Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Rutten wil financiering Kerk herzien
Gwendolyn Rutten (Open VLD) wil de lokale besturen niet langer verplichten om de kerkfabrieken op hun grondgebied
te financieren. Nu moeten ze bijspringen, als er te weinig middelen zijn. “Maar wat mij betreft, kan je niemand verplichten om te betalen voor het geloof van een ander.” VLAANDEREN
60 miljoen euro. Zo veel betalen alle lokale besturen in Vlaanderen vandaag om de tekorten van de geloofsgemeenschappen in hun gemeente bij te passen. Het merendeel van dat geld gaat naar de katholieke kerk. Die is nog steeds goed voor 94 procent van de geloofsgemeenschappen in Vlaanderen. 3 procent daarvan is protestants, 1,5 procent islamitisch, 1 procent orthodox en 0,5 procent joods. Al die gemeenschappen kunnen rekenen op geld uit de gemeentekas als hun werkingsmiddelen ontoereikend zijn.
Die centen dienen dan om onderhoudswerken te laten uitvoeren, energiefacturen te betalen of gewaden, hosties en ander materiaal aan te kopen.
Steden en gemeenten trekken hun portemonnee niet uit liefdadigheid open. Ze zijn daar wettelijk toe verplicht. Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Gwendolyn Rutten (Open VLD) wil nu komaf maken met die verplichting. “Iedereen is vrij om te geloven”, zegt ze. “Maar wat mij betreft kan je niemand verplichten om te betalen voor het geloof van een ander.”
Het debat rond de financiering van geloofsgemeenschappen gaat al lang mee. Na de uitzending van de VRT-reeks Godvergeten laaide het opnieuw op. Ook Ruttens voorganger Bart Somers sprak zich toen kritisch uit ten opzichte van de huidige verplichting voor lokale besturen. Hij bestelde een studie bij de Universiteit van Antwerpen om een mogelijke hervorming van het financieringssysteem te onderzoeken. Dat langverwachte rapport ligt er nu.
In één van de drie scenario’s die de onderzoekers naar voren schuiven, stellen ze effectief voor om de verplichte bijdrage voor de lokale besturen af te schaffen. Geloofsgemeenschappen zouden in dat financieringsmodel hun eigen middelen moeten aanwenden om de tekorten in hun werkingsmiddelen te dekken. Die eigen middelen hebben ze wel degelijk. Want naast werkingsmiddelen beschikken de meeste geloofsgemeenschappen ook over investeringskredieten.
Miljoenen aan beleggingen
Zo hadden alle lokale geloofsgemeenschappen van de katholieke kerk samen in 2023 maar liefst 280 miljoen euro aan beleggingen uitstaan op hun eigen rekeningen. Dat blijkt uit cijfers van het kabinet van Rutten. Bovenop dat bedrag komt nog eens 90 miljoen euro aan liquide middelen, plus de inkomsten die kerkfabrieken halen uit hun patrimonium. Maar volgens de huidige wetgeving mogen de kerkfabrieken die miljoenen dus niet gebruiken om de gaten in de werkingsmiddelen te dichten.
Het tweede scenario uit de studie plafonneert de maximale bijdragen van de lokale overheden. Een dergelijk systeem is vandaag al van kracht in Brussel, waar de lokale overheden maximaal 30 procent van de tekorten bijpassen.
Het derde scenario uit het rapport behoudt de verplichte, ongeplafonneerde financiering door lokale besturen, maar pleit wel voor een vereenvoudiging van het systeem. Zo zijn steden en gemeenten vandaag verantwoordelijk voor de financiering van de katholieke geloofsgemeenschappen, terwijl de provincies bevoegd zijn voor de andere gemeenschappen.
Dat Rutten het eerste scenario uit de studie verkiest, is duidelijk. “Gemeenten zouden zelf, in overleg met de lokale geloofsgemeenschap, moeten kunnen kiezen voor welke kosten ze mee instaan”, zegt de minister. “Gemeenten zijn vaak medeeigenaar van een kerkgebouw en staan uiteraard mee in voor het onderhoud van het gebouw. Maar voor de mis of het gebed zouden ze niet moeten betalen.” Om lokale besturen die keuzevrijheid te geven is een aanpassing van het eredienstendecreet nodig. Dat zal sowieso niet meer voor deze legislatuur zijn. Maar Open VLD maakt alvast handig gebruik van het nieuwe rapport om haar positie in aanloop naar de verkiezingen in de verf te zetten. Het zal aan de volgende Vlaamse regering zijn om knopen door te hakken.
Open VLD richt haar peilen ook op het federale niveau. Jaarlijks betaalt de federale overheid ongeveer 90 miljoen euro voor het loon van pastoors, imams of rabbijnen. “Ook dat is niet meer van deze tijd”, vindt Rutten. “Wat mijn partij betreft moet de overheid de lonen en de maandelijkse woonstvergoedingen niet langer betalen.”