“CHINA PLANT MACHTSGREEP”
Chinese manager van Luca Brecel verwacht dat snooker tafeltennis achterna gaat
De Britten klampen zich nog krampachtig vast aan de nostalgie van het Crucible Theatre. Maar intussen worden de ballen op het WK snooker gepot op een Chinese Star-tafel en drinken de spelers Chinees Kun Lun Shanwater. De machtsgreep wordt op sportief vlak verpersoonlijkt door Ding Junhui, die woensdag Ronnie O’Sullivan naar huis stuurde. “Het is nog maar het begin, wacht maar tot Ding en zijn generatiegenoten de eerste topcoaches in China worden. Dan zal China het snooker veroveren, zoals het dat eerder met het tafeltennis deed”, voorspelt Django Fung, de 53-jarige
Chinese manager van Luca
Brecel. Ding Junhui (30) was drie jaar geleden de eerste Aziatische nummer één op de wereldranglijst bij de profs. Hij won dankzij zijn fenomenale breakbuilding al het UK Championship en de Masters, alleen het WK ontbreekt nog op zijn palmares. Vorig jaar verloor Ding de finale met 14-18 tegen Mark Selby, dit jaar leent de halve finale zich tot een kans op revanche. Gisteravond stond het na de derde van vier sessies in de ‘best of 33’ 12-12, in de andere halve finale leidde John Higgins na de tweede sessie met 10-6 tegen Barry Hawkins.
Voor Dings landgenoot Django Fung werd het WK geen voltreffer. De manager zag zijn poulains Luca Brecel, Neil Robertson en Judd Trump snel uit het tornooi verdwijnen. Hij kan bij een dam- pende cappuccino dus best eerst zijn eigen opmerkelijk levensverhaal vertellen.
“Ik ben geboren en getogen in Hong Kong, waar ik in de eerste plaats een beloftevol tafeltennisser was.” (Luca Brecel kan het volmondig bevestigen, hij zag Fung een wedstrijdje winnen tegen collega-prof Matt Selt met… zijn iPhone als bat, nvdr.) “Op mijn 18de kwam ik naar Engeland om te studeren. Ik was tafeltennis beu en ontdekte een nieuwe passie: snooker. Na enkele jaren zag ik de kans om in Romford - vlakbij Londen - een snookerclub te kopen. Ronnie O’Sullivan woonde om de hoek en vroeg me of hij zijn persoonlijke tafel bij mij mocht opstellen. Zo zijn we vrienden geworden.”
En jij zijn manager.
Fung: “Ik ben accountant en heb me om zijn financiën bekommerd. Van het één kwam het ander, zo werd ik zijn manager. Mijn grootste verdienste? Ik heb Ronnie in contact gebracht met sportpsycholoog Steve Peters. Die bracht heeft hem weer op topniveau.”
Intussen verdedig jij O’Sullivans belangen niet meer.
“We zijn nog steeds de beste vrienden. (toont een sms) Ronnie vraagt me soms nog steeds om mijn mening, zoals nu in de rel met Barry Hearn. Maar ik wil alleen met een speler werken, als hij me helemaal wil volgen. Ronnie had ook andere raadgevers en daarom gingen we als goeie vrienden uit mekaar. Ik zal Ronnie altijd dankbaar blijven. Al wat ik over snooker weet, leerde ik van hem.”
Hoe komt het dat je geen
Chinese spelers begeleidt?
“Er trainen enkele Chinese profs bij me in Romford maar de grootste talenten liggen allemaal onder contract bij de Chinese overheid. Die heeft enkele jaren geleden een ambitieus ontwikkeld. De populairste sporten in China zijn basketbal en voetbal, snooker komt rond de tiende plaats, schat ik. Maar het is wel een sport waarin je, zoals dat eerder in het tafeltennis gebeurde, de wereldtop kan inpalmen. In het tafeltennis zijn de nummers 1, 2, 3 en 4 van de wereld Chinezen. Dat maakt de sport nog populairder, omdat Chinezen enorm chauvinistisch zijn. Daarom lopen nu ook de kijkcijfers op het WK snooker in de honderden miljoenen, Chinezen willen Chinezen zien winnen op tv.”
Hoe steekt hun plan in mekaar?
“Talenten worden al vanaf hun 8 à 9 jaar opgespoord en in grote academies ondergebracht. Ze snookeren er van ’s ochtends tot ’s avonds, daarom worden de WK’s U21 al een poos gedomineerd door Chinezen. Yan Bingtao - die dit jaar op zijn 17de ei zo na stuntte in het Crucible tegen Shaun Murphy - is nog maar de voorbode van een nieuwe generatie. Ook hij wordt financieel gesteund door de Chinese overheid.”
Hij was één van de zes Chinese spelers op dit WK. Maar alleen Ding is op dit moment een potentiële wereldkampioen.
“Omdat het niveau van de coaches nog lager ligt dan in Europa. Wacht maar tot de huidige generatie, met Ding Junhui en Liang Wenbo op kop, op pensioen gaat. Op het moment dat zij hun knowhow kunnen doorgeven, is het rijk van de Europese profs uit. Er is maar één manier om die vloedgolf te stoppen. Dat is de opleiding hier verder professionaliseren. Een moeilijk verhaal in Engeland, laat staan op het Europese vasteland. Maar ik wil me mee engageren, daarom wil ik wel eens afspreken met Lode Colson, Luca’s vorige manager. Misschien biedt zijn academie in Dilsen mogelijkheden in België en de buurlanden. ”