FRUITSECTOR MIST ALWEER EEN KANS
De fruitveiling van Borgloon wil fusioneren met de groenteveilingen van Mechelen. Veiling Borgloon en BelOrta hebben daarover al een intentieverklaring ondertekend. Nu moeten ze de boeren nog meekrijgen. Op zich ligt schaalvergroting voor de hand. Groter betekent al meteen dat ze de kosten voor bepaalde diensten kunnen delen. De telers hopen dat de veilingkosten zo zullen zakken. Als hen dat volgende week zo wordt uitgelegd, zal het misschien niet moeilijk zijn om ‘ja’ te zeggen. Al weet je bij boeren nooit. Koppig zijn ze zeker. Nu kunnen ze nog persoonlijk bij de directeur hun beklag doen. De vraag is of dat bij een grote coöperatieve nog pakt. Maar het jammere is dat de Limburgse fruitveilingen - één uit Borgloon en twee uit Sint-Truiden - na veertig jaar scheiding, eindelijk aan een verstandshuwelijk dachten. Ze zaten zelfs aan tafel om te bekijken hoe ze hun fruit samen konden verkopen. Daarbij dachten ze aan één label en één verkoopspunt. Dat zou al een hele stap vooruit zijn geweest. Ook voor de consument, want je zou tenminste weten welke aardbeien of kersen je eet. Een eenvoudige naam als ‘Fruit uit Limburg’ zou in elk geval duidelijker zijn dan Eburon, Haspengoud of Truval, de huidige nogal vergezochte labels. Daarmee kun je ineens ook een streek promoten, wat dan weer goed is voor het toerisme. Toch een van de sectoren die Limburg zullen moeten redden na de Ford-sluiting, zo beweren experten. Het is al de tweede keer dat de veilingen een historische kans missen om samen naar buiten te komen. Enkele jaren geleden - naar aanleiding van de tv-reeks Katarakt - heeft de toenmalige gedeputeerde voor Toerisme nog geprobeerd om tegen de première één fruitnaam te regelen. Dan konden ze ook mee profiteren van het succes van de reeks. Nauwelijks te geloven, maar het is niet gelukt. Sterker nog: om alle mogelijke ruzies te vermijden is er in elke veiling wel iets gefilmd en zijn die beelden verwerkt tot één fictieve coöperatieve. Zo kon zeker niemand met de pluimen gaan lopen. In het buitenland gebruiken ze trouwens ook graag streeknamen voor hun beste producten. Je hebt meloenen uit Cavaillon, citroenen uit Sorrento en tomaatjes uit Pachino. Telkens vertellen ze er bij dat het product uit die streek het beste is, dankzij een of ander uitzonderlijk microklimaat. Bij ons denken mensen vaak dat asperges uit Mechelen komen, ook al worden die vooral in Limburg geteeld. Waar we dat aan te danken hebben? Aan de naam: Mechelse Veilingen. Die asperges worden daar alleen maar verkocht, het is wel die naam die blijft hangen.