Verdeeldheid blijft rond hoofddoekenverbod

Het hoofddoekendebat keert met de regelmaat van de klok terug op de politieke agenda. De Vlaamse regering zou de hoofddoek aan het loket verbieden. Maar dat is niet gebeurd, hoe komt dat?

Mag een ambtenaar een hoofddoek dragen achter het loket? Het is een discussie die heel vaak terugkeert en voor een gepolariseerd debat zorgt. Voorstanders zien geen graten in het uiten van een religieuze overtuiging. Tegenstanders verwijzen naar de neutraliteit van de staat en de scheiding tussen staat en godsdienst. Eigenlijk had de Vlaamse regering in het regeerakkoord van 2019 een duidelijke kant gekozen. “Uiterlijke symbolen van levensbeschouwelijke, religieuze, politieke of andere overtuigingen worden bij rechtstreeks klantencontact niet gedragen.”

Alleen… de uitvoering bleef dode letter. De antwoorden die de verschillende partijen invulden bij De Stemtest van het Nieuwsblad, in samenwerking met VRT NWS, maken duidelijk waarom. Bij de partijen van de Vlaamse regering is enkel N-VA nog echt voorstander van het verbieden van de hoofddoek aan het loket.

Bij CD&V zijn ze altijd een koele minnaar geweest van een dergelijk verbod. Niet onlogisch, gezien hun religieuze roots. Opvallend is dat ook Open VLD vindt dat de hoofddoek toegelaten moet worden.

Het hoeft dus niet te verbazen dat de ambitie uit het regeerakkoord niet is gehaald. Tot grote frustratie van N-VA. Zij vinden enkel in het Vlaams Belang een bondgenoot om “het uiten van godsdienstige, politieke of f ilosofische overtuiging” te verbieden bij de overheid. Al gaat het VB nog een stap verder en wil dat verbod voor alle ambtenaren, niet enkel voor degenen die met burgers in contact komen. De linkse partijen Groen, Vooruit en PVDA vinden dan weer dat “neutraliteit zit in wat je doet, niet in wat je draagt”. Voor hen is een verbod uit den boze.