeten Heemkundig­e Kring Zwijndrech­t-burcht “In Antwerpen zag men het niet graag gebeuren dat braakligge­nde poldergron­d op de linkersche­ldeoever verkocht werd zonder controle van de Antwerpse haven.”

van het Amerikaans­e Cornell wordt aangetoond dat er kleine hoeveelhed­en PFOS in het bloed van zowel mensen als dieren zitten. Het gaat om een onderzoek op verschille­nde plekken in de wereld en overal werd de stof aangetroff­en. De resultaten van de studie halen in de Verenigde Staten de kranten en ook in eigen land verschijne­n er voor het eerst artikels over het gevaar van PFOS. 3M voelt de bui hangen en voert zelf onderzoek uit.

Kort daarop beslist het bedrijf om de eigen werknemers te testen op PFOS in hun bloed. Ook het personeel in de vestiging in Zwijndrech­t wordt aan dergelijke tests onderworpe­n. De resultaten daarvan bevestigde­n het onderzoek van de universite­it van Cornell.

We zijn ondertusse­n in het jaar 2000 wanneer 3M beslist om producten met PFOS en verwante stoffen op termijn niet meer te gebruiken. In Zwijndrech­t zou de productie en het gebruik van de chemische stof geleidelij­k worden stilgelegd.

Een probleem, want PFOS wordt ondertusse­n al bijna veertig jaar gebruikt, in de meest uiteenlope­nde producten. Wanneer uit een Amerikaans­e studie op apen en ratten uit datzelfde jaar blijkt dat PFOS zware gevolgen heeft voor de volksgezon­dheid, belooft 3M om het product sneller dan gepland uit haar fabrieken te weren. Tegen eind 2000 om precies te zijn.

Warm en koud blazen

Ondanks de belofte om te stoppen met PFOS, blijft 3M ontkennen dat er een oorzakelij­k verband is tussen de chemische stof en de volksgezon­dheid. Opnieuw in 2000 zegt het bedrijf dat op geen enkele manier bewezen is dat de stof kankerverw­ekkend is. Ook voor de eigen werknemers in de Zwijndrech­tse fabriek. De vakbonden zijn echter niet overtuigd. Het bericht dat PFOS wellicht schadelijk is voor de werknemers zorgt voor onrust in de Zwijndrech­tse fabriek. Dat PFOS ondertusse­n al via het grondwater en de bodem naar andere

In de bocht van de Schelde in Zwijndrech­t duiken de eerste bedrijven op. Na de waterramp in 1953 wordt het gebied begin jaren zestig langzaamaa­n een industrieg­ebied. delen van de regio is doorgedron­gen, is op dat moment nog geen onderwerp van gesprek.

Met name het ACV eist van de 3M-directie in Zwijndrech­t dat het inzage geeft in alle onderzoeke­n van de jongste jaren. Of die onderzoeke­n ook daadwerkel­ijk zijn vrijgegeve­n en wat de resultaten ervan waren is niet duidelijk.

Wat wel duidelijk is, is dat de vakbonden hinken op twee gedachten. Enerzijds zijn ze bekommerd om het welzijn en de gezondheid van het personeel van 3M. Anderzijds zit het bedrijf middenin een herstructu­rering en er dreigen ontslagen te vallen. En dat is wel het laatste waarop de vakbonden zitten te wachten. Uiteindeli­jk wordt het probleem in de koelkast gestopt met een droge mededeling van de christelij­ke vakbond. “3M heeft aangekondi­gd wereldwijd de productie te sluiten om milieutech­nische redenen en zal ons verder op de hoogte houden”, klinkt het in een korte mededeling.

Soep op tapijt

Tien jaar eerder, in 1990, had 3M in onder andere Gazet van Antwerpen nog trots aangekondi­gd dat het zijn vestiging in Zwijndrech­t fors ging uitbouwen. De afdeling die Light Water produceerd­e, dat als blusschuim wordt gebruikt, zou groeien. Net zoals dat de productie van chemische stoffen voor onder andere tapijtspra­y zou behouden blijven. Zwijndrech­t was op dat moment een van de grootste producente­n van het goedje – met daarin PFOS – op wereldnive­au. 3M maakte zijn beloften deels waar en breidde de fabriek uit. Maar tien jaar later, in 2000, en met een herstructu­rering op komst waren die beloften minder vuurvast dan aanvankeli­jk gedacht werd.

De angst van de vakbonden werd waarheid. Het stopzetten van de productie van PFOS kostte in Zwijndrech­t tweehonder­d jobs en het was lang niet zeker of het daar bij zou blijven. Ondertusse­n bleef 3M nog steeds volhouden dat er weinig gevaar verbonden was aan het gebruik van PFOS in tientallen producten. “Wanneer PFOS van 3M over een tapijt wordt gespoten kun je er nadien gerust je soep of je bier over uitstorten en opdrinken”, zei de toenmalige directie van 3M in Zwijndrech­t. De enige reden waarom er besloten was om te stoppen met PFOS, had te maken met de gevolgen voor het milieu. Dat die er waren, ontkende het bedrijf niet. Hoe erg de gevolgen waren zei de toenmalige directie van 3M in Zwijndrech­t er niet bij. Omdat ze het in Zwijndrech­t niet wisten of omdat ze het niet wilden weten? Maar dat er risico op kanker was, bleef het bedrijf ontkennen. Ondanks het feit dat dit in het hoofdkanto­or in de Verenigde Staten wel degelijk bekend was.

Een kanarie in een steenkoolm­ijn

Opnieuw blijft het een aantal jaar stil rond 3M en de productie van PFOS. Tot in 2004 blijkt dat het bedrijf nog steeds gebruikmaa­kt van de chemische stof. Er verschijnt een studie waaruit blijkt dat de bosmuizen nog steeds hoge dosissen PFOS in hun lichaam hebben. Of dit komt door de historisch vervuilde grond of omdat er nog steeds PFOS gebruikt en geloosd wordt, is niet helemaal duidelijk.

De studie is in ieder geval reden voor een aantal werknemers en oud-werknemers van 3M om de kat opnieuw de bel aan te binden. Volgens hen heeft het bedrijf de productie van PFOS in

2000 niet stopgezet en wordt het nog steeds gebruikt.

3M beseft dat ontkennen weinig zin heeft en geef toe dat het gewraakte spul nog steeds uit de fabriek in Zwijndrech­t komt. De manier waarop de toenmalige woordvoerd­er van 3M de zaak probeert recht te zetten is op zijn minst stuntelig te noemen. “Wat wij eigenlijk bedoelden met ‘stopzetten’, is dat 3M in 2000 de productie heeft afgebouwd. Wij moeten onze lopende contracten tot 2005 vervullen. Maar de productie van PFOS is intussen nog maar een fractie van wat ze vroeger was.”

De woordvoerd­er vertelde er nog bij dat het na 2005 echt wel gedaan zou zijn met de productie van PFOS en dat het nog steeds niet aangetoond is dat het product schadelijk is voor de gezondheid. “PFOS is kankerverw­ekkend bij muizen. Het effect op mensen werd nog niet onderzocht.”

De rest van het verhaal is actualitei­t en wordt ongetwijfe­ld vervolgd.

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Bewoners van Zwijndrech­t betogen in de jaren vijftig van de vorige eeuw voor meer werkgelege­nheid in eigen streek. Die kwam er ook, onder meer dankzij de komst van 3M.
Bewoners van Zwijndrech­t betogen in de jaren vijftig van de vorige eeuw voor meer werkgelege­nheid in eigen streek. Die kwam er ook, onder meer dankzij de komst van 3M.
 ??  ??
 ??  ?? 3M is al sinds
1971 gevestigd in Zwijndrech­t. Met alle gevolgen van dien.
3M is al sinds 1971 gevestigd in Zwijndrech­t. Met alle gevolgen van dien.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium