Het Belang van Limburg

“We zijn vaak een attractie op zich”

-

“Mijn man werkt hier voor een Canadese firma, 5N Plus”, legt Ruth uit. “Die heeft hier in Laos een fabriek gebouwd. Daarin produceren ze waardevoll­e metalen die hoogtechno­logische toepassing­en hebben. Jans firma wint hier één specifieke stof en is nu bezig met de bouw van een tweede project.” Zelf werkte Ruth voor de verhuizing voltijds in haar apotheek in Sint-Huibrechts-Lille. Dat combineerd­e ze met de zorg voor de vier kinderen. “Tot we de kans kregen om twee jaar naar hier te komen.” Twee jaar van huis. Zag jij dat zitten? “Ik zag dat meteen zitten: twee sabbatjare­n met veel qualitytim­e voor de kinderen. De apotheek is trouwens in goede handen bij mijn broer, die ook apotheker is, en Mia, mijn gouden assistente.” Hoe wonen jullie nu? “We wonen in de hoofdstad, in Vientiane. Die ligt aan de Mekongrivi­er, redelijk centraal in het land. Maar als we naar het centrum gaan en aan de oever staan, kunnen we aan de overkant Thailand zien. Zelf verblijven we in een compound waar voornameli­jk expats wonen rond een zwembad.” Laos is bij ons echt wel onbekend. “Laos ligt tussen Thailand, Cambodja en Vietnam, maar is nauwelijks ontdekt door het toerisme. Er is een groot verschil tussen stad en platteland. In de steden hebben we goede wegen en alle nutsvoorzi­eningen. Maar eens uit het centrum wonen de mensen in zelfgemaak­te hutjes, wordt er gekookt op houtskool en worden de kindjes gewassen in een emmertje water. De weinige toeristen die hier komen, zijn rugzaktoer­isten.” Hoe zijn de mensen er? “Heel vriendelij­k, rustig en behulpzaam. De mensen zijn hier natuurlijk boeddhisti­sch. Je merkt echt wel dat ze meer zen zijn dan wij. In elk dorpje is er wel een tempel. De monniken worden door de dorpelinge­n onderhoude­n.” Hebben ze het relatief goed? “Laos is lang strikt communisti­sch geweest. Daardoor lijkt de doorsnee Laotiaan het gewoon om met weinig tevreden te zijn. Het gemiddelde maandloon bedraagt hier zo’n 200 euro. Maar je merkt dat het land meewil met de tijd.” “Nu hoor je vaak zeggen dat alles erg duur aan het worden is. Voor ons is het leven dan weer heel goedkoop. Jan ging pas met Cas en Vic naar de kapper. Ze moesten 3,5 euro betalen. In totaal.” Hoe reageren de Laotianen op jullie? (lacht) “Ons gezin is een attractie op zich. Als we op stap gaan, worden de kinderen binnen de kortste keren vastgepakt, geaaid, gefotograf­eerd. De Laotianen dragen onze kinderen echt op handen. In het begin vonden onze kinderen dat niet zo leuk, maar intussen zijn ze eraan gewoon en laten ze de mensen beleefd begaan.” Hoe breng je zelf je dagen door? “Ik ben begin juni gestart met een cursus Laotiaans spreken, lezen en schrijven. Ik wil met de mensen op de markt kunnen spreken. Maar de taal is moeilijk. Je hebt nergens houvast met een andere taal. Het schrift bestaat uit 33 medeklinke­rs en 52 klinkers. Die worden boven, onder en naast elkaar geschreven, zonder spaties, punten of komma’s.” En de kinderen? “Die hebben nu vakantie. In augustus starten de jongens in een internatio­nale school in de stad. De meisjes gaan naar een Montessori­schooltje, waar ze spelenderw­ijs Engels en Laotiaans leren.” “Het huishouden hoef ik niet te doen. Welvarende Laotianen en ook expats hebben een maeban. Die poetst, strijkt en kookt. In de namiddag hebben we dus tijd om in en rond het zwembad te spelen. In het weekend maken we uitstapjes om Laos van noord tot zuid te leren kennen.” Wat is het grootste verschil met thuis? “De cultuur is toch helemaal anders. Om eten te kopen, gaan we bijvoorbee­ld niet langer naar een supermarkt, maar naar de markt. Daar vind je kikkers naast de kippen en slangen bij de vis. Er lopen koeien op straat en de mensen zijn arm. Dat is wel confronter­end om te zien als je uit een welvarend land als België komt.” “Zo goed als alles wordt hier met brommertje­s vervoerd. In het begin vond ik het choquerend om een moeder met twee of drie kinderen met een brommer te zien rijden in de verkeersch­aos hier. Intussen breng ik zelf de meisjes op die manier naar school.” “Economisch gezien maken ze dan weer wel memorabele jaren mee. De Laotianen zijn druk bezig met veranderin­g en stemmen nieuwe wetten om er internatio­naal bij te horen.” Wat missen jullie het meest? “Eigenlijk niets. Het eten en drinken is hier erg lekker. Onze kinderen zijn bijvoorbee­ld gek op sticky rice: rijst die kleeft en waar je bolletjes van maakt. Ze eten het elke middag met een loempia of worstjes. ’s Avonds eten we noedels, vis, gebakken rijst.” “In het begin bakte ik nog zelf brood, maar als er geen charcuteri­e is pas je je snel aan. Een boterham met choco, die vijf keer duurder is dan thuis, ben je snel moe. Bovendien zijn de alternatie­ven vaak lekkerder. Ik draag intussen ook rokken van hier. En dankzij Skype en Facebook houden we goed contact met het thuisfront. Zo blijft ook het menselijke gemis beperkt.”

 ??  ?? Ruth Ruth Buntinx Buntinx met met haar haar man man en en vier vier kinderen kinderen in n Laos. Laos.
Foto Foto HBvL HBvL
Kent u zelf ook een Limburger in het buitenland? Laat het ons weten: limburgere­nwereldbur­ger@hbvl.be
Ruth Ruth Buntinx Buntinx met met haar haar man man en en vier vier kinderen kinderen in n Laos. Laos. Foto Foto HBvL HBvL Kent u zelf ook een Limburger in het buitenland? Laat het ons weten: limburgere­nwereldbur­ger@hbvl.be
 ?? Foto HBVL ?? De kinderen op een rijtje bij boeddhabee­lden.
Foto HBvL
Foto HBVL De kinderen op een rijtje bij boeddhabee­lden. Foto HBvL

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium