“Hier doen ze geen gekke Dingen”
Tom Van Imschoot kan zich vinden in de ‘verstandige’ aanpak van KV Oostende
Vier jaar STVV, vier jaar Westerlo en vier jaar Bergen heeft Tom Van Imschoot (31) op zijn voetbalteller staan. In totaal goed voor 205 wedstrijden in eerste klasse. “Hopelijk komen daar minimum nog twee seizoenen KV Oostende bij”, hoopt hij. “Mijn contract wordt hier automatisch met een jaar verlengd als we ons redden”, zegt Van Imschoot, die de lijnen zal moeten uitzetten bij de gedoodverfde degradatiekandidaat.
Waarom koos je voor Oostende?
“Tijdens de winterstage met Bergen had ik een gesprek over mijn toekomst met technisch directeur Dimitri Mbuyu. Ik gaf aan dat ik het na vier seizoenen wel gehad had. We beslisten toen om aan het einde van het seizoen uit elkaar te gaan. Bergen, een bijzonder warme club trouwens, heeft me wel een heel mooi afscheid bezorgd. Ik had op het moment van mijn beslissing niets achter de hand. Ik vreesde er wel een beetje voor dat ik niet zo snel een nieuwe club zou vinden. Maar de belangstelling van Oostende kwam er vrij snel. Daar moest ik wel even over nadenken. Familiaal leek het mij onmogelijk. Ik had nog wat contacten met andere clubs, maar die werden nooit concreet. Trainer Vanderbiest heeft me in een gesprek dan toch overtuigd de stap te zetten. Hij zocht iemand met ervaring voor op het middenveld. Ik tekende een contract van één seizoen dat automatisch met een jaar wordt verlengd als we ons redden.” Je woont in Zoutleeuw en werkt in Oostende.Hoe los je dat op?
“Ik heb in Oostende een appartementje gevonden in een straat die uitgeeft op de dijk. Als we een druk programma hebben, blijf ik op mijn flat in Oostende. De andere dagen ga ik naar huis. Dit appartement is wel erg praktisch. Mijn vrouw en mijn twee kinderen zijn al regelmatig op bezoek geweest. Voormiddag trainen, namiddag met de kinderen naar het strand. Die vijf voorbereidingsweken, toch niet de meest aangename van een seizoen, zijn werkelijk voorbij gevlogen. We hebben ook in goede omstandigheden kunnen trainen. Terwijl het in het binnenland puffen was, waaide hier altijd een zeebries. Ideaal om te trainen.” Wat zijn je eerste conclusies na vijf weken KV Oostende?
“Dat ze het hier verstandig proberen aan te pakken. Geen gekke dingen, geen twintig nieuwe spelers en geen gloednieuwe tribune zoals bij Dender en Tubeke toen die promoveerden. Als je dan na een jaar degradeert, zit je met een put die niet meer op te vullen is. Er komt hier een tijdelijke zittribune bij. Pas als we een eerste klasse blijven, komt er een definitieve tribune. Sportief werd ervoor geopteerd de kern van vorig seizoen samen te houden. Zestien jongens die de titel in tweede pakte, met zes nieuwe spelers erbij. De voorbereiding was degelijk. Fysiek zijn we in orde, we hebben nauwelijks geblesseerden. We moeten het hebben van onze organisatie. In de oefenmatchen pakten we nog geen enkel tegendoelpunt. Akkoord, het ging tegen ploegen uit tweede, derde en vierde klasse, maar die scoorden wel tegen andere eersteklassers. Wij beginnen met een goed gevoel aan de competitie.” De redding is het maximaal haalbare?
“Wij hebben het kleinste budget van eerste klasse. De middelen om er een of twee spelers bij te halen die het verschil kunnen maken, zijn er niet. We moeten er niet flauw over doen, de veertiende plaats is ons doel. Als gedoodverfde degradatiekandidaat - alle prognoses geven ons geen kans - zou dat een succes zijn. Op een bepaalde manier geloof ik wel in de redding. Het komt er op aan om rustig te blijven. Zeker als je moet starten tegen KRC Genk en Club Brugge.” In eigen huis moet KV Oostende het veel ploegen lastig kunnen maken?
“We hebben een smal veld. Dan kan je de organisatie wat makkelijker vasthouden. Er zullen ook ploegen zijn die zich moeilijk kunnen opladen om naar het ‘kleine’ Oostende af te zakken. Als het in de winter dan nog eens stormt en regent, is het hier niet echt plezant en zullen ze er helemaal niet meer graag bij zijn. Daar moeten we voordeel uit kunnen halen.”