Bloedspatten moeten 450 jaar oud moordmysterie oplossen
DNA-onderzoek graaf van Horne leidt naar kerk in Kortessem
Zijn de vlekken op een bijna 500 jaar oud gebedenboekje bloedspatten van de legendarische graaf van Horne, Filips van Montmorency? Over die vraag buigen onderzoekers van de Universiteit van München zich. Ze hopen zo een 450 jaar oud moordmysterie op te lossen, want het stoffelijk overschot van de in 1568 onthoofde graaf van Horne is al jaren zoek. Toen zijn graf in 1979 werd geopend, bleken de zeven wervels van het skelet intact. Met behulp van DNA-onderzoek willen wetenschappers nu achterhalen waar zijn graf dan wel ligt. En die zoektocht leidt ook naar de kerk van het Limburgse Kortessem. Wat zich afgelopen vrijdag afspeelde in de universiteitsbibliotheek in het Duitse Heidelberg leek wel weggelopen uit ‘CSI’. Met ultraviolet speurden wetenschappers van de Ludwig Maximilians-Universiteit van München naar minuscule bloedvlekken op een vijf eeuwen oud gebedenboekje. Dat boekje hoorde toe aan Filips van Montmorency, de graaf van Horne. Op 5 juni 1568 werd van Montmorency onthoofd op de Grote Markt in Brussel. Tijdens zijn laatste momenten zou hij nog enkele verzen uit dit boekje hebben gepreveld. Vandaar de bloedspatten. Volgend jaar zal de bloedige executie van de graaf van Horne en zijn kompaan Lamoraal van Eg- mont 450 jaar geleden zijn. In Nederland is dat reden voor een herdenking, want de dood van de twee edellieden wordt gezien als het startschot voor de Nederlandse opstand, die uiteindelijk zou leiden tot de onafhankelijkheid van het noorden. Aan de herdenking is een groot publicatieproject gekoppeld, waaraan verschillende universiteiten - zoals die van München en Leuven - en onder andere de gerenommeerde Britse historicus Geoffrey Parker meewerken.
Nekwervels
Er is alleen één probleem: het stoffelijk overschot van de graaf van Horne is al decennialang spoorloos. Toen zijn graf in de SintMartinuskerk in het Nederlands- Limburgse Weert in 1979 werd geopend, stonden wetenschappers plots voor een raadsel. “’s Nachts hebben radiologen het skelet in het geheim overgebracht naar het ziekenhuis van Weert om röntgenfoto’s te maken. Daar bleek dat de nekwervels nauwelijks beschadiging vertoonden, wat vreemd is voor iemand die met een zwaard werd onthoofd”, vertelt Peter Korten, voorzitter van de Weertse geschiedkundige stichting De Aldenborgh.
Het gevonden skelet is dus naar alle waarschijnlijkheid niet dat van Filips van Montmorency. “Uit een ooggetuigenverslag van een zuster weten we dat zijn lijk pas 21 dagen na de executie is aangekomen in Weert en dat het zo hard stonk dat het nog diezelfde nacht is begraven”, zegt Korten, die vermoedt dat het skelet wel degelijk in de kerk ligt, maar niet op de plaats van de grafsteen die in 1979 werd gelicht.
Loden kist
Om erachter te komen welk skelet nu effectief toehoort aan de graaf van Horne is er maar één oplossing: DNA-onderzoek. Net daarom werd afgelopen vrijdag het gebedenboekje in Heidelberg onderzocht. “Op het eerste gezicht waren er geen bloedsporen te zien, maar aangezien het om vijf eeuwen oud bloed gaat, is verder onderzoek nodig”, zegt Korten, die er vrijdag bij was in Heidelberg. “We willen ook nagaan of de hartbus - waarin het hart van de graaf afgescheiden bewaard werd - nog DNA-sporen bevat. Daar is goede kans toe.”
Een andere piste leidt naar de Sint-Pieterskerk in het Limburgse Kortessem. “Toen in de jaren 70 verwarming werd aangelegd in het koor van de kerk, stuitten arbeiders op een loden kist”, zegt lokaal vorser Pierre Diriken. In die kist lagen de resten van een schedel en enkele beenderen. Aan de binnenkant van de kist stond in het Latijn: ‘ Dit is het lichaam van de eens zeer bekende dame, Eleonora van Montmorency, die toen zij 56 jaar geleefd had, drie zonen en twee dochters achterliet [...] Zij overleed te Luik op 17 maart 1585’.” “Deze Eleonora is de zus van Filips van Montmorency en haar DNA zou dus kunnen helpen bij onze zoektocht”, zegt Korten. In Kortessem zelf willen ze alvast graag meewerken. “De kist staat in een zijbeuk van de kerk tentoongesteld”, zegt pastoor Alain Bruyninx. “Of de beenderen er nog in zitten of elders opgeslagen liggen, weet ik niet. Maar als de vraag komt, willen we zeker meewerken. Al zal er wel toestemming van de gemeente en het bisdom nodig zijn, want het gaat tenslotte nog altijd om een graf.”
We weten niet waar het skelet van de graaf van Horne ligt. Toen zijn graf in 1979 werd opengemaakt, bleken de nekwervels van dat skelet nauwelijks beschadigd
Peter KORTEN Geschiedkundige stichting
De Aldenborgh Weert