Lang wachten
De federale regering-Michel legde de voorbije nacht de laatste hand aan de begrotingscontrole 2016. Of ze daar al dan niet in slaagde, heeft u vanmorgen via de radio kunnen horen. Die controle sleept nu wel erg lang aan. Dat komt uiteraard door de terroristische aanslagen van 22 maart in Brussel en Zaventem. Maar ook door de grootte van de opdracht - een tekort van 2,3 miljard euro - en de ideologische tegenstellingen tussen de partijen over hoe men dat tekort het beste wegwerkt. Veelal staan N-VA en CD&V tegenover elkaar. De zo al moeilijke discussies worden nog eens extra bemoeilijkt door de Panama Papers. Vooral de CD&V gebruikt ze als argument: waarom nog eens de gewone man pijn doen terwijl de rijken heel gemakkelijk de belastingen kunnen ontwijken/ontduiken (schrappen wat niet past) door hun geld onder te brengen in spookbedrijven in belastingparadijzen? Dat is uiteraard een heel terechte vraag. Maar hoe kan men hier eindelijk komaf mee maken in de wetenschap dat geld zo mogelijk nog vloeibaarder is dan water en het water altijd naar de zee stroomt? Eerdere groots opgezette fraudezaken zoals KBLux, Lux Leaks en Swiss Leaks zorgden toen ook voor grote verontwaardiging en stevige beloftes om hier voor eeuwig en een dag komaf mee te maken. Er volgden ook maatregelen en de strijd tegen de fiscale fraude leverde ook geld op. Maar het echt grote geld bleef altijd buiten schot. Zal het nu anders zijn? Iets waar we ook naar uitkijken, is het antwoord op de vraag of de regering-Michel het begrotingsobjectief - een begroting in evenwicht tegen eind 2018 - al dan niet loslaat. Iemand die daar absoluut voor gewonnen is, is professor Paul De Grauwe. Hij heeft daar goede argumenten voor, zoals men kan lezen in het interview dat we met de professor hadden. Indien de regering het begrotingsobjectief loslaat, houdt ze meer geld over om te investeren. Dat is goed voor de economie en op termijn ook goed voor de staatsfinanciën. Dat is een sluitende redenering. Helaas is er een groot probleem: we hebben te maken met politici. Wanneer het economisch goed gaat en de belastingen vlot binnenkomen, zouden ze geld opzij kunnen zetten voor slechte tijden. Maar dat doen ze niet. Politici zijn uitermate bedreven in het uitgeven van geld omdat ze zelf altijd denken een goed idee te hebben en - toegegeven - omdat er veel vragen zijn vanuit de maatschappij richting onze politici. Maar wanneer politici geld uitgeven, is dat structureel. Daarmee veroordelen ze zichzelf om te besparen wanneer het economisch minder gaat. We vrezen dat het nooit anders zal zijn.
Het is lang wachten op het resultaat van de begrotingscontrole. De ideologische tegenstellingen binnen de regering worden alsmaar meer zichtbaar