Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik ben geen playbackzangeresje. Ik kan een volwaardige show neerzetten. Ik moest vechten om dat te laten zien. In de dancewereld duwen ze je snel in het hokje van nep.”
Een Vlaamse zomerhit met internationale allure. In 2002 stond Désenchantée van Kate Ryan niet alleen zes weken op kop van de Ultratop, in de maanden erna scoorde de zangeres ermee van Frankrijk over Polen en Israël tot in het hoge noorden. “We zijn twintig jaar later en het scoort opnieuw. Met dank aan Tiktok waar het is opgepikt door de jongere generatie”, vertelt ze.
TEKST: Tom Vets BEELD: RR
Tout est chaos. À côté. Tous mes idéaux, des mots abîmés. In de zomer van 2002 brulde iedereen het refrein van Désenchantée mee. Al begrepen velen ongetwijfeld niet wat ze precies zongen. Ook Kate Ryan geeft toe dat ze in het begin het Frans niet onder de knie had. Van Désenchantée werden ruim 600.000 exemplaren verkocht. “Het is twintig jaar geleden, maar het voelt aan als gisteren”, blikt ze terug. “Ik zing dat nummer nog steeds graag, al probeerde ik meermaals het in een ander muzikaal jasje te stoppen. Een akoestische versie of een andere beat. Maar dat pakt dus niet”, lacht Kate. “De mensen verlangen dat ik het origineel zing. Ik vrees dat ik tot het einde van mijn dagen eraan vast hang, maar dat is niet erg. Ik haal energie uit dat nummer.”
Waarom Désenchantée, een cover van Mylène Farmer? “Omdat het een keigoei plaat is! Dat lied heeft iets magisch, melancholisch”, aldus Kate die het kende uit haar studententijd in Antwerpen. “Die tristesse, gecombineerd met die beats, doet iets met een mens. Het kan je meeslepen in de muziek. Ik denk dat weinig mensen beseffen dat dit een behoorlijk heftige tekst is, want de muziek doet vermoeden dat het een happy liedje is.” Een Vlaamse artieste die Franstalige dancemuziek maakte was in 2002 onuitgegeven. “Ik was de eerste en de enige. De platenfirma stond te springen om dat nummer snel uit te brengen. Ik was op voorhand al zeker dat dit een bom zou worden. Elke keer ik die cd opzette, kreeg ik kippenvel. Nadat ik het liedje inzong, is er niet veel meer aan veranderd.” Kate liet optekenen dat ze na het grote succes van Désenchantée zeker weer uitsluitend in het Engels ging zingen. “Zat ik daar fout! Maar als je een hit scoort, wil je dat succes opnieuw evenaren. Ik zette mijn eerste stappen in Frankrijk, wat een droom is als artieste. Het was behoorlijk uniek dat ik met een Frans nummer, én een cover, in Frankrijk als buitenlandse artiest op één stond. Er was ook druk van de platenfirma. En dus kwamen we op de proppen met Libertine, Voyage Voyage, Ella elle l’a. Ik zong dat ook graag. Het had dom geweest om opnieuw in het Engels te zingen.”
Kate moest ook in het Frans promo voeren. “Tot in Quebec, Canada. Terwijl ik geen Frans kende. Toen ik het originele Désenchantée hoorde, verstond ik de tekst niet. Mijn uitspraak was goed, maar ik herinner me dat ik de tekst fonetisch inzong. Ik moest dus op taalbad. Ik wisselde in interviews Frans en Engels af. Dat vonden ze charmant.”
Singer-songwriter
Kate brak door met dancemuziek, terwijl het opzet was om een singersongwriter met gitaar te worden. “Op mijn 16de ging ik gitaar spelen in cafés.” Tijdens een van die optredens was er iemand aanwezig van Antler-subway Records, het label van Maurice Engelen en Roland Beelen. Ook singles van Milk Inc en 2 Fabiola verschenen bij dat label. “Zo ben ik ontdekt. De liedjes die ik oorspronkelijk op gitaar of piano had geschreven, kregen een dansbare versie. Ik herinner me nog dat ik ook tekst moest schrappen, want zulke dancenummers verdragen niet veel woorden. Lang verhaal kort: ineens was ik een dancezangeres. Het liep anders dan ik had voorzien, maar ik ben er niet rouwig om. Het zette me definitief op de kaart.”
