Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik miste een lead-out”
De zesde plaats op zijn eerste BK, dat mag voor de meeste twintigjarige Belgen een droomdebuut op het kampioenschap zijn, voor Arnaud De Lie is het dat niet.
“Van bij het begin van het seizoen geloofde ik dat ik bij de beste vijf Belgische sprinters was”, reageert De Lie.
“Hoe kan ik dan met de zesde plaats tevreden zijn?”
Waar hij het vooral moeilijk mee heeft, is dat hij zijn sprint niet heeft kunnen rijden.
“De ploeg heeft zijn werk goed gedaan tot drie kilometer van de meet”, zegt hij. “Het is nu al een paar keer gebeurd dat ik alleen zit in de laatste kilometers. In de laatste bocht zat ik in het wiel van Merlier, ideaal, maar daarna was het nog 800 meter tegenwind. Dan weet je dat je iemand in steun moet hebben om met jou in het zog het tempo op te trekken. Jasper De Buyst is nog niet top, ik zat alleen en moest een paar keer inhouden. Mijn benen waren super, alleen kon ik het niet tonen. Het is op een ontgoocheling uitgedraaid.”
Een ander verhaal dan dat van de ontgoocheling van De Lie horen we bij de immer optimistische teammanager van Lotto Soudal, John Lelangue. Het moet gezegd, zijn ploeg was een stevig blok, met
iedereen achter het Waalse sprintfenomeen.
“In elke ontsnapping waren we vertegenwoordigd”, aldus Lelangue. “Met Florian Vermeersch in de kopgroep moesten wij ook in de groep daarachter niet het volle gewicht van de koers op onze schouders nemen. Campenaerts, Beullens en Wellens brachten alles op het einde weer samen.”
Volgens die Vermeersch was de stemming op de debriefing dan ook gunstig.
“In de nabespreking hebben we het niet meer over de sprint gehad”, aldus Vermeersch.
Toch is het te hopen dat loods Jasper De Buyst snel weer de oude is, hij was in de finale de missende schakel, en dat beseft Lelangue ook.