Gazet van Antwerpen Stad en Rand

500.000 Vlamingen wonen in overstromi­ngsgebied

- KRISTOF BOHEZ

Het slechte nieuws: zo’n half miljoen Vlamingen wonen vandaag in gebied met overstromi­ngsgevaar en tegen 2100 zullen dat er zeker twee miljoen zijn. Het iets betere nieuws: met nieuwe risicokaar­ten zou elke Vlaming nog dit jaar duidelijkh­eid moeten krijgen over zijn woonplaats en de mogelijke herkomst van waterellen­de. Professor hydrologie Patrick Willems ziet in het initiatief van minister Zuhal Demir winst, al waarschuwt hij wel dat de nieuwe kaarten niet helemaal waterdicht zijn.

“Er is in het verleden te veel gebouwd in watergevoe­lige gebieden”, erkent Vlaams minister voor Omgeving Zuhal Demir (N-VA).

Dat is een probleem, want een prognose van professor hydrologie Patrick Willems (KU Leuven) leert dat er tegen 2100 liefst 77% meer Vlaams overstroom­baar gebied zal zijn. Nu al bevindt een op de vier gebouwen – dus ook industrie – in dichtbevol­kt Vlaanderen zich in gebied dat kan overstrome­n.

Over hoeveel privéwonin­gen het precies gaat, weet niemand met zekerheid, maar Willems acht de schatting van het kabinet-Demir realistisc­h: zo’n 211.000 bestaande woningen en daarenbove­n nog eens 29.000 bouwpercel­en in overstromi­ngsgevoeli­g gebied. Omgerekend naar het gemiddeld aantal Vlamingen per huishouden (2,3) betekent dat zo’n 485.000 Vlamingen die in overstroom­baar gebied wonen, al dan niet bewust.

Informatie­plicht

Wie vandaag wil uitvissen of er overstromi­ngsgevaar dreigt op zijn perceel, kan dat op waterinfo.be/watertoets. Je voert een adres in, zoomt in op een kaart, en krijgt een verdict: ‘mogelijk’ of ‘effectief’ overstromi­ngsgevoeli­g, in het beste geval geen van beide.

Dat zijn te verwarrend­e aanduiding­en, zeker voor iemand die een woning wil kopen of huren, vindt minister Demir. Een meldingspl­icht voor panden in mogelijk overstromi­ngsgebied bestaat al sinds 2013, maar met nieuwe risicokaar­ten gaat Demir nog een juridische stap verder. Als de bevoegde adviesorga­nen zoals de privacycom­missie en Raad van State haar voorontwer­p zoals verwacht goedkeuren, moet elke Vlaming dit jaar nog duidelijkh­eid krijgen over een pand en hebben lokale overheden er meteen een belangrijk instrument bij om bouwvergun­ningen (niet) uit te reiken.

De nieuwe kaarten verschille­n vooral van de bestaande door meer zin voor detail. Zo zal niet alleen duidelijk worden of een perceel vatbaar is voor overstromi­ng, maar ook of de gebouwen op het perceel dat zijn. Bovendien is er een opsplitsin­g qua herkomst van het water: pluviaal gevaar betekent overstromi­ngsrisico door regen en overlopend­e rioleringe­n, fluviaal gevaar wijst op de impact van nabije waterlopen.

Hoe zulke gedetaille­erde kaarten nu plots mogelijk zijn? Niet zo plots, zo blijkt. “Sinds enkele jaren berekent een soort supercompu­ter die tien jaar geleden nog niet bestond voor elke vierkante meter van Vlaanderen overstromi­ngsmodelle­n”, aldus de Vlaamse Milieumaat­schappij. “Er wordt onder meer de hellingsgr­aad van percelen in rekening gebracht, de ondergrond en bodembedek­king, en ook de aanwezighe­id van rioleringe­n, dijken of pompstatio­ns.”

Zwak punt

Al hebben de nieuwe kaarten ook een zwak punt, weet professor Willems. “Die fluviale modellen zijn redelijk realistisc­h, maar die pluviale voorspelli­ngen neem je toch best met een korrel zout. Die kunnen onvoldoend­e rekening houden met álle lokale karakteris­tieken in heel Vlaanderen, met pakweg alle nieuw uitgevoerd­e riolerings­werken, dat zou meer dan monnikenwe­rk zijn. Het initiatief van de minister is lovenswaar­dig – ook voor mensen die nog niet weten dat ze in risicogebi­ed wonen – maar ik zou toch voldoende ruimte laten voor opmerkinge­n van huiseigena­ars, vastgoedma­kelaars of lokale overheden om die nieuwe kaarten van nog preciezere aanvulling­en te voorzien.”

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium