Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Hoe Antwerpen eind jaren 90 werd schoongeveegd
Toestanden zoals in Brussel-Noord kunnen niet meer in de sinjorenstad, maar het had zijn prijs
Uitgebuite prostituees, verloederde buurten, drugs, pooiers en criminelen: de problemen van de Brusselse Noordwijk, het decor van de drieste aanval op twee agenten, doen wat denken aan Antwerpen in de jaren negentig. Maar hier is dat destijds opgekuist, al was er wel discussie over de manier waarop. “De politie-aanpak was te hard naar mijn smaak”, vindt Patsy Sörensen. “De prostitutie en de criminaliteit moesten weg, koste wat kost”, zegt ex-commissaris Bart Debie. “De politie heeft zijn taak toen goed uitgevoerd”, aldus oud-burgemeester Leona Detiège.
Leona Detiège
Ex-burgemeester
“Ten opzichte van Brussel hadden we wel het voordeel dat we één politiekorps hadden voor één stad met één burgemeester.”
Patsy Sörensen
Ex-schepen
“Eind jaren tachtig zijn we beginnen te werken aan een menswaardig prostitutiebeleid, vanuit Payoke en vanuit de gemeenteraad.”
Bart Debie
Ex-politiecommissaris
“Van Leona Detiège kregen we de opdracht om de criminaliteit en de prostitutie uit een aantal straten te verwijderen, koste wat kost.”
Het straatbeeld was dertig jaar geleden helemaal anders in en rond het Antwerpse Schipperskwartier en in de buurt van de Franklin Rooseveltplaats. Er werd getippeld door hoertjes, auto’s met loerende mannen reden in carrousel door de straten, de vitrines met schaars geklede vrouwen lagen verspreid over een stuk of zeventien straten. Vandaag wordt er niet meer getippeld en is de prostitutiezone teruggedrongen tot drie autovrije straten. De pooiers en gangsters zijn grotendeels weg.
“Ik moet eraan terugdenken als ik lees over de Noordwijk”, zegt Leona Detiège (79), socialiste en Antwerps burgemeester van 1995 tot 2003. “Wij hadden wel het voordeel dat we één politiekorps hadden voor één stad met één burgemeester. We hebben ook goed samengewerkt met de procureur en met Payoke. We wilden twee zaken bereiken: het lot van de prostituees verbeteren en de maffia verjagen. De buurtbewoners kwamen ook tot in het stadhuis klagen dat ze amper nog durfden buitenkomen.”
Werk van jaren
De toenmalige politiecheffen Serge Muyters en Bart Debie leidden de operaties in de probleemzones. Serge Muyters is vandaag korpschef in Antwerpen, Bart Debie verdween roemloos uit het korps toen hij één jaar effectief kreeg wegens grove uitwassen in de uitoefening van zijn functie. Over Bart Debie spreekt Leona
Detiège liever niet meer. “Serge Muyters heeft de controles goed aangepakt, op instructie van het stadsbestuur en met akkoord van de procureur”, zegt ze. “Hij kende die buurt goed. Ik had wekelijks overleg met de korpschef, die de directieven doorgaf. Het is een werk van jaren geweest. Er was ook helemaal geen wettelijk kader voor prostitutie.”
Eerder was er al Patsy Sörensen (70) die een felle strijd voerde voor een menswaardig prostitutiebeleid. “Eind jaren tachtig zijn we ermee begonnen, vanuit Payoke en vanuit de gemeenteraad (Sörensen was raadslid voor de socialisten en dan schepen voor Groen, red.). Parallel met ons project zorgde de politie voor de ‘cleaning’ van de wijken. Serge
Muyters was niet mijn beste maat. Ik vond hem hard en onvriendelijk naar de vrouwen toe. Die werden uit hun huizen gedreven op een nogal macho manier, terwijl ze zelf vaak het slachtoffer waren. We noemden hen de ‘klopploeg’. Ons was het te doen om een veilige plek voor de vrouwen, waar zij gerespecteerd werden.”
Bart Debie, die zich na zijn veroordeling omschoolde tot ambulancier, bijt van zich af. “Wij hebben Patsy Sörensen toen nog beschermd. Toen kon ze onze hulp wel waarderen. Van Leona Detiège kregen we de opdracht om de criminaliteit en de prostitutie uit een aantal straten te verwijderen. Het moest daar weg, koste wat het kost. Een deel van die vooral Georgische maffia heeft zich trouwens gewoon verplaatst naar Brussel-Noord, zo gaat dat. Ik zelf heb er, ook door interne afrekeningen, een zware prijs voor betaald. Intussen heb ik veel mensenlevens gered. En zet u maar eens in mijn schoenen. Ik was nog maar 24 en al commissaris. Het was niet zo evident. Misschien had er beter iemand achter mij gestaan om mij in de gaten te houden ...”
Tippelrotonde
Volgens Bart Debie was er destijds een plan om een tippelzone op te zetten naar een paar Nederlandse voorbeelden. “Ik ben dat nog gaan bekijken samen met Detiège en Muyters, op een hilarische dienstreis. Een van de voorgestelde concepten was een grote rotonde waar je rondrijdt en een hoertje uitkiest en een soort van carports waar ‘het’ gebeurt. Maar dat idee kreeg veel weerstand en het is er niet van gekomen.” Zo komt het dat er tot vandaag niet getippeld mag worden in Antwerpen.
In Brussel moet heel veel gebeuren, vindt Patsy Sörensen: “Afschuwelijk hoe vrouwen daar soms moeten werken. Ik hoor verhalen over klanten die stoefen hoe ze ruw omspringen met drugsverslaafde prostituees die niet meer beseffen wat er met hun lichaam gebeurt. Maar ja, als je daar iets aan wilt doen, moet je eerst een beleid uitwerken ...”