Kleine kanttekening: ze was toen 22 jaar. “Plots kwam veel druk op mijn schouders terecht. Veel artiesten in hetzelfde schuitje vertellen clichés zoals ‘ik heb er te weinig van genoten’ of ‘het ging allemaal te snel’. Dat was bij mij ook zo. Pas nu sta ik er soms bij stil wat ik toen meemaakte. Zoals de grote podia waarop ik stond. Je wil ook iedereen pleasen, het succes evenaren. Dat was niet evident.”
Straffe, soms grappige verhalen alom uit de Désenchantée-periode. Zoals van dat bezoek aan een winkelcentrum in Polen waar ze zich alleen mocht verplaatsen met twaalf bodyguards rondom haar. “Dat vond ik zelf overdreven. Ik hield altijd in het achterhoofd waar ik vandaan kwam. Die Kempische nuchterheid bleef erin zitten.”
In Berlijn trad ze op voor bijna een miljoen mensen op een festival met Atomic Kitten en Bomfunk MC‘S. Of ze zong in het bijzijn van de Duitse bondskanselier Schröder. Er was een samenwerking met Avicii, ze stond op een podium met Beyoncé, …
Opnieuw een hit
Elke maand heeft ze nog steeds ruim een miljoen luisteraars op Spotify. “Zoals gezegd werd Désenchantée, inmiddels goed voor bijna honderd miljoen streams, terug opgepikt door de jongere generatie. Vele dj’s zetten het terug in hun set en ze worden wild”, lacht Kate. “Het is eigenlijk opnieuw een hit.” In Vlaanderen stond de single van 6 april tot 17 augustus 2002 onafgebroken in de top tien, waarvan zes weken op één. Uit alle hoeken van de wereld kwamen er aanvragen, waardoor harde keuzes zich opdrongen. “Op een gegeven moment is er voluit beslist om voor het buitenland te kiezen. Ik ben Vlaanderen niet vergeten. Maar als je die unieke kans krijgt om buiten de landsgrenzen te gaan … Daardoor raakte ik een stukje Vlaanderen kwijt. Veel mensen vragen of ik nog zing. Ik snap dat. Ik ben minder in de pers dan vroeger. Zeker als je geen grote singlehits meer scoort vergeten ze je snel. Maar ik heb sinds Désenchantée altijd een volle agenda. Ik zing deze zomer in veel Europese landen. Ik teer op die singlehits uit de nillies, maar dat mag toch?” Waarom ze blijft gevraagd worden? “In de periode van mijn grote successen waren er Belgische groepen die een knappe danseres inhuurden die op het podium de tekst playbackte. Terwijl ik echt zing. Ik ben geen playbackzangeresje. Ik denk dat dat de reden is. Ik kan een volwaardige grote show neerzetten. Ik moest vechten om dat te laten zien. Want in de dancewereld duwen ze je al gauw in het hokje van nep.”
Mylène Farmer
Kate kreeg geen reactie van Mylène Farmer. “We probeerden contact te leggen, maar dat is niet gelukt. Op 22 juli 2023 komt ze naar het Koning Boudewijnstadion. Met het management proberen we toch om een meetand-greet te organiseren. Dat zou ik fantastisch vinden.” De komende weken zingt Kate onder andere in München, Gotenburg en Stockholm. “Hoewel ik altijd nieuwe muziek ben blijven uitbrengen, heb ik veel optredens nog altijd te danken aan Désenchantée. Ik ben altijd met nieuwe liedjes bezig, maar plak er geen datum op”, zegt ze. “Ik leg mezelf geen druk op. Ik volg mijn hart. Ik doe ... What makes me happy.”
Elke Spanjaard heeft een snor, dos cervezas por favor. Met die vreselijke oorwurm scoorde Tom Waes de zomerhit van 2010. Was mee voor die single verantwoordelijk: producer David Vervoort. “Tom kan veel, maar ik heb in de studio toch serieus moeten sleutelen aan de zang”, lacht hij.
Dos Cervezas was het gevolg van de Tomtesterom-aflevering waarin Tom Waes trachtte schlagerzanger te worden. Hoewel hij het niet zag zitten om er overal mee op te treden, gebeurde dat toch. Van het eerste optreden in Dancing De Toverfluit in Zoersel, waar hij de tekst amper kende, tot het laatste optreden op oudejaarsavond op tv. “Aan de optredens hield Tom qua inkomsten een Porsche over”, klonk het. Of dat klopt weten we niet, Waes komt op die periode niet meer terug.
Konden we wel spreken: producer David Vervoort. “Neen, dit is niet de grootste hit uit mijn carrière”, lacht David verontwaardigd. “Ik verkocht een veelvoud aan singles met Duitse projecten. Ik snap dat Vlamingen dat niet weten. Mijn bestverkochte single ging 1,3 miljoen keer over de toonbank. Dat was Vom selben Stern van Ich und ich, een single die niemand wou hebben en uiteindelijk 38 weken in de hitparade stond.”
Waes had de vierde bestverkochte single in 2010. “Dat Dos Cervezas een grote hit werd, is vooral te danken aan de promotie door het programma. En omdat Tom het zong. Had eender welke andere artiest het uitgebracht, waren er minder exemplaren verkocht. Alle radio’s pikten het liedje op, zelfs Studio Brussel. Het is nog altijd de eerste schlager die op één stond in De Afrekening van Studio Brussel.”
‘Tomtesterom’
Het nummer was niet van de radio weg te slaan, maar Vervoort kreeg er zelf weinig van mee. “Omdat ik constant in het buitenland zat. Ik heb opnamestudio’s in Berlijn en Keulen waar ik geregeld ben. Hoewel Tom toen al het tweede seizoen van Tomtesterom inblikte, kende ik dat programma niet. Ik stapte mee in het avontuur zonder goed te weten wat de bedoeling was. Want Tom was door de platenfirma naar mij gestuurd.” Vervoort schudde het lied in een handomdraai uit zijn mouw. “Het duurde amper twee uur. Ik kreeg een lijst met vereisten waaraan het nummer moest voldoen, voorts was het vooral achter de piano kruipen en al doende het juiste geluid zoeken. We begonnen met 128 beats per minuut, een typische schlager-basgeluidje erbij. Ik schreef mee aan de tekst, met iemand van het productiehuis en Tom zelf.”
Waes is geen zanger. David ontkent niet dat hij aan de zang moest sleutelen. “Ik deed de tweede stem, om enigszins recht te trekken wat Tom inzong. Al wil ik het niet dramatiseren. Het is niet dat Tom geen enkele noot juist zong, maar je kon horen dat hij geen professionele artiest was.” In augustus 2010 veroverde Dos Cervezas de Radio 2 Zomerhit. Gevestigde waarden uit de muziekwereld lieten hun ongenoegen horen. “En meer dan terecht”, zegt David. “Ik kan snappen dat artiesten het niet konden hebben dat er een amateur met hun prijs ging lopen. Langs de andere kant, het was wel de grootste zomerhit van het jaar.”
Regi en Niels Destadsbader
Weinig mensen weten dat David al meer zomerhits op zijn palmares heeft staan. “Ik schreef ook mee aan De Wereld Draait Voor Jou, waarmee Regi en Niels Destadsbader vorig jaar scoorden. Toen was ik toevallig wel in Vlaanderen en werd ik overal met dat liedje om de oren geslagen. Het publiek beseft niet dat wij al maanden eerder met een latere hit bezig zijn en het tegen de release zowat beu zijn gehoord. Het meest extreme voorbeeld is Something van Lasgo dat wij vijf jaar lang ‘moesten’ brengen tijdens optredens omdat het steeds weer in een ander land een hit werd.”
Met Regi en Niels Destadsbader was David vorig jaar al haast op voorhand verzekerd van de Radio 2 Zomerhit. “Dat zou je denken. Maar het zijn net de moeilijkste opdrachten. Net omdat je werkt met twee populaire gasten kan je je haast niet permitteren dat het nummer geen hit is. Als je faalt is het voor hen een afgang. Sommige artiesten proberen het falen dan te verbloemen door te zeggen dat het geen officiële single was. Ik ervaar weinig stress in mijn leven, alleen als er dergelijke singles uitkomen.”
In de loop der tijden hebben heel wat merkwaardige mensen over de Antwerpse straatstenen gelopen: keizers, koningen en veldheren, kunstenaars, meester-drukkers, filosofen en denkers van de hoogste orde. Tot deze laatste groep behoort ongetwijfeld de Britse wiskundige, natuurfilosoof en alchemist John Dee (1527-1609), die graag naar de Scheldestad kwam om er te converseren met gelijkgestemde grote geesten en om er te kunnen grasduinen in de onafzienbare stroom aan nieuwe uitgaven die deze uitgesproken boekenstad te verwerken kreeg. Dee gebruikte zijn opgedane kennis niet alleen als hofastronoom en adviseur van koningin Elisabeth I, maar ook in zijn zoektocht naar een betere en meer tolerante wereld, die er volgens hem pas kon komen als men de taal die de engelen gebruiken, zou doorgronden. Dichter bij Gods oorspronkelijke bedoelingen met de mensheid kon men immers niet komen. Mechelaar Lode Melis schreef in een mooi vormgegeven boek het verhaal van een man die de Merlijn van zijn tijd mag worden genoemd.
TEKST: Geert D’hulster BEELD: RR
John Dee wordt in 1527 in Londen geboren. Vader Rowland is een textielhandelaar die als kleermaker geregeld aan het hof van koning Hendrik VIII wordt ontboden. Op 15-jarige leeftijd gaat John studeren aan het St. John’s College, Cambridge. Na zijn studies aldaar vertrekt hij in 1547 naar de Nederlanden, waar hij onder meer in contact komt met cartograaf, instrumentenmaker en graveur Gerardus Mercator, die een boezemvriend zou worden. Hij bezoekt de universiteiten van onder andere Leuven en Parijs en ontwikkelt zich verder als filosoof, wiskundige, geograaf en astroloog. Hij verdient zijn geld met het geven van lessen en adviezen, en het verzorgen van lezingen. Op een gegeven moment slaat hij een leerstoel aan de universiteit van Parijs af, omdat hij zijn zinnen op een job in de allerhoogste Engelse kringen heeft gezet. Maar zijn eerste ervaringen met het hof brengen niet wat hij ervan verwacht. Koningin Mary, de katholieke dochter van Henry VIII, laat hem zelfs enkele maanden opsluiten op beschuldiging van tovenarij. Wiskunde werd in die periode immers als een duivelse wetenschap beschouwd. Wanneer koningin Elizabeth I, Mary’s protestantse zuster, in 1558 de troon bestijgt, keert het tij en wordt Dee in dienst genomen als persoonlijk adviseur. Naar verluidt zou hij onder meer de meest geschikte datum voor Elizabeths officiële troonsbestijging hebben berekend. Dee zal drie keer trouwen en acht kinderen krijgen.
Vier uur slaap
Als fervent verzamelaar had John Dee, die er in zijn jeugd prat op ging maar vier uur slaap per nacht nodig te hebben, in zijn woning in Mortlake, niet ver van Londen, waarschijnlijk de grootste wetenschappelijke en filosofische bibliotheek van Engeland en ver daarbuiten. Als politiek adviseur pleitte hij onder meer voor de oprichting van Engelse kolonies in de Nieuwe Wereld om er een nieuw Brits Rijk, a British Empire, te vormen. Een nog altijd gangbare term die Dee dus als eerste zou hebben geïntroduceerd. Dee was als navigatie-expert ook betrokken bij Britse ontdekkingsreizen. Hij had veelvuldige persoonlijke contacten met de kapiteins en stuurlui die deze expedities leidden. Hij leerde
LODE MELIS, AUTEUR hun de grondslagen van de wiskundige navigatie, prepareerde voor hen zee- en landkaarten, en bezorgde hun de nieuwste en meest betrouwbare nautische instrumenten. Zijn drang naar kennis deed hem evenwel zijn veilige en vooraanstaande positie aan het Britse hof verlaten om door Europa te trekken op zoek naar nieuwe kennis op het gebied van het occulte en het bovennatuurlijke. Soms werd hij vorstelijk en met alle egards ontvangen, op andere plekken noemde men hem een charlatan of werd hij net niet van spionage voor de Britten beschuldigd.
Bij zijn terugkeer naar Engeland, vond hij zijn huis en bibliotheek vernield. Hij keerde uiteindelijk terug in dienst van de koningin, maar zag zijn positie compleet verwateren onder haar opvolger, James I. Dee stierf in 1609 in armoede in Londen, zijn graf is onbekend.
Engelen
Voor iemand uit de 21ste eeuw lijkt Dee zich met twee totaal verschillende disciplines bezig te hebben gehouden: magie en moderne wetenschap. Dee zelf zou dat onderscheid nooit hebben gemaakt, zijn enige bedoeling was wereldomvattende kennis vergaren. Enerzijds was hij een gerespecteerde wiskundige en astronoom, anderzijds verdiepte hij zich evengoed in astrologie, de Joodse kabbala, alchemie, hermetische filosofie en zelfs in wat andere mensen platweg tovenarij noemden. In de laatste dertig jaar van zijn leven, stelde hij het tot zijn levensdoel om met de engelen te leren communiceren, om zo de universele taal van de schepping te leren en de oerstaat van de mensheid te recreëren. Uiteindelijk maakten al deze activiteiten voor deze waarachtige uomo universale deel uit van één en dezelfde zoektocht: het begrijpen van de goddelijke vormen en de pure waarheden die verborgen liggen achter de voor ons zichtbare wereld. De essentie van John Dees spirituele zoektocht is terug te vinden in zijn bekendste geschrift, de Monas Hieroglyphica, Een voor leken niet altijd even begrijpelijke weergave van zijn ideeën over hoe je de natuur in zijn totaliteit kunt ontsluiten. Al zou je het evengoed een samenvatting van het heelal kunnen noemen. Het boek werd in 1564 gedrukt en uitgegeven door Willem Silvius, die een drukkerij had nabij de Camerpoortbrug.
Silvius, na Plantijn Antwerpens belangrijkste drukker, had de reputatie dat hij er niet voor terugschrikte om ook boeken uit te brengen die de auteur (en de drukker?) weleens in problemen zouden kunnen brengen. Dees ideeën waren dan ook een kolfje naar zijn hand.
‘Wildevrouw’
John Dee wordt door Jeroen Olyslaegers ook opgevoerd in diens recente roman Wildevrouw. De Antwerpse auteur beschrijft in zijn begeleidende notities hoe Antwerpen een belangrijke rol in het leven van de Britse geleerde heeft gespeeld. Het is daar bijvoorbeeld dat hij de Steganografia van de Duitse abt Johannes Trithemius voor het eerst onder de ogen krijgt. Een legendarisch manuscript dat een blijvende invloed op Dee zal uitoefenen en als leidraad zal dienen in diens pogingen om de communicatiepatronen van de engelen te doorgronden.
Of misschien was het Dee, die werkelijk van alle markten thuis was, vooral te doen om de verborgen boodschappen en ingewikkelde coderingen die Trithemius welig hanteerde. In Wildevrouw lezen we onder meer hoe John Dee contacten legt met een groep van mensen, die zich
de Familie der Liefde noemt, van wie de leden – onder wie de beroemde cartograaf Abraham Ortelius – dezelfde spirituele opvattingen koesteren. Met als hoogste doel één gezamenlijke religie waarin alle gelovigen, van welke aard ook, zich zouden kunnen terugvinden. Dee betrekt een kamer op Het Zand in de herberg In den Engel om daar in het grootste geheim aan zijn magnum opus te kunnen werken. Een gevaarlijke onderneming, in tijden waarin de term ‘godslasterlijk’ nooit ver weg is.
Ook de Britse auteur Michael Pye besteedt in zijn populaire boek Antwerpen, de gloriejaren aandacht aan John Dees passage in de Scheldestad. Hij citeert onder meer Dee in een brief aan diens beschermheer Lord Cecil waarin hij zegt dat hij in Antwerpen door nijver te zoeken in korte tijd meer over interessante personen en boeken over de grote wetenschappen heeft weten te achterhalen, dan hij ooit had durven hopen. Dee pakte duidelijk graag uit met zijn contacten in Antwerpen. Het was een haast legendarische stad waar je overal elders in intellectueel Europa probleemloos mee voor de dag kon komen. Niet alleen vanwege de schat aan literaire en wetenschappelijke werken die er verspreid werd, maar ook vanwege de vele exotische goederen en bonte nationaliteiten die je er op eender welke straathoek kon aantreffen. Niet voor niets had Dee, zo lezen we bij Pye, in de marge van een van de boeken in zijn bibliotheek de aantekening gemaakt dat Antwerpen het ‘emporium totus Europae’ was: één grote handelszaak waar heel Europa kwam winkelen.
De Mechelse auteur Lode Melis wil in zijn boek De magie van John Dee het te simplistische beeld van John Dee als occultist en zwarte magiër ontkrachten door ook aandacht te vragen voor de vele wetenschappelijke bijdragen die de Britse geleerde op zijn naam heeft staan. En voor de toch wel uitzonderlijke plaats die Dee in de humanistische wereld innam. Een man die correspondeerde met zowat alle grote geesten van zijn tijd en zich de vertrouweling en raadgever van diverse koningen mocht noemen, kan je bezwaarlijk zomaar als een charlatan en ketter afdoen.
Allesweter
“Mijn boek beschrijft dus eigenlijk het leven en werk van een Engelse humanist uit de 16de eeuw. Van iemand die ze in zijn thuisland een ‘polymath’ noemden, een allesweter. Een man die altijd verder en verder in zijn kennisgaring wil gaan. Dat zijn wetenschappelijk onderzoek raakvlakken met de magie heeft, heeft alles te maken met de periode waarin Dee leefde. Iemand als Isaac Newton, die toch wordt beschouwd als een der grootste natuurwetenschappers aller tijden, heeft zich bijvoorbeeld ook dertig jaar met alchemie beziggehouden.” “Het is daarom dat zijn bezoekjes aan Antwerpen voor Dee zo belangrijk waren. Hij vond er geregeld nieuwe inspiratie, nieuwe onderzoekshorizonten. Of zoals hij het zelf in een brief verwoordde: ‘In Antwerp I have found my precious jewel.’ Zelf ben ik Dee voor het eerst tegengekomen in Nicholas Cranes biografie van Mercator. Toen zijn naam meer en meer begon op te duiken in andere publicaties over die periode, was mijn nieuwsgierigheid helemaal gewekt. Bijvoorbeeld wanneer het over de legendarische koning Arthur en diens relatie met de Noordpool gaat. Een verhaal dat Dee enorm boeide en zijn geopolitieke en geografische denkbeelden sterk beïnvloedde. Zelfs voor een megabrein als Dee was koning Arthur een vaststaande realiteit waarop probleemloos kon worden voortgebouwd. Ook dat is de 16de eeuw. Net zoals Dees interesse in alchemie dat was. Als magiër was hij niet zozeer op zoek naar de Steen der Wijzen waarmee je bepaalde metalen in goud kon veranderen, hij was bij zijn filosofische denkoefeningen veel meer geïnteresseerd in wat het ‘innerlijke goud’ werd genoemd. Hetgeen wat ons tot betere mensen zou kunnen maken. De engelen konden hierbij ongetwijfeld als leidraad dienen. Zo komen we bij hetgeen waarvoor Dee waarschijnlijk wel altijd het meest bekend zal blijven: zijn pogingen om via in kristallen opgevangen stralingen hogergenoemde communicatie tot stand te brengen. Voor Dee was het ook een louterend proces waardoor hij zijn twijfels en angsten hoopt kwijt te geraken. Maar ondertussen bleef hij naar de buitenwereld toe op de eerste plaats een wetenschapper. Zijn magische activiteiten hield hij liever discreet op de achtergrond. Het is eigenlijk bij toeval dat we zijn dagboeken hieromtrent hebben teruggevonden. Voor iemand als ik, die twintig jaar lang weetjes heb verzameld en opgeschreven voor Jeugd, Cultuur en Wetenschap en een gelijkaardig feitenboek voor volwassenen heb geschreven, is zo’n figuur als John Dee als manna dat uit de hemel valt. Je blijft je over hem verbazen.”
De magie van John Dee, Lode Melis, Elena Mechelen, 286p.
iEen amusante theorie rond John Dee, die door auteur Lode Melis overigens als absolute nonsens wordt afgedaan, doet uitschijnen dat Dee in zekere zin de voorloper van James Bond zou zijn geweest. In dienst van de Britse koningin zou hij over heel het Europese vasteland als geheim agent missies hebben uitgevoerd. Onder meer om te peilen of er nog andere mogendheden Elisabeths ideeën omtrent een in haar ogen noodzakelijke hervorming van het bestaande wereldbestel genegen waren.
Dee, voor wie de meest ingewikkelde codetalen geen geheimen kenden, ontwikkelde een eigen geheimschrift waarin hij zijn bevindingen aan de koningin rapporteerde. Hij zou zijn brieven steevast zijn begonnen met ‘For your eyes only’ en ze ondertekend hebben met de codenaam 007. In de twee nullen zouden twee puntjes zijn aangebracht, zodat ze de ogen van de koningin voorstelden en het getal 7 zou verwijzen naar een spiritueel ideaal.
Zo, nu weet je meteen waar Ian Fleming, de geestelijke vader van James Bond, de mosterd heeft gehaald. Of niet dus … Dat Dee model zou gestaan hebben voor William Shakespeares magiër Prospero in diens bekende toneelstuk The Tempest lijkt een stuk geloofwaardiger. Ook Prospero is immers op zoek naar de universele liefde en verzoening die moet leiden tot innerlijke verheffing. Er zijn ook literatuurkenners die beweren dat Christopher Marlowe Dee in zijn gedachten had toen hij zijn Doctor Faustus schreef, een theaterstuk dat later ook Goethe tot een meesterwerk zou inspireren.
Ontdek de allerbeste evenementen, tentoonstellingen en activiteiten in je buurt. Gratis en betalend, virtueel en live, alleen of met kinderen.
TEKST: Ilse Dewever