Fruitteler plant 6.000 inheemse haagstruiken
In Limburg amper drie bio-fruittelers actief
Twaalf landbouwers in het gebied van Regionaal Landschap Lage Kempen gaan in totaal 12.000 ‘planten van hier’ aanplanten op hun gronden. Die inheemse bomen en struiken zijn perfect geschikt voor andere inheemse beestjes en planten. De Halense bio-fruitboer Yvan Verhemeldonck kocht alleen al 5.775 haagplanten. Verhemeldonck kreeg gisteren ‘graafhulp’ van milieugedeputeerde Ludwig Vandenhove die enkele van de struikjes hazelaar, spork, hulst, inlandse vogelkers, gelderse roos en sleedoorn onder de zoden duwde. Het grote plantwerk is voor later op het jaar wanneer de bodem wat droger en warmer is. Fruitteler Yvan Verhemeldonck heeft drie goede redenen om de hagen, in totaal 1,2 km lang, aan te planten: hij krijgt er subsidies voor, het houdt de drift van de sproeimiddelen van de buren op afstand en de plantjes leveren nectar voor de metselbijen.
Bestuiving
Metselbijen, mijnheer Verhemeldonck? “Dat zijn bijtjes die ook tijdens een koud voorjaar voor de bestuiving van de appel- en perenbomen zorgen. In de bioteelt heb je maar de helft opbrengst van de traditionele teelt. In een koude periode kun je in de traditionele teelt gebruik maken van synthetische middelen voor de bestuiving. Wij zijn volledig op de natuur aangewezen. De metselbijen kunnen redelijk goed tegen de kou en leven van maart tot mei. Omdat de bloei van de fruitbomen maar twee weken duurt, kunnen de metselbijtjes de rest van de tijd hun nectar halen uit de vroegbloeiende hagen. Die hagen trekken ook andere nuttige insecten aan en zijn ook ideale broedplaatsen voor vogels.”
ALS BIOTELER MOET JE EIGENLIJK BIJ DE BOMEN SLAPEN OM ALLES TE VOORKOMEN
Bio-fruitteler Yvan Verhemeldonck
Verhemeldonck heeft in totaal 21 hectare plantages voor peren en appelen. Met 14 hectare is hij al volledig overgeschakeld op bioteelt. Volgens hem is nog plaats voor meer biotelers. “In België is 1,5 procent van het areaal appelen en peren van bioteelt. In Duitsland is dat 6 procent en in Oostenrijk en Italië 8 procent. We hebben dus nog een achterstand in te halen. In Limburg zijn er maar 3 biotelers, in heel België amper 20 tot 25.” Verhemeldonck verkoopt zijn appelen en peren onder het biolabel aan de Belgische Fruitveiling. Hij startte er vier jaar geleden mee op het fruitbedrijf dat hij van zijn vader heeft overgenomen. “Over vijf jaar moet alles overgeschakeld zijn op bioteelt”, zegt Yvan Verhemeldonck. “Biofruit ziet er iets ruwer uit en je kunt maar geleidelijk overschakelen. Na een paar jaar minderen met spuiten en onkruidverdelgen en dan heb je al minder last van plagen. Je moet wel heel alert zijn. Eigenlijk moet je bij de bomen slapen om alles te voorkomen.” Als de landbouwers hun hagen minstens vijf jaar goed onderhouden, krijgen ze daarvoor subsidies via de Vlaamse Landmaatschappij (VLM). Er kan nog een extraatje vanaf als het gaat om inheemse planten. Amper 5 procent van alle bomen en struiken in Vlaanderen zijn nog echt inheems. Om het tij te keren, hebben de Limburgse regionale landschappen het label ‘plant van hier’ in het leven geroepen. “Exoten, zoals de Amerikaanse vogelkers, verdringen andere tragere soorten”, zegt Davy Noelmans, bedrijfsplanner bij de VLM. “Inheemse planten zijn veel sterker, brengen meer structuur in de natuur en zijn beter voor de biodiversiteit.”
www.plantvanhier.be