Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik ben geen moordenaar”
Salah Abdeslam krijgt laatste woord op proces aanslagen Parijs
Hoofdverdachte Salah Abdeslam heeft nog een laatste keer gesproken op het speciale assisenproces rond de aanslagen in Parijs. “Ik ben geen moordenaar”, aldus Abdeslam. Morgen wordt een uitspraak verwacht.
Salah Abdeslam, de enige overlevende van het terreurcommando dat in november 2015 in Parijs meer dan 130 doden heeft gemaakt, excuseerde zich gisteren nog eens aan de nabestaanden van de slachtoffers. Al verklaarde hij er wel bij dat een veroordeling voor moord “een onrecht” zou zijn.
“Ik spreek met het zwaard van de aanklager aan mijn nek”, aldus Abdeslam. “Het publiek denkt dat ik met een kalasjnikov op mensen heb geschoten, het denkt dat ik in de Bataclan mensen heb vermoord. Maar dat is niet de waarheid. Ik erken dat ik niet perfect ben, dat ik fouten heb gemaakt, maar ik ben geen moordenaar. Als je me veroordeelt voor moord, bega je een onrecht.”
Abdeslam verklaarde eerder tijdens het proces dat hij uit “menselijkheid” ervan had afgezien om zijn bommengordel te laten ontploffen.
Man met het hoedje
Behalve Abdeslam kregen ook de dertien andere aanwezige verdachten het laatste woord. Zij betuigden hun spijt en hun deelneming aan de nabestaanden van de slachtoffers. “Ik vertrouw op gerechtigheid, ik verwacht veel van het vonnis”, aldus verschillende beklaagden. Nog zes andere beklaagden, van wie er vijf vermoedelijk overleden zijn, worden bij verstek berecht.
Na Abdeslams laatste woorden schorste assisenvoorzitter Jean-Louis Périès de hoorzitting en trok de jury zich terug voor beraadslaging. Morgennamiddag wordt het proces hervat en wordt een uitspraak verwacht.
Het Franse Openbaar Ministerie heeft tegen twintig verdachten straffen van vijf jaar tot levenslang geëist. Ook Abdeslam vliegt mogelijk voor de rest van zijn leven de cel in, wat volgens zijn advocaat gelijkstaat aan een “langzame doodstraf”. Ook Mohamed Abrini, “de man met het hoedje” van de aanslag in de luchthaven van Zaventem, riskeert een levenslange opsluiting.