Drie musketiers
Notaris Herbert Houben (45), ondernemer Peter Croonen (47) en advocaat Mathieu Cilissen (56) stapten acht jaar geleden al samen in de raad van bestuur van KRC Genk. Na een historische stemming blijven ze sinds dinsdag nog met z’n drieën over. Drie geboren en getogen Genkenaars, die de volgende zes jaar de club als musketiers kunnen leiden. Geen stemmingen met een voetbaluitslag 3-0 of 2-1 maar ‘één voor allen en allen voor één’. Daarom is de ‘wie van de drie’-vraag omtrent het voorzitterschap niet de belangrijkste. Gaat Herbert Houben door? Treedt Peter Croonen in de voetsporen van zijn vader? Zorgt Cilissen voor de verrassing? De musketiers hebben andere katten te geselen.
In de praktijk zal de kleine aardschok van dinsdag – zes van de negen kandidaten haalden het zware quorum niet – het beleid niet ingrijpend veranderen. Houben, Croonen en Cilissen zijn al acht jaar aan zet. Ze gaan prat op de vzw-structuur – KRC Genk is als enige topclub niet afhankelijk van een sterke man of clan – maar willen af van de nadelen ervan. De handelingssnelheid moet omhoog; het jonge verfrissende voetbal moet ook in de bestuurskamer worden vertoond. Van de vorige bestuursploeg beslisten Harry Lemmens en André Remans zich niet langer verkiesbaar te stellen en sneuvelden Herman Nijs en Jean Biesmans op respectievelijk één en twee stemmen van de kiesdrempel. Zij werden het slachtoffer van tactisch stemgedrag: niet iedereen van de 48 stemgerechtigden bleek zes bolletjes te hebben ingekleurd, wat Nijs en Biesmans fataal werd. Niet alleen voor hen persoonlijk een pijnlijke zaak, het komt begrijpelijk hard aan als je al acht jaar lang het beste van jezelf hebt gegeven ten dienste van de club. Maar ook de drie overgebleven bestuurders staan voor een lastige denkoefening. Zij kunnen nog twee leden coöpteren, maar moeten én de stemming van de algemene vergadering respecteren én op zoek gaan naar versterking met specifieke kwaliteiten.
Zo staat Roland Reynders met stip op één om te worden toegevoegd aan de raad van bestuur. Reynders sloeg twee jaar geleden de brug naar het OSV en die herstelde band met de supporters wil men niet op het spel zetten. Als daarna de keuze tussen twee medestanders van de voorbije acht jaar onmogelijk blijkt, dan wordt het uitkijken naar een deus-ex-machina. Bob de Bouwer, bijvoorbeeld. Dé uitdaging van het nieuwe bestuur is namelijk tweeledig. Er moeten opnieuw zieltjes gewonnen worden, zodat het stadion eindelijk opnieuw gevuld geraakt. En het structureel tekort op de jaarlijkse balans moet worden weggewerkt. Herbert Houben relativeerde dinsdag terecht de uitzonderlijke winst van 25 miljoen euro die gemaakt werd dankzij enkele uitgaande transfers en een geslaagde Europese campagne. KRC Genk mag niet willen overleven dankzij de verkoop van de beste spelers. Het moet ernaar streven om de toppers langer aan boord te houden en zo via sportieve successen extra inkomsten te boeken. Alleen mag je die successen niet vooraf begroten, de inkomsten moeten op een andere manier omhoog. Eén van de hefbomen moet een nieuw stadion worden. Een kolfje naar de hand van Bob de Bouwer.