“Vlaamse televisiemarkt is te klein voor extra productiehuis”
HASSELT HASSELT - - In In een een al al overvolle overvolle televisiemarkt komt nu ook Tom Lenaerts aanzetten met een eigen eigen productiehuis. productiehuis. Vlaanderen Vlaandere telt er intussen een vijftigtal, en die vechten allemaal om airplay airplay op op een een handvol handvol zenders. zenders “We leven boven onze stand. Dit is niet houdbaar.”
Altijd ruimte voor eentje meer, moet Tom Lenaerts hebben gedacht. Dus richt hij na zijn vertrek bij Woestijnvis een eigen productiehuis op, Panenka. Lenaerts heeft zijn naam en zijn verleden mee, maar zal toch stevig uit de hoek moeten komen om zich te laten gelden. Vlaanderen telt intussen namelijk een vijftigtal productiehuizen, de bedrijfjes die zich enkel toeleggen op pakweg reclame of langspeelfilms niet meegerekend.
Absurd
“Dat is absurd, overkill zelfs”, zegt professor Els De Bens van de Universiteit Gent. “De Vlaamse televisiemarkt is veel te klein daarvoor. En de concurrentiestrijd tussen de productiehuizen mag de creativiteit dan misschien wel aanwakkeren, het tv-landschap in ons land bestaat vooral uit commerciële zenders. Die zijn vaak niet op zoek
VIJFTIG PRODUCTIEHUIZEN IS OP TERMIJN NIET HOUDBAAR
Hilde Van den Bulck Universiteit Antwerpen
naar kwaliteit, maar kijken naar wat het publiek wil en vooral naar het kostenplaatje. Prijzige formats, hoe inventief ook, vallen dan als eerste af.” “Om overeind te blijven moet je inderdaad hard werken”, bevestigt Bram Bostyn van productiehuis BroekToe, vooral bekend van Superstaar met Gunther Lamoot. “Met televisiewerk alleen lukt dat zelfs niet. Daarom zijn we ook actief in het theater en de muzieksector.” Toch juicht Bostyn de stijging van het aantal productiehuizen toe. “Dat werkt stimulerend. De beste ideeën halen het altijd, dat is het enige dat telt. Daar ben ik heilig van overtuigd. Geld mag bovendien geen drijfveer zijn bij het maken van televisie, het gaat om de kunst. Al besef ik dat dat naïef klinkt, want ook wij moeten aan het einde van de dag ons brood verdienen.” Truienaar Nico Van De Velde, gedelegeerd bestuurder en creatief directeur van Hotel Hungaria (Dagelijkse Kost), merkt hoe de jongste twee tot drie jaar veel nieuwe productiehuizen opduiken. Kleinere productiehuizen, zoals Lenaerts ook met Panenka voor ogen heeft. “Vooral het vertrek van Woestijnvis bij de openbare omroep en de transformatie ervan tot hofleverancier van VIER bleek een trigger.” “Enerzijds is die evolutie positief: het kleurenpalet in het Vlaamse medialandschap is rijker en van de eenheidsworst van tien jaar geleden is geen sprake meer. Maar Vlaanderen leeft boven zijn stand: er is een te groot aanbod. Dat probleem zal zichzelf oplossen. Er zijn niet genoeg opdrachten voor iedereen en de kleine bedrijven kennen nog groeipijnen. Velen onder ons zullen nog sneuvelen.”
Niet houdbaar
Ook Hilde Van den Bulck, verbonden aan de onderzoeksgroep Media van de Universiteit Antwerpen, stelt dat kleine productiehuizen het moeilijk zullen krijgen. “De Vlaamse televisie heeft een lange traditie om in te zetten op producties van eigen bodem, maar vijftig productiehuizen is wel héél ambitieus. Op termijn is die situatie niet houdbaar. Daarom is het voor de meeste bedrijven noodzakelijk om in het buitenland voet aan de grond te krijgen. Of om op te gaan in internationale structuren, zoals je vandaag meer en meer ziet.” Bovendien merkt Nico Van De Velde nog een nieuw gevaar: de grote omroepen werken intern aan eigen projecten. “De productiehuizen komen dus voor een keuze te staan: afvallen of samenwerken. Als er niets verandert, zijn we goed op weg om ons eigen werkmodel te vernielen.”