Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Aanpak PFOS-vervuiling schendt Europees recht”
Milieujuriste Isabelle Larmuseau betwijfelt of vervuilde grond hergebruikt mag worden
Volgens milieujuriste Isabelle Larmuseau schendt de aanpak van de met PFOS vervuilde gronden van de Oosterweelverbinding het milieurecht.
De commissie-Grondverzet Oosterweel, een panel van experts onder leiding van coördinator Karl Vrancken, maakt donderdag haar conclusies bekend over de beperking van de impact van de Oosterweelwerken op de omwonenden.
In de aanloop daarnaar waarschuwt de gerenommeerde milieujuriste Isabelle Larmuseau voor wat ze ziet als “flagrante inbreuken” op het milieurecht bij de aanpak van de PFOS-vervuiling van 3M. Larmuseau verwijst naar een Europese wet over “persistente organische verontreinigende stoffen” – de POP-verordening – waarop de Vlaamse overheid, 3M en bouwheer Lantis volgens haar inbreuk plegen. Dergelijke inbreuken zijn strafbaar met een geldboete en/of een gevangenisstraf.
De zogenoemde veiligheidsberm op het bedrijfsterrein van 3M, opgetrokken uit PFOS-afvalhopen en zwaar met PFOS vervuilde grond, is illegaal volgens Larmuseau, net als het hergebruik van de licht tot zwaar met PFOS vervuilde gronden op de Oosterweelwerf zelf. Volgens de Europese verordening komt dat neer op een permanente opslag van PFOS-afval. Die kan alleen in ondergrondse rotsformaties, zoutkoepels of een stortplaats voor gevaarlijke afvalstoffen.
“Onze Vlaamse regelgeving en besluitvorming rond grondverzet kunnen niet ingaan tegen een Europese verordening”, waarschuwt Larmuseau uitdrukkelijk.
Bijkomend risico
Ze betwijfelt ook sterk of er is voldaan aan de Vlaamse voorwaarden om de vervuilde gronden te hergebruiken. Daarvoor moet worden aangetoond dat het hergebruik geen bijkomende verontreiniging van het grondwater en geen bijkomend risico op blootstelling aan de mens oplevert. In het milieueffectenrapport van de Oosterweelverbinding staat dat zwaarder vervuilde grond, met meer dan 70 microgram per kilo PFOS, binnen de werkzone nog altijd vrij en zonder beschermende folie hergebruikt mag worden, bijvoorbeeld als afdeklaag.
“Hoe kan Vlaanderen nu ooit nog een geloofwaardig milieubeleid voeren, wanneer dit soort flagrante inbreuken zomaar passeren?”, vraagt Larmuseau zich af. “Zal de Vlaamse overheid zich in de toekomst alleen nog buigen over kleine milieudelicten en het verder laten waaien in de dossiers die er echt toe doen?”
Ze vraagt zich ook af of de Vlaamse overheid zeker is dat de verontreiniging van grondwater met PFOS niet verder verspreid zal worden naar diepere grondwaterlagen. De kosten daarvan zijn sowieso voor de Vlaamse belastingbetaler. Het is zelfs de vraag of de PFOS-verontreiniging op die diepte ooit nog verwijderd kan worden.
Opdrachthouder Karl Vrancken bevestigt dat de kritiek van Larmuseau “onderwerp van gesprek” is in zijn commissie. Er zijn kennelijk ook juristen met een andere mening, die vinden dat het hergebruik van de vervuilde grond terecht werd goedgekeurd door de Grondbank.
Milieujurist betrekken
De discussie voedt het debat in de parlementaire onderzoekscommissie PFOS over de noodzaak om een milieujurist bij de werkzaamheden te betrekken. Groen zal vrijdag in de commissie bepleiten dat een expert milieurecht de commissie mee opvolgt.
“Uit de analyses die Groen maakte van de dading tussen 3M en Lantis en uit de getuigenissen in de onderzoekscommissies, blijkt heel duidelijk dat er fouten zijn gemaakt in de toepassing van de milieuwetgeving”, zegt Vlaams Parlementslid Mieke Schauvliege. “Op die manier bouwt de Vlaamse regering geen juridische positie op tegenover 3M, maar verzwakt ze haar positie juist.”
Isabelle Larmuseau
Milieujuriste
“Hoe kan Vlaanderen nu ooit nog een geloofwaardig milieubeleid voeren, wanneer dit soort flagrante inbreuken zomaar passeren?”