Ongewenste dickpics sturen wordt strafbaar

Een ongewenste penisfoto of ‘dickpic’ sturen wordt strafbaar. In de hervorming van het seksueel strafrecht staat tot drie jaar cel. Een belangrijk signaal, zeggen experts. Maar of het hardnekkige verstuurders ook tegenhoudt?

Zomaar op een luie zondagmorgen. Of ’s avonds, tijdens het zappen. Ongevraagd en zonder enige context zit er plots een penisfoto in de inbox. Het is haast routine voor bekende vrouwen, maar niet alleen voor hen. 15% van de vrouwen, van alle leeftijden, kreeg al ongewenst zo’n naaktfoto binnen, zo bleek onlangs nog uit een grootschalige enquête van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen. Bij meisjes en jonge vrouwen lopen die cijfers nog veel hoger op, zo blijkt uit internationale studies. De hervorming van het seksueel strafrecht wil die praktijk nu grondig aanpakken. Voortaan volstaat het om iemand één keer een seksueel getint beeld te sturen om van een strafbaar feit te spreken.

“Dat is een heel belangrijk verschil met vroeger”, zegt professor fundamenteel recht Catherine Van de Heyning (UAntwerpen), die onderzoek doet naar het fenomeen. “Het was al strafbaar om geregeld foto’s naar iemand te sturen als een vorm van belaging of stalking. Maar het probleem met dickpics is dat verschillende vrouwen er constant toegestuurd krijgen van steeds andere mannen. En om iemand te kunnen vervolgen die maar één keer een foto stuurt, moest je tot nu toe bewijzen dat die persoon het deed om de ander te schaden.”

Alleen is dat maar bij een klein deel van de mannen de reden waarom ze per se een plaatje van hun jongeheer naar een nietsvermoedende vrouw sturen.

Vernederen

“Er zijn mannen die het doen om de ander te pesten of te vernederen, zo blijkt uit ons onderzoek. Om hen het zwijgen op te leggen of te bedreigen. Maar in heel veel gevallen doen ze het voor de grap, om opgemerkt te worden of voor de eigen seksuele voldoening. Wat de nieuwe wet nu duidelijk maakt, is dat ook één foto de rust verstoort. Het hoe, wat of waarom doet er niet meer toe.”

Een wet alleen is niet genoeg om het gedrag te veranderen, zegt Van de Heyning. “Het moet het begin zijn van een cultuurverandering.”