“Gokken op jonge leeftijd is riskant”
Sportliefhebber of niet, je kon de afgelopen week moeilijk omheen de verhalen van gokkende voetballers. Indien ze - om matchfixing tegen te gaan - een voorbeeld willen stellen, hangt Olivier Deschacht een zware straf boven het hoofd. Laurent Henkinet werd al op staande voet ontslagen. Ocharme Olivier, Laurent en andere in de media vermelde voetballers! Het moet bijna zijn zoals bij de gewone cannabisgebruiker die door justitie zwaar aangepakt wordt terwijl de grote dealer vrijuit gaat omdat zijn bankrekening daarvoor kan zorgen. Natuurlijk gaan we cannabisgebruik of gokken niet promoten of goedkeuren, en zeker matchfixing niet. Wel kan je je vragen stellen bij wie medeverantwoordelijk is.
In de gokwetgeving met ongetwijfeld een - door de kansspelindustrie afgedwongen- juridische logica geraakt de maatschappelijke logica steeds verder zoek. Het is niet de schuld van de voetballers dat stadia in goktempels veranderen of agressieve reclame gokken aanmoedigt. Als uit onderzoek blijkt dat 2% van de volwassen Belgen een gokprobleem heeft, en momenteel 25% van de profvoetballers financiële problemen ervaart door oa gokken, dan is dat een signaal dat er ruimer iets aan de hand is! Normaal mogen kansspelen niet geëxploiteerd worden. Het kan wel met een vergunning. Winst garanderen voor het groeiend aantal inrichtingen van privé-operatoren zou nooit voorrang mogen krijgen op het publieke belang. Een goed legaliseringsbeleid houdt maximale grip en controle op het aanbod en laat winstbejag bij risicovolle producten niet toe. De adrenaline, willen winnen, de onderlinge competitie, uitkijken naar applaus en bijhorende euforie bij een geslaagde actie: er zijn heel wat gelijkenissen tussen voetballen en gokken. Het is niet goed te keuren. Gokken wordt wel als ‘normaal’ beschouwd bij jeugdspelers tot en met de top van de meest professionele ploegen. Het is bewezen dat gokken op jonge leeftijd riskant is. Een hogere drempel met registratieplicht en de mogelijkheid toegangsverbod aan te vragen, zoals bij casino’s, is geen betutteling.
Véél advocaten waren bij het enorme lobbywerk van de grote gokbedrijven in de voorbereiding van de wet op weddenschappen (2010) erg ijverig. De meeste leden in de voorbereidende senaatscommissie leken vooral geïnteresseerd in hoeveel procent van de omzet naar de schatkist zou kunnen vloeien. Eén enkele stem vanuit de verslavingszorg om de minimum leeftijd op 21 jaar te zetten en voldoende beschermingsmaatregelen te treffen viel in dovenmansoren. Door oa het ontbreken van een KB voor reclame en de daarmee verdere maatschappelijke aanvaarding van gokken, stegen omzetten bij online weddenschappen na invoering van deze wet op 3 jaar tijd van 17 miljoen naar 360 miljoen (2017%!). Vooral goed nieuws voor de gokbedrijven die mede op de kap van een kwetsbare doelgroep (ook jongeren) veel geld verdienen en voor de voetbalclubs die nieuwe sponsors vonden. Ook de schatkist vaart er, op korte termijn, goed bij. Maar lang niet iedereen is even goed af met deze evolutie. Een striktere wetgeving, een verbod op reclame voor risicovolle kansspelen en strengere controles zijn noodzakelijk zodat we niet moeten afgeven op zij die gokken. Wie van Deschacht het zwarte schaap wil maken gaat voorbij aan die bredere context.