Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Potentieel gevaarlijke extremist”, maar ziekenhuispersoneel was niet op de hoogte
Met 117 zijn ze, de potentieel gevaarlijke extremisten in ons land. Yassine Mahi (32) was een van hen en diende zichzelf aan met de melding dat hij agenten haatte en op ontploffen stond. Ondanks alle gevolgde procedures kon hij alsnog uit het ziekenhuis verdwijnen en toeslaan. Pas net voor zijn aanslag informeerden de nietsvermoedende agenten naar zijn toestand.
Een manipulator. Zo stond Yassine Mahi (32) bekend bij de Brusselse politiediensten. Iemand die altijd zijn zin wilde en die al eens dreigend kon overkomen als de dingen niet verliepen zoals hij dat wou. Een koppigaard ook. Zo weigerde hij ooit zijn IMEI-nummer van zijn gsm over te maken aan agenten die ernaar vroegen. Donderdagochtend stond Mahi dus opnieuw in het commissariaat. Deze keer met de melding dat hij agenten haatte en op ontploffen stond. Hij wilde hulp, zei hij.
Uit het rapport van Brussels procureur-generaal Johan Delmulle, dat maandag aan bod kwam in de speciale Kamercommissie en onze redactie kon inkijken, blijkt dat Mahi zelf verklaarde dat die haat jegens de politie dateert vanuit zijn jeugd. In het verleden kwam hij meermaals in contact met de politie, tweemaal werd hij ook veroordeeld. In totaal zat hij zes jaar in de gevangenis, waar hij ook almaar radicaler werd. Volgens de aanwezige agenten zei Mahi donderdagochtend dat hij hulp zocht voor zijn problemen, want dat hij droomde van een vrouw, kinderen en een rustig leven. Allemaal onmogelijk vanwege zijn zware mentale problemen, zei hij. Hij kwam uiterst verward over op het politiebureau, en dat was niet de eerste keer, bevestigen bronnen ons.
Ook geen debriefing
Mahi gold als een van de 117 potentieel gevaarlijke extremisten die onze veiligheidsdiensten kennen. Wat blijkt? Dat kwam aan bod tijdens gesprekken met de magistraten die over zijn lot moesten beslissen, maar op geen enkel moment tijdens zijn passage in het psychiatrisch ziekenhuis van Saint-Luc. Of Mahi een kruimeldief dan wel een extremist met mentale problemen was, geen verpleegkundige of dokter die het donderdagmiddag te horen kreeg van de drie agenten. Hij werd na 28 minuten overgeleverd aan een verpleegkundige en daarmee was de kous af.
Geen briefing, maar ook geen snelle debriefing, blijkt nu. Mahi verdween met stille trom uit het
ziekenhuis, zonder ooit één woord met een psychiater te hebben gewisseld. Hij verdween binnen het uur en belandde kort na de middag in de Brusselse massa. Het ziekenhuis nam geen contact op met de politie, aangezien Mahi vrijwillig was gekomen en ook vrijwillig weer was vertrokken. De agenten namen geen contact op, omdat ze in de veronderstelling leefden dat hij veilig binnen zat bij de psychiater .
Al meer dan zes uur verdwenen
Pas om 18.40u belde een agent van Brussel-Noord naar het ziekenhuis om zich van de toestand van Mahi te vergewissen. Daar bleek hij dus al liefst meer dan zes uur verdwenen. Die vaststelling leidde niet meteen naar een telefoontje naar de magistraat. Ook dat wordt in het rapport van de procureur-generaal als opmerkelijk beschouwd. Eerder op de dag had de dienstdoende magistraat na overleg met twee andere gespecialiseerde magistraten én de Cel Radicalisme van Brussel-Zuid nochtans beslist dat Mahi zeker en vast naar Saint-Luc overgebracht moest worden.
Twintig minuten later, om 19u, gebeurde dan wat Mahi de facto ’s ochtends had aangekondigd: dat zijn stoppen zouden doorslaan vanwege zijn haat aan de politie. Aan een rood licht in de Schaarbeekse Aarschotstraat kwam Mahi langs achteren aangelopen. Gebukt liep hij naar de politieauto om meteen uit te halen en twee agenten neer te steken. Bestuurder Thomas Monjoie (29) overleefde het niet. De hele scène is gefilmd door veiligheidscamera’s in de straat. De conclusie: de inspecteur uit Donceel bij Luik had geen enkele kans.
Het maakt de woede van de politiebonden er de afgelopen dagen niet minder om. Ze schreeuwden om het ontslag van justitieminister Vincent Van Quickenborne (Open Vld). Die concludeerde maandag dat de procedures weliswaar werden gevolgd, maar dat er dan mogelijk iets schort aan de procedures